Europees Parlement wat meer van Brussel

STRAATSBURG Het one-seat-kamp wint terrein. © REUTERS
Lukas De Vos
Lukas De Vos Europakenner

Deze week was er een stemming in het Europees Parlement die de instelling meer macht moest geven om zijn eigen lot te bepalen. Het mag duidelijk zijn: de schrik zit er goed in in Straatsburg.

De commissie voor constitutionele zaken van het Europees Parlement wil, met 22 tegen 4 stemmen, het Verdrag van Lissabon aanpassen. Artikel 48 moet het Parlement het recht geven zelf te beslissen over zijn vergaderplaats. Vrijwel onopgemerkt bevestigde twee dagen later een stemming in het halfrond over de begroting de noodzaak om alles in Brussel te concentreren. Met 507 tegen 143 stemmen werd het voorstel goedgekeurd om één enkele zetel te kiezen – 78 procent pro, het wordt heet onder de Franse voeten.

De voorstanders van de single seat staan sterk. Sinds 1984 strijdt hun aanvoerder, de voormalige Britse conservatief, nu liberaal Edward McMillan-Scott voor het opdoeken van Straatsburg als parlementszetel. Beetje bij beetje haalt hij meer verkozenen over om de maandelijkse verhuizing (‘het reizend circus’) naar de Elzas op te heffen. De voordelen zijn legio. Het Parlement hoort bij het dagelijkse bestuur, de Commissie, te zetelen. In tijden van financiële zorgen zou de vestiging in Brussel 180 miljoen euro per jaar besparen – 20 procent van de hele begroting. Ook het milieu vaart er wel bij: de verhuizing stoot 19.000 ton CO2 de lucht in.

Het parlement is de betutteling van de Raad al langer beu. In een geheime stemming besliste het in maart 2011 twee sessies in één maand te houden, om zo kunstmatig het aantal zittingen in Straatsburg te verminderen. Het lukte in 2012, maar dit jaar stak het Europees Hof van Justitie daar een stokje voor na een klacht van Frankrijk en Luxemburg. Het Hof kon niet anders: in het Verdrag van Amsterdam (1997) bepaalt protocol 8 de vestigingsregels; artikel 289 geeft de Raad het alleenrecht om te beslissen met unanimiteit. Maar het Hof zei er wel bij dat het Parlement zijn nieuw verworven rechten uit het Verdrag van Lissabon kan uitbuiten. Dat is precies wat de oktoberstemming en die van deze week beogen.

Er zit een pervers kantje aan de onwrikbare wil van het Parlement om over zijn eigen lot en zittingen te beslissen. Het speelt de groeiende eurosceptische mentaliteit in de hand. Er is een uiterst rechtse fractie in de maak: Vlaams Belang, FN (Frankrijk), Sverigedemokraterna (Zweden), FPÖ (Oostenrijk), Folkeparti (Denemarken), PVV (Nederland). Andere partijen, met name UKIP in het Verenigd Koninkrijk en de Vijfsterrencoalitie van Beppe Grillo in Italië, nemen steeds meer afstand van de Brusselse ‘bemoeizucht’. In dat klimaat wordt Brussel inzet én strijdtoneel voor de te volgen koers in Europa.

Het parlement zal zich schrap moeten zetten. Dat het EU-afwijzingsfront versterkt uit de stembusgang zal komen, staat vast. Gedwongen samenwerking ligt voor de hand. Het wordt pompen of verzuipen, overeind blijven op het wereldtoneel of verzinken in de oude belangenconflicten. Honderd jaar na de Groote Oorlog is dat geen prettig vooruitzicht. Al werd net voor die heroïsche romantiek Straatsburg ooit als zetel gekozen.

Lukas De Vos

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content