Wie vaak de mobiele telefoon ter hand neemt, zou wel eens vatbaar kunnen zijn voor depressie, zo ontdekten wetenschappers. Personen met symptomen van depressie zijn gemiddeld vier keer meer met hun telefoon bezig dan personen die mentaal geen klachten hebben.
Depressie is een veel voorkomende, belastende en vaak terugkerende psychische stoornis die echter vaak onopgemerkt en onbehandeld blijft. Om depressies sneller op te sporen richtten onderzoekers van de Amerikaanse Northwestern University zich op de mobiele telefoons van een groep van veertig volwassen proefpersonen.
De onderzoekers redeneerden dat mobiele telefoons alomtegenwoordig zijn en allerlei sensoren bevatten die mogelijk nuttig zijn bij het opsporen van bepaalde gedragspatronen die indicatief zijn voor depressie.
In cirkels lopen
Onder meer de ingebouwde GPS in mobiele telefoons leverden de onderzoekers gegevens over de ernst van de symptomen. Zo konden terugkerende ritmische bewegingen, zoals bijvoorbeeld in cirkels rondlopen, of juist het gebrek aan beweging, wijzen op een bepaalde mate van depressie.
Ook een minder regelmatig dagritme met telkens andere uren om ’s ochtends naar het werk te vertrekken of ’s avonds thuis te komen, kon worden gelinkt aan gevoelens van depressie.
Maar ook het louter gebruiken van de telefoon en dan vooral de frequentie en de duur van elk gebruik, leverde nuttige informatie op voor de onderzoekers.
Vier keer langer
Uit het onderzoek bleek dat mensen die depressief zijn per dag gemiddeld 68 minuten met hun telefoon bezig zijn. Voor niet-depressieve mensen was dat vier keer minder, namelijk 17 minuten.
Achteraf bleek dat aan de hand van de resultaten van het telefoononderzoek de onderzoekers met een accuraatheid van 87 procent depressieve gevoelens bij de proefpersonen konden achterhalen.
Zo wijst verminderde beweging bijvoorbeeld op een wegvallen van de motivatie en de energie om naar buiten te gaan en mensen op te zoeken. Het langer bezig zijn met de telefoon doet vermoeden dat er eerder gesurft wordt op het internet of spelletjes worden gespeeld dan dat er vrienden worden gebeld.
Niet onder ogen willen zien
‘Zonder vragen te stellen konden we toch depressieve symptomen detecteren’, zegt hoofdauteur David Mohr. ‘Mobiele telefoons kunnen ons die data gemakkelijk bezorgen. Als mensen bezig zijn met hun telefoon, blijkt dat vaak een vlucht voor de problemen of de pijnlijke realiteit die ze liever niet onder ogen willen zien. Het is vermijdend gedrag dat we vaak zien terugkeren bij depressie.’
Omdat dit slechts een kleinschalige studie betreft, willen de onderzoekers dit eerst grondiger gaan bestuderen. Het doel is dan om eventueel apps te ontwikkelen die je op je telefoon kunt installeren en die jou, of anderen, opmerkzaam maken op een patroon in je telefoongebruik dat op depressie kan wijzen. (IPS)
