Ebolabestrijders in Oost-Congo gehandicapt door tekort aan tests

Een ebolabestrijder wordt ontsmet (archiefbeeld). © Reuters

De strijd tegen het ebolavirus in Oost-Congo verloopt met de handen op de rug. Vaccins liggen klaar, maar de even cruciale diagnostische tests zijn moeilijk aan te voeren.

Met meer dan duizend besmettingen en een mortaliteit van ruim 60 procent is de ebola-uitbraak in Noord-Kivu nu al de tweede ergste ooit, na de mega-epidemie in Guinee, Liberia en Sierra Leone die tussen eind 2014 en midden 2016 circa 11.500 slachtoffers eiste.

Acht maanden na de eerste diagnose blijft de epidemie zich uitbreiden, ondanks een grootschalige, door de internationale gemeenschap gesteunde vaccinatiecampagne. De hulpverleners kampen met verschillende problemen, onder meer een vertrouwensbreuk met de bevolking in de door chaos en geweld geteisterde regio.

Aan de kwaliteit van de farmacologische middelen ligt het niet. Sinds en dankzij de rampzalige epidemie in West-Afrika werd een reuzensprong vooruit gemaakt, zowel op het vlak van vaccinering, diagnostiek als van de therapeutische omkadering van besmette patiënten.

De beschikbaarheid van al die middelen is wél problematisch, zo blijkt uit een opvallend opiniestuk dat recent in het vermaarde wetenschappelijke tijdschrift Nature verscheen. De auteurs zijn verbonden aan het Instituut voor Tropische Geneeskunde (ITG), een internationale referentie op het vlak van het ebolavirus, dat in 1976 door virologen van de Antwerpse onderzoeksinstelling werd ontdekt.

Tijdens de eerdere uitbraak in West-Afrika werden er ebolatests ontwikkeld. Nu blijken die niet leverbaar.

‘We wilden een probleem aankaarten’, zegt viroloog Kevin Ariën, coauteur van het artikel in Nature. ‘Na de uitbraak van vorig jaar kregen we een vraag voor ondersteuning van het INRB, een onderzoeksinstelling van het Congolese ministerie van Volksgezondheid waarmee we al lang samenwerken. Er was grote nood aan diagnostische tests, een cruciaal instrument bij het indijken van een ebola-epidemie, evenzeer als een goed werkend vaccin.

Tijdens de uitbraak in West-Afrika werden verschillende nieuwe tests ontwikkeld, meestal door publieke onderzoeksinstellingen die scheep gingen met een diagnosticabedrijf. Sommige producten werden effectief ingezet. Omdat het doorlopen van de normale trials te veel tijd zou kosten, hadden de Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO) en de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA) het licht op groen gezet voor compassionate use. Dat laat het gebruik op patiënten toe van experimentele middelen, middelen dus waarvan de veiligheid wel al vaststaat, maar waarvan de effectiviteit nog niet in een fase 3-studie uitputtend werd bestudeerd.

Ook voor diagnostica werden versnelde en verkorte goedkeuringstrajecten voorzien die het gebruik toeliet tijdens een gezondheidscrisis zoals in West-Afrika. Het Belgische Biocartis was een van die bedrijven die samen met onderzoekers van het ITG een nieuwe ebolatest hebben ontwikkeld. Maar toen we vorig jaar navraag deden, bleek dat Biocartis die test niet langer kon leveren. Ook bij verschillende andere bedrijven vingen we bot. Uiteindelijk bleek de beschikbaarheid van de tests die in de periode 2014-2016 werden goedgekeurd, erg beperkt.’

Hoe komt dat?

Kevin Ariën: Na het uitdoven van het virus in West-Afrika zakte het urgentieniveau weg, en verdween ook de commerciële incentive. Voor farmabedrijven en diagnosticaproducenten is ebola begrijpelijkerwijs een lastig fenomeen. Het is moeilijk om stocks aan te leggen en productiecapaciteit klaar te houden voor een epidemie die er misschien niet komt. Daarom onze oproep in Nature: de overheden moeten een sturende rol spelen om de preparedness te organiseren en te waarborgen.

Voor vaccins is dat nu al het geval, althans tot op zekere hoogte. Het Amerikaanse farmabedrijf Merck heeft zich vorig jaar geëngageerd voor het snel leveren van 300.000 doses van rVSV-ZEBOV, het recombinante ebolavaccin dat momenteel in Noord-Kivu wordt gebruikt.

Het is moeilijk om stocks aan te leggen en productiecapaciteit klaar te houden voor een epidemie die er misschien niet komt.

Wie financiert dat?

Ariën: Merck zelf loopt geen risico, de afname wordt gewaarborgd door GAVI, ook wel bekend als The Vaccine Alliance. GAVI is een alliantie van VN-organisaties, nationale overheden, farmabedrijven en ngo’s, naast mecenassen zoals de Bill and Melinda Gates Foundation, die de voornaamste sponsor is. Behalve GAVI is er ook CEPI, een soortgelijke organisatie waarvan Peter Piot een van de initiatiefnemers is. CEPI poolt middelen voor de ontwikkeling van vaccins tegen virussen die een potentiële bedreiging vormen, maar waarvoor het marktpotentieel op dit moment onzeker is.

Voor diagnostische tests bestaat er helaas geen vergelijkbaar initiatief met voldoende financiële garanties. Dat moet dringend veranderen, want de beschikbaarheid van voldoende tests is essentieel om snel op een uitbraak te reageren. Dat geldt overigens niet alleen voor ebola, maar voor een hele resem virale pathogenen zoals marburg, lassa, nipah, chikunguya en zika.

De uitbraak in Noord-Kivu raakt niet onder controle. Volstaan 300.000 doses ZEBOV wel om de epidemie te bestrijden?

Ariën: rVSV-ZEBOV is het enige ebolavaccin dat tot dusver op grote schaal werd getest. Het werkt erg goed. Mits het correct wordt gebruikt is de beschermingsgraad vrijwel 100 procent. Maar om een epidemie uit te roeien, moet je het preventienet breed genoeg uitgooien. De WHO heeft geopteerd voor de strategie van de ‘dubbele ringvaccinatie’: eerst worden de contactpersonen van de patiënt gevaccineerd, vervolgens ook de contactpersonen van de mensen in die eerste kring.

Noem het een pragmatische keuze, met 300.000 vaccins kun je niet over het hele land gaan vaccineren. Dat is sowieso onhaalbaar in Noord-Kivu, een provincie met meer dan 7 miljoen inwoners. Toch staat de dubbele ringvaccinatie ter discussie. De degelijkheid van de ‘contact tracing’ bepaalt in belangrijke mate het succes van ringvaccinatie, en laat dat nu net geen evidentie zijn in een regio zoals Noord-Kivu. Ik pleit voor een bredere aanpak met meer vaccinaties. Maar dan moeten de stocks uiteraard volgen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content