Sterke stijging van burn-out en depressie bij twintigers: ‘De effecten van de coronacrisis laten zich nu pas voelen’

‘We weten dat de psychologische effecten van wereldwijde crisissen zich pas met vertraging laten voelen.’ © Getty Images
Elisa Hulstaert
Elisa Hulstaert Redacteur

In vijf jaar tijd steeg het aantal mensen die al een jaar niet kunnen werken door een burn-out of depressie met 44 procent. Onder twintigers is de stijging het sterkst. ‘Een alarmsignaal dat we niet mogen negeren’, zegt Psychiater Kirsten Catthoor.

Van de 526.507 mensen die eind 2023 arbeidsongeschikt waren, heeft 37,6 procent psychische klachten. Onder hen lijdt 69,5 procent aan een depressie of een burn-out. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (Riziv).

Bovendien zit het aantal mensen dat langdurig ziek is al een tijd in de lift. Tussen 2018 en 2023 is het aantal depressies en burn-outs die langer dan een jaar aanhouden, gestegen met 44 procent.

‘Angst en depressie hebben een enorme impact op werk, en andersom’, zegt psychiater Kirsten Catthoor, die in het Ziekenhuis aan de Stroom (ZAS) in Antwerpen werkt en voorzitter is van de Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie.

‘Studies tonen aan dat angst en depressie – de voornaamste componenten van psychische problemen – wereldwijd verantwoordelijk zijn voor 12 miljard verloren werkdagen per jaar. Dat is enorm. Het feit dat de cijfers blijven stijgen, is een alarmsignaal dat we niet mogen negeren.’

Opvallend is dat het aantal arbeidsongeschikte jongeren tot 30 jaar het sterkst gestegen is. In 2023 had de leeftijdsgroep 55-59 jaar nog altijd het hoogste aantal invalide mensen door depressie of burn-out, maar het hoogste stijgingspercentage is nu te vinden in de jongste leeftijdsgroep: de jongeren onder de 30 jaar (+21,6 procent op jaarbasis), gevolgd door de 30-39-jarigen (+16 procent). Tot 2023 was de stijging het hoogst bij 60-plussers.

Hoe komt het dat het stijgingspercentage onder de twintigers zo hoog is?

Kirsten Catthoor: Er zijn heel wat redenen waarom jonge mensen het vandaag moeilijker hebben dan vijf à tien jaar geleden. Sinds de coronacrisis ervaren twintigers meer stress. Zo veroorzaakte covid-19 wereldwijd een economische crisis die veel onzekerheid met zich meebracht. Een plek vinden om alleen of met een partner te gaan wonen, is bijvoorbeeld zodanig duur geworden dat het voor velen bron van stress is. Vastgoed kopen is vandaag voor heel wat mensen onhaalbaar. En de toegenomen levensduurte zorgt ervoor dat heel wat jongeren naast hun regulier werk moeten gaan bijklussen.

Dat sinds de coronacrisis veel meer werk virtueel gebeurt, is bovendien bijzonder belastend voor ons brein. Door in één klik van de ene naar de andere taak te gaan, wordt de spanning constant hoog gehouden. Het feit dat er op geen enkel moment vertraagd wordt, bijvoorbeeld door naar het werk te fietsen of naar een vergaderzaal te wandelen, is funest.

Dat sinds de coronacrisis veel meer meer werk virtueel gebeurt, is bijzonder belastend voor ons brein.

Leggen jongeren zichzelf ook niet veel druk op?

Catthoor: We zien inderdaad dat jonge mensen, mede onder invloed van de sociale media, een grotere prestatiedrang hebben dan vroeger. Extreme loop- of fietswedstrijden zijn nog nooit zo populair geweest, fitnesscentra zitten vol. Ook dat legt veel druk op hun schouders.

De loophype in Vlaanderen: ‘Vroeger was een dure auto hét statussymbool. Nu is dat ons lichaam’

Als de coronacrisis aan de oorzaak ligt, waarom zien we daar dan nu pas de effecten van?

Catthoor: We weten dat de psychologische effecten van wereldwijde crisissen zich pas met vertraging laten voelen. Dat de effecten van de coronacrisis pas nu, vijf jaar na de start ervan, massaal aan de oppervlakte komen, hoeft dus niet te verbazen.

Nog opvallend: vrouwen vertegenwoordigen in 2023 meer dan twee derde van de arbeidsongeschikte mensen door depressie of burn-out. Zij vertonen ook de grootste stijging van invaliditeit als gevolg van depressie of burn-out (+9,6 procent), met een stijging van 46,6 procent over een periode van vijf jaar (20108-2023).

Catthoor: Depressie komt ongeveer 1,5 keer vaker voor bij vrouwen dan bij mannen. Hormonale en andere biologische factoren zijn daarvoor verantwoordelijk. Bovendien wijzen alle studies uit dat vrouwen nog altijd het merendeel van de huishoudelijke taken én de zorgtaken voor de kinderen op zich nemen. Jonge vrouwen zijn daardoor kwetsbaarder. Omdat we dat weten, wordt die groep dus een beetje verwaarloosd.

Een andere verklaring is te vinden in het type sector waarin vrouwen vaak tewerkgesteld zijn. De literatuur is daar heel duidelijk over: dat zijn vooral de zorg en het onderwijs. Enerzijds worden er in die sectoren hoge eisen gesteld aan de werknemers, anderzijds is de verloning en de waardering er laag. Dat onevenwicht kan de kiem zijn voor depressie of burn-out.

Vrouw, 55-plus, zorgtaak: meeste kans op burn-out

Wat is er volgens u nodig om de stijging van het aantal depressies en burn-outs af te remmen?

Catthoor: Daarvoor zijn er beleidslijnen nodig voor de mentale gezondheid op alle niveaus: sport, ontspanning, school, werk… Zelfs onze publieke ruimte kan zodanig ingericht worden dat we meer ontspannen door het leven gaan. Door meer groen te integreren en mogelijkheden te voorzien om ons trager voort te bewegen – denk aan fietspaden, voetpaden en openbaar vervoer.

Laatst hoorde ik de term ‘mentale duurzaamheid’. Die drukt voor mij perfect uit wat er nodig is. Wat ons psychisch functioneren betreft, moeten we op alle vlakken streven naar duurzaamheid.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content