Kunnen we de aarde redden in onze keuken?
Veel van de producten die we eten zijn erg klimaatonvriendelijk. Hoe scoort jouw keuken?
15.000 liter. Zoveel water heb je nodig om 1 kg rundsvlees te produceren. Daarvoor moet je al een hele poos onder de douche staan. Misschien brengt een fietstochtje in plaats van een autorit richting slager de ecologische balans opnieuw in evenwicht? “Meer de fiets nemen is een mooi voornemen dat we inderdaad moeten aanmoedigen”, stelt professor economie en klimaatexpert Johan Albrecht (UGent). “Maar die groene fietskilometers zullen niet volstaan als tegengewicht. Bij de productie van een kilo rundsvlees stoot men evenveel CO2 uit als een dieselwagen over een afstand van 200 km. En CO2-uitstoot is, zoals we weten, een van de belangrijkste oorzaken van de opwarming van de aarde.”
Klimaatdiscussies monden vaak uit in de vraag: wat kun je doen als individu
Eind 2015 schreef Albrecht daar een wetenschappelijke paper over: ‘Vlees op tafel bij de klimaatonderhandelingen’. Hij maakt zich zorgen. “De impact van onze voedselkeuzes op het klimaat blijft in veel discussies onder de radar. Ook op de klimaatconferentie in Parijs sprak men er nauwelijks over. Toch bizar als je weet dat de veeteelt bijvoorbeeld verantwoordelijk is voor 14 tot 18 % van de wereldwijde CO2-uitstoot. Dat is meer dan wat de mondiale transportsector jaarlijks uitstoot.”
Klimaatdiscussies monden vaak uit in de vraag: wat kun je doen als individu? Albrecht: “Men adviseert dan om je huis te isoleren, zuinig om te springen met water of wat meer de fiets te nemen in plaats van de auto. Dat vindt iedereen logisch. Maar het advies zou eigenlijk verder moeten reiken dan dat. Wat we eten, doet er minstens evenveel toe.”
Langdurig engagement
Je voedingsgewoontes radicaal aanpassen, is echter geen vanzelfsprekend proces, beseft ook Albrecht. “Zoiets is moeilijker dan bijvoorbeeld de beslissing nemen om je huis te isoleren. Opteren voor isolatie is een eenmalige investering, waaraan niet al te veel discussie onder de gezinsleden voorafgaat. Een vertrouwd eetpatroon aanpassen veronderstelt een engagement op langere termijn en vraagt veel overleg binnen een gezin. Als niet iedereen de nieuwe eetcultuur apprecieert, dreigen conflicten. Zoiets kan sterk ontmoedigend werken. Eetgewoontes gaan bovendien vaak terug op familiale tradities. Dat maakt ze tot iets persoonlijks en dat kan de uitdaging vergroten.”
En toch moeten we het over onze voeding durven te hebben, vindt hij. “Bij een ongewijzigd beleid zal de wereldwijde vleesconsumptie nog heel sterk stijgen. Tegen 2050 kan het CO2-aandeel van de mondiale veeteelt oplopen tot 25 of zelfs 33 % van de totale uitstoot. Veel van de klimaat-inspanningen die we op andere terreinen leveren, dreigen daardoor hun effect te missen.”
De manier waarop we vandaag de dag dierlijke eiwitten produceren, is bijzonder belastend voor het klimaat, legt Albrecht uit. Rundsvlees is veruit de grootste boosdoener. “Er is de directe methaanuitstoot van de koe zelf, als gevolg van het verterings-proces. Daarnaast zijn er de onvermijdelijke meststoffen, die ook veel methaangas uitstoten. Bij de indirecte emissies rekenen we uitstoot als gevolg van de veevoederproductie en de boskap. Die boskap is nodig om ruimte te creëren om het veevoeder te telen. Een koe moet 19,8 kg veevoeder eten om 1 kg consumeerbaar vlees te leveren. Groente- of fruitkweek verloopt gemiddeld genomen 25 keer energie-efficiënter.”
De kip of de koe
Mogen we dan helemaal geen vlees meer eten als we het klimaat willen redden? Albrecht: “Zo scherp hoef je het niet te stellen. Wat minder vlees eten en opteren voor vleessoorten met een lagere ecologische voetafdruk zouden al twee stappen in de goede richting zijn. Begin met 1 of 2 dagen per week geen vlees te eten en kies voor gevogelte in plaats van rundsvlees. Dat kan je CO2-uitstoot al aanzienlijk verminderen.”
Ook VIGeZ, het expertisecentrum voor gezondheidspromotie, onderzocht het verband tussen voeding en klimaat. De organisatie volgt Albrecht in zijn pleidooi voor minder vlees. Maar VIGeZ nam ook de impact van plantaardige producten onder de loep.
Komkommerteelt in gestookte serres kost tot 100 keer meer energie dan teelt in de openlucht
Onze wereld is zo geglobaliseerd dat we in onze voedselkeuze geen rekening meer hoeven te houden met seizoenen of kweeklocaties. Kiwi’s, appelsienen of mango’s zijn het hele jaar door te verkrijgen. VIGeZ moedigt iedereen aan om ook hier klimaatbewuste keuzes te maken. ‘Volg de seizoenen en koop lokaal’, luidt het advies.
Nectarines, kersen, perziken of komkommers die in december in de winkelrekken liggen, werden niet in België gekweekt. Ze hebben gegarandeerd kilometers op de teller. Of ze komen uit verwarmde serres, wat ook veel energie vraagt. Komkommerteelt in gestookte serres bijvoorbeeld kost tot 100 keer meer energie dan teelt in de openlucht. Dezelfde logica geldt voor aardbeien en tomaten. VIGeZ verwijst naar de Velt-kalender van seizoensgebonden groenten en fruit om je op weg te helpen. Winkeliers zijn bovendien verplicht de herkomst van hun producten te vermelden. Wie goed kijkt, zal merken dat bepaalde appelsoorten uit Nieuw-Zeeland komen en sommige boontjes uit Kenia. Zo ver hoef je het niet te zoeken, stelt VIGeZ. Elk seizoen, ook de winter, biedt meer lokaal gekweekte opties dan je zou denken. Pastinaak, knolselder, prei, pompoen, paddenstoelen: dat groeit allemaal bij ons in de koude maanden. Soms minder bekend, maar meestal verrassend lekker.
Kraantjeswater
Toch zin in iets exotisch? Ga dan na op welke manier het product getransporteerd werd. Het departement Leefmilieu, Natuur en Energie van de Vlaamse overheid adviseert om voor transport per boot te kiezen. Dat is minder schadelijk dan vervoer per vrachtwagen, wat op zijn beurt minder belastend is dan vervoer per vliegtuig. Winkels geven daar jammer genoeg geen info over, maar de regel is: hoe sneller iets bederft, hoe groter de kans dat het per vliegtuig kwam (zacht fruit of asperges bijvoorbeeld). Ananassen, bananen of uien zijn langer houdbaar en komen meestal per boot.
VIGeZ bundelde de meeste duurzaamheidstips op haar website onder de noemer ‘Hoe eet je duurzaam en gezond?’ Kiezen voor kraantjeswater is er één van. Het is gezond, zorgt voor minder verpakkingsafval en bespaart je gezeul met zware flessen. Opteer ook zoveel mogelijk voor verse en weinig bewerkte producten. Vermijd dus frisdrank, snoep, koekjes, sauzen, gebak, voorverpakte en kant-en-klare producten. Veel van die producten zitten in wegwerpverpakkingen en moeten worden bewaard in de koelkast of diep-vriezer. Dat maakt ze CO2-intensief.
Tot slot moedigt VIGeZ iedereen aan om voor duurzame vis te kiezen. Tweemaal per week vis op het menu is dan wel gezond, het is vaak niet ecologisch. Via www.goedevis.be kom je te weten welke vis niet alleen goed is voor jou, maar ook voor het milieu.
Duurzaam gezond?
Loes Neven van VIGeZ, expert in evenwichtige voeding, ziet een duidelijke overlap tussen duurzaam en gezond. “Vis is hierop dus de enige uitzondering. Al onze andere adviezen omtrent klimaatvriendelijke voeding kunnen we evengoed geven als gezondheidsadviezen. Iedereen weet dat we te veel vlees en te weinig groenten en fruit eten. Ook kant-en-klare maaltijden, snoep en koekjes en bewerkte producten zijn oververtegenwoordigd in het dieet van veel mensen. Wie onze duurzame adviezen opvolgt, slaat dus twee vliegen in één klap. Je werkt aan je eigen gezondheid én aan die van onze planeet.” (Thomas Detombe)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier