Dioxinecrisis (1)

In “Van de redactie” (Knack nr. 27) schrijft Hubert Van Humbeeck over de passage in het rapport van crisismanager Chaffart waarin wordt gewezen op de zwakke bereidheid van de privé-sector om een deel van de kosten van de dioxinecrisis te betalen. Hij stoort zich aan “de eis van NCMV-baas Kris Peeters dat de overheid maar snel miljarden op tafel moet leggen. Aan een bezinning over de manier waarop dit is kunnen gebeuren, is zijn organisatie blijkbaar nog niet toe.”

Dit behoeft enige nuancering. Het NCMV, de organisatie voor zelfstandige ondernemers, vroeg voor de direct bedreigde KMO-sectoren van onder meer slachthuizen, pluimveeslachters, vleesexporteurs, eierexporteurs op korte termijn renteloze voorschotten. Dat is nodig omdat deze bedrijven wekenlang geblokkeerd bleven en in grote financiële nood kwamen. Daarvoor werden tal van jobs bedreigd en in een aantal gevallen het voortbestaan van de onderneming. Als een huis brandt, dient in de eerste plaats geblust te worden. Dat de oorzaken ervan achteraf en nadat de grootste schade is hersteld, zo correct mogelijk dienen onderzocht te worden en dat daaruit de juiste conclusies dienen getrokken te worden, is even duidelijk. We zijn alvast benieuwd naar de uitslag van het beloofde parlementaire onderzoek en naar de resultaten van het gerechtelijke onderzoek. Het NCMV beklemtoonde vanaf de eerste dag van de crisis een aantal essentiële elementen. De volksgezondheid staat voorop. Een ondernemer die naam waardig is overigens ook commercieel gebaat bij kwaliteitsproducten en tevreden klanten in binnen- en buitenland. De overgrote meerderheid van de getroffen KMO-sectoren treft geen enkele schuld, maar ondergaat wel de gevolgen van de crisis. De sectoren, van boer tot kok, betalen de overheidsdiensten per jaar miljarden voor keuring en controle. Het minste wat ze daarvan mogen verwachten, is een correcte controle en een doeltreffend werkend overheidsapparaat. Dat laatste is niet evident gebleken en moet wat het NCMV betreft, mede in het commercieel belang van de betrokken KMO-sectoren, bijgevolg verbeteren.

Dioxinecrisis (2)

Wie zal de rekening betalen? De gewone belastingbetaler. We hebben het vlees duur betaald: één keer om besmet vlees te krijgen, een tweede keer om degenen die ons dat verkochten, te vergoeden: namelijk de veevoederbedrijven. Wie gelooft dat het geld naar de kleine boeren gaat?

Coca-Cola deed toch ook geen beroep op de belastingbetaler via de overheid? De boeren moeten dus geholpen worden door de Boerenbond en de veevoederbedrijven die miljaren winst maakten met de verkoop van vuiligheid.

Mechelen

Mechelen is een stad met enorme troeven: toerisme, cultuur, monumentenzorg zijn er de voorbije jaren opengebloeid. De Katholieke Hogeschool Mechelen, het Keizer Karel-jaar en Technopolis (om maar die voorbeelden te noemen) beloven nieuwe impulsen aan Mechelen te geven. Het is niet zo dat er niets positiefs gebeurt.

In de diepte wordt ook op politiek vlak hard gewerkt. Zo ben ik vorig jaar als gewoon burger verkozen tot nieuwe voorzitter van de CVP-Mechelen en heb ik het geluk gehad me in het bureau van de CVP te laten omringen door allemaal mensen die geen enkele vergoeding krijgen voor hun inzet noch enig politiek betaalde functie uitoefenen ter compensatie.

De CVP-aanpak van de veiligheidsproblematiek – via het VIP-plan (Veiligheid is Prioritair) – is maar één voorbeeld van de nieuwe politieke wind die waait in de Mechelse politiek en in het bijzonder in de Mechelse CVP. Op 1 maart 1999 hield de CVP een SLIM-congres (Samenleven in Mechelen) over zes thema’s die de samenlevingsproblematiek van allochtone en autochtone Mechelaars beroeren, namelijk huisvesting, veiligheid, onderwijs, tewerkstelling, integratie en structuren van de stad.

Jammer genoeg kwam die nieuwe positieve wind onvoldoende tot uiting in “Mechelen is bang in het donker” (Knack nr. 25 ). De “positieve politica” zoals u Jamila Hamdann Lachkar terecht betitelt, is inderdaad niet voor niets bij de CVP gekomen.

Voor gewone burgers zoals de “CVP-top” in Mechelen, die zich gratis inzetten voor hun ideaal, is het dan ook een beetje pijnlijk als enige verwijzing naar al dit werk te moeten lezen dat de “Mechelse CVP-top Duvels dronk aan de toog”. Dat wekt een verkeerde indruk over waarmee we bezig zijn.

Reclame op de VRT

Ik heb liever geen reclame op de VRT (“VRT moet reclamevrij”, “Pro & Contra”, Knack nr. 27).

Wat ik wel belangrijk vind, is het volgende. Als men ertoe komt toch reclame toe te staan, zal dan het kijk- en luistergeld verdwijnen? Of zal het net zo zijn als bij de (auto)radio, waar we nog steeds moeten betalen, maar elk kwartier vijf minuten naar reclame luisteren.

Joegoslavië-tribunaal

De belangstelling van het VN-tribunaal voor de mensenrechten in het vroegere Joegoslavië in Den Haag voor wat er gebeurde in Kosovo is opvallend (“Misdadigers horen voor de rechter”, Knack nr. 28). Louise Harbour, hoofd van het parket van dat gerechtshof, gaat zich zelfs persoonlijk vergewissen van de toestand ter plaatse. Onder haar impuls zijn nu ook bijna alle Servische politieke en militaire leiders officieel in verdenking gesteld wegens hun betrokkenheid bij moorden en etnische zuiveringen.

Dit staat in contrast met de andere etnische groepen in het vroegere Joegoslavië waar bij Kroaten en moslims alleen het kleine grut (symbolisch) werden aangepakt. Toen in de Krajina alle Serviërs werden weggebrand en desnoods vermoord, zweeg dit gerechtshof echter. Hier geen bezoek van mevrouw Harbour of wie dan ook van haar tribunaal. Nochtans werd dit gebied, als het Kroatische Oost-Slavonië, bewust etnisch gezuiverd van alle Serviërs. Soms in samenwerking met de Navo. Ook het moslim- en Kroatisch gedeelte van Bosnië werden gezuiverd van de andere etnie. En hier blijken de topverantwoordelijken onder de militairen en politici eveneens buiten schot te blijven. Voor het vernielen door de Navo van de Joegoslavische industrie en infrastructuur en de meer dan duizend burgerdoden is er bij dit gerechtshof in Den Haag evenmin belangstelling.

Het parket bij het Joegoslavië-tribunaal beweert dat er ook Albanezen (van onder andere het UCK) zullen worden vervolgd. Men kan er zeker van zijn dat het bij beloften zal blijven. Zoals men er ook zeker van kan zijn dat tegen het einde van dit jaar alle niet-Albanezen uit Kosovo zullen verdwenen zijn, en de oude Albanese droom gerealiseerd zal zijn.

Het Joegoslavië-tribunaal is in wezen niets anders dan een verlengstuk van de Amerikaanse buitenlandse politiek in de regio. Wie steun krijgt van Washington laat de rechtbank met rust. Deze rechtbank heeft verder niets van doen met rechtspraak, laat staan mensenrechten. Het is, zoals de militairen van de Navo, een instrument van een politiek beleid dat wordt gedicteerd door Washington.

Drugspreventie

Het M.A.T. is een drugspreventiedienst die als doel heeft het begeleiden van mensen met drugsproblemen die in normale omstandigheden – dus zonder steun van de vertrouwenspersoon – geen hulp zouden (willen, durven) zoeken (“De hulp mag geen geheim zijn”, Knack nr. 28). Zo kan men mensen met drugsproblemen in een vroegtijdig stadium opsporen. Daardoor nemen de kansen op een succesvolle behandeling toe en zal de criminaliteit op termijn afnemen. De preventiedienst moet dus laagdrempelig zijn en kan de argwaan (die al groot is) van de drugsverslaafden tegenover een preventiedienst die in nauw contact staat met politie en justitie, best missen. Volgens mij moet men de preventiedienst loskoppelen van justitie en politie en een degelijke deontologische code opstellen.

Ronny Lannoo, woordvoerder NCMV, Brussel.,C.M. Thaens, Peer-Wijchmaal.,Karel Van Butsel, Afdelingsvoorzitter CVP-Mechelen, Mechelen.,Philippe Renard,Willy Van Damme, Dendermonde.,Luc Rummens, Kortenaken.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content