Knack Extra: 25 jaar erasmus
Knack Extra ligt vanaf 18 januari samen met Knack magazine in de winkel.
Niet alleen voor studenten Door Walter Pauli
Desiderius Erasmus was afkomstig van Rotterdam, werkte in Leuven en richtte zich tot heel Europa. Vijfhonderd jaar na zijn leven inspireert deze humanist de Europese Unie tot de organisatie van een internationale uitwisseling tussen studenten. Het is een van die ‘innovaties’ – nu toch al een kwarteeuw oud – die de universiteit de laatste decennia meer ‘universeel’ heeft gemaakt. Twintigers kunnen de eigen instelling inruilen om elders slimmer te worden. Van dergelijke kans tot verruiming van het blikveld konden vroegere generaties studenten enkel dromen. Voor hen kon er met veel geluk eens een studiereis af. Dat was het.
Het is dus met veel sympathie, en een tikje jaloezie, dat oudere veertigplussers de kansen aanschouwen die de studenten van vandaag kunnen grijpen. Zeker, er zullen er altijd wel een aantal bij zijn die de Erasmusbeurs zien als academisch toerisme.
Barcelona, Bologna of Firenze zijn populairder dan Hamburg of Manchester, en niet alleen om strikt academische redenen. Maar in essentie is Erasmus puik besteed overheidsgeld. Al was het maar omdat Erasmus zich richt zich tot jongelui die al een paar jaar universiteit achter de rug hebben. Erasmus spreekt dus knappe studenten aan, precies in díé jaren dat ze overtuigd zijn van hun eigen slimmigheid. Dat ze staan te trappelen om ‘het’ zelf in handen te nemen, weze het hun leven of meteen maar de hele maatschappij. En juist in die zelfzekere toestand (dat is geen kritiek maar een vaststelling, wij waren ook zo) worden ze gedropt in een andere land, in een ander onderwijssysteem, met een andere taal, met andere waarheden en vooronderstellingen, andere wetenschappelijke inzichten en methoden, en als het even meevalt onwaarschijnlijk interessante leeftijdsgenoten, ook buiten het lab of de bibliotheek. Er zijn weinig betere methoden die je tegelijk én met jezelf confronteren én je een boost van enthousiasme geven om er nog een paar jaar tegen te kunnen. In die zin trekt Erasmus door wat de soixanthuitards in gang hebben gestoken: het opengooien van de ramen van gemakkelijk op zichzelf gerichte ’tempels der wetenschap’.
Over een mogelijke afschaffing van Erasmus spreekt dus niemand, ook niet in deze crisistijden, en dat is maar goed ook. Zowel bij de Europese Commissie als de Vlaamse universiteiten is vooral de wil aanwezig om Erasmus te verbeteren. En dat in het besef dat Erasmus eigenlijk steeds minder een ‘extraatje’ mag zijn. Wie nadenkt, weet dat (internationale) ervaring tegenwoordig eigenlijk in de standaardopleiding van een masterstudent hoort.
Natuurlijk brengt dat nieuwe problemen met zich mee, en zoals dat zo vaak gaat zijn die (ook) van financiële aard. Alleen hebben decision makers in onderwijsland wel eens de neiging om dure plannen te maken. Om die te financieren stellen ze een hold-up op de publieke middelen voor. En als dat onmogelijk is, krijgt ‘de gebruiker’ een pistool op zijn hoofd: de student, zijn ouders. Vandaar de pleidooien voor (veel) hogere inschrijvingsgelden of, in het geval van Erasmus, voor studieleningen.
Misschien kunnen de universiteiten nog ambitieuzer zijn door dichter bij huis te kijken. Waarom niet verplichten dat een Vlaamse student geen master kan worden zonder dat hij of zij x aantal studiepunten volgde in een andere Vlaamse (of Franstalige) universiteit. Zou het niet erg zinvol zijn om Leuvense studenten geneeskunde toe te laten dat ze fertiliteit aan de VUB studeren, en VUB’ers kennis te laten maken met het Leuvense ethische debat?
Waarom Vlaamse studenten politologie geen workshop over de geschiedenis van de federale instellingen laten volgen in Louvain-la-Neuve of Namen? Zeker, dan moet wettelijk veel veranderen, dat vereist ook bij ministers, parlementsleden, universiteitsbesturen en docenten een aanpassing van opvattingen en waarheden. Maar de ‘openheid van geest’ van de oude Erasmus hoeft toch niet alleen studenten te inspireren?
INHOUD
Van de redactie – Door Walter Pauli.
Doorheen dit nummer: Lof der ontheemdheid – Bekend en onbekend Vlaanderen over hun Erasmuservaring, over hoe die tijdelijke ontheemdheid hen deugd heeft gedaan, in een enkel geval zelfs een tweede thuis opleverde.
Cijfers: Erasmus in kaart – Waar trekken de studenten naartoe, wie komt naar hier?
Desiderius Erasmus: De man die studenten leerde reizen – De wereldberoemde auteur van Lof der Zotheid stelde zelfs al een beurs in.
Gewikt: Hebben we iets in den vreemde geleerd? – Wat win je nu echt met verblijf aan een buitenlandse universiteit of hogeschool?
Niveauverschillen : De ene en de andere universiteit – Eén punt van kritiek op Erasmus komt regelmatig terug: de niveauverschillen met de opleiding in het gastland is soms enorm.
Hoezo, naar huis?: De post-Erasmusdepressie – Als uw huisgenoot na een half jaar Portugal plots alleen nog maar fado draait, is er mogelijk meer aan de hand dan een nieuwe muzikale passie.
Het land van Albert – Door Steve Michiels.
Interview: ‘Elke student op Erasmus’ – Toch als het aan Europees commissaris voor Onderwijs Androulla Vassiliou ligt. Plus Europarlementariërs en ex-erasmussers Saïd El Khadraoui en de Nederlandse Esther de Lange over de toekomst van het programma.
De praktijk: ‘Harder werken dan hier’< - Vier jongeren - en twee moeders - vertellen over hun recente Erasmuservaringen. Die bleken niet altijd te stroken met L'Auberge espagnole - soms wel.
Erasmus Mundus: Vandaag de EU, morgen de wereld – De war for talent stopt niet aan de Balkan of op Gibraltar. Europa opent het volgende front.
Erasmus in België: ‘Werkt goed, zo zonder regering’ – Wat vinden dat jong grut uit alle hoeken van Europa nu van ons land?
Et les autres – Een overzicht van wat er nog zoal op de uitwisselingsmarkt is.
Bladspiegel – Door Koen Meulenaere.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier