Historicus David Bear: ‘De Ottomanen waren geen exotische bruten’

Sultan Mehmet II (1432-1481) liet de Venetiaan Giovanni Bellini naar Constantinopel komen om zijn portret te schilderen. ©  getty images
Marnix Verplancke

Je kunt geen geschiedenis van de Lage Landen schrijven zonder de Ottomanen erbij te betrekken, zegt historicus Marc David Baer.

‘Ik ben gek op historische tv-reeksen op de Turkse tv’, zegt Marc Baer, hoogleraar internationale geschiedenis aan de London School of Economics and Political Sciences. ‘Het probleem is alleen dat veel van die reeksen niet echt over het verleden gaan, maar over de huidige president Recep Tayyip Erdogan. De makers zoeken historische parallellen met vandaag, die vervolgens uitvergroot worden. Zo is er een populaire reeks over Ertugrul, de vader van Osman, de dertiende-eeuwse stichter van het Ottomaanse Rijk, waarin de strijd tussen moslims en christenen centraal staat. Natuurlijk is er toen tussen die twee gevochten, maar ze werkten ook vaak samen, en dat krijg je nooit te zien.’

Je kunt geen geschiedenis van de Lage Landen schrijven zonder de Ottomanen erbij te betrekken.

Prille eeuweling Turkije beschouwt het Ottomaanse Rijk graag als een voorloper van zichzelf: een moslimland bestuurd door Turken, waar Grieken en Armeniërs mochten wonen zolang ze de superioriteit van de islam erkenden. Het Westen ziet Turkije misschien wel liever als een oosterse macht die van de dertiende tot het begin van de twintigste eeuw de christelijke Europese identiteit bedreigde, door Wenen tot twee keer toe te belegeren, bijvoorbeeld. Het zijn twee foute visies, vindt Baer, auteur van het boek De Ottomanen. Het Ottomaanse Rijk was niet alleen een multicultureel amalgaam dat bestuurd werd door de beste krachten uit de verste streken, het was ook volstrekt Europees. Niet alleen omdat het grote delen van Europa veroverde en allianties aanging met andere Europese landen, maar ook omdat het zichzelf zag als een opvolger van het Romeinse Rijk. ‘In de zeventiende eeuw,’ aldus Baer, ‘toen het rijk zich uitstrekte van Algerije tot Jemen en van Egypte tot Hongarije, noemde de heerser van de Ottomanen zich niet alleen sultan, maar ook khan en caesar. Hij stond aan het hoofd van een Euraziatisch rijk, en dat toonde hij ook graag. Nadat hij in 1453 Constantinopel had veroverd, liet sultan Mehmet II er het Topkapipaleis bouwen, inclusief drie lustpaviljoenen, een in christelijk-Byzantijnse, een in Turks-islamitische en een in Mongoolse stijl.’

Waarom is het belangrijk te beseffen dat het Ottomaanse Rijk een Europees rijk was?

Marc Baer: Om onze eigen geschiedenis beter te begrijpen. Europa was geen eiland, het was verbonden met de rest van de wereld. De Lage Landen behoorden tot het Habsburgse Rijk, dat in het gareel werd gehouden door de Ottomanen, die de protestanten bewapenden in hun strijd tegen de katholieken. Je kunt dus geen geschiedenis van de Lage Landen schrijven zonder er de Ottomanen bij te betrekken. En hetzelfde geldt voor Frankrijk. Frans I ging een alliantie aan met de Ottomanen tegen Karel V. Zij aan zij vochten zij zeeslagen uit om de Franse kuststeden te veroveren die in handen waren van de paus. Ze hadden zelfs een plan om samen Rome binnen te vallen.

Het begon allemaal met de dertiende-eeuwse Osman, een van de vele kleine koningen aan het hoofd van een nomadenvolk dat vanuit Azië naar Anatolië was getrokken. Waarom slaagde hij erin een rijk uit te bouwen en de anderen niet?

Baer: Geluk natuurlijk, zoals steeds, en de specifieke ligging van zijn koninkrijkje, op een handelsroute naar het oosten en op comfortabele afstand van de Byzantijnen, zodat die hem met rust lieten. Maar Osman was ook een goed strateeg, die op het juiste moment de juiste allianties aanging. Met de christenen, bijvoorbeeld, om samen tegen de moslims te vechten, waarna hij even later van partner wisselde alsof het allemaal niets had betekend. De Ottomanen waren pragmatisch ingesteld. Gemeenschappelijke belangen gingen boven een gemeenschappelijke godsdienst. Maar dat betekent niet dat voor hen alle volkeren gelijk waren, integendeel. Zo geloofden ze dat Albanezen de beste zwaardvechters waren, Joden de beste dokters en Armeniërs de beste bankiers. En de bewaking van de koninklijke harem kon je maar beter overlaten aan Soedanese eunuchen.

Osman vocht met de christenen tegen de moslims, en wisselde later van partner.

Waarom voerden de Ottomanen, in tegenstelling tot de West-Europese naties, religieuze tolerantie zo hoog in het vaandel?

Baer: Toen in 1492 de joden uit Spanje verdreven werden, vonden ze inderdaad een nieuwe thuis bij de Ottomanen. De eerste drie eeuwen van het rijk maakten christenen de meerderheid van de bevolking uit. Samenwerking over religieuze grenzen heen was dus noodzakelijk. Er was wel tolerantie, maar geen gelijkheid. Juridisch gezien stond de islam bovenaan. Bovendien was het rijk een gigantische bekeringsmachine die miljoenen christenen en joden binnenvoerde in de islam. Devşirme werd het systeem genoemd, waarbij jongeren tussen de 8 en de 14 vanuit veroverde gebieden naar het centrum werden gehaald, tot de islam bekeerd en klaargestoomd voor bestuurlijke functies. Het was een briljante strategie die eeuwenlang perfect heeft gewerkt. Ze gaven die kinderen de best mogelijke opleiding en creëerden een volstrekt loyale klasse ambtenaren en militairen. Zolang er een sultan was om trouw aan te zijn, waren ze bereid hun leven te geven voor het rijk. Zij waren de echte Ottomanen.

Turkse sterrenkundigen aan het werk in hun atelier, Istanboel, 1581.
Turkse sterrenkundigen aan het werk in hun atelier, Istanboel, 1581. © getty images

Een tweede systeem dat het succes van het rijk waarborgde, was de traditie dat de nieuwe sultan al zijn rivalen uit de weg liet ruimen, wat soms betekende dat hij zowat zijn halve familie liquideerde?

Baer: In Engeland werden van 1455 tot 1487 de Rozenoorlogen uitgevochten tussen twee takken van de Plantagenets, de Lancasters en de Yorks. Het was een uitputtingsslag waarbij meer dan 100.000 doden vielen. De Ottomanen vermeden dergelijke waanzin door hun erfsysteem, dat ze in reactie op dat van de Mongolen ontwikkelden. Telkens als er een Mongoolse machthebber stierf, werd zijn rijk verdeeld onder zijn zonen. Dzjengis Khan had vier zonen, die na zijn dood elk een vierde van zijn rijk kregen. Laat daar een paar generaties overheen gaan en je rijk is weg. Dus pakten de Ottomanen het anders aan. De zonen van de sultan werden samen met hun concubine-moeders uitgestuurd naar de verschillende provincies. Daar kregen ze een opleiding in bestuur en oorlogvoering. Wanneer de sultan stierf, haastten ze zich terug naar de hoofdstad, waar een van hen de nieuwe sultan werd en automatisch het recht kreeg om iedere man die hem bedreigde uit de weg te ruimen. Dus doodde Osman zijn oom, en Süleyman zelfs een heel aantal van zijn zonen en kleinzonen. Gruwelijk? Ongetwijfeld, maar het hield het rijk wel eeuwenlang bij elkaar.

In 1396 versloegen de Ottomanen in de buurt van het Griekse Nicopolis de verzamelde Europese legers. Er was een new kid in town?

Baer: Frankrijk knoopte toen meteen diplomatieke banden aan met de Ottomanen, omdat het zijn krijgsgevangen ridders terugwilde. Die oorlog toonde vooral de technologische superioriteit van de Ottomanen. Dat ze die wonnen, hadden ze vooral te danken aan de vuurkracht van hun kanonnen. Het is ook door die vuurkracht dat ze in 1453 Constantinopel konden belegeren. Ze zetten toen het grootste kanon in dat ooit gebouwd was en dat kogels van 540 kilo afschoot die de stadsmuren zwaar beschadigden. Ook op hun Arabische slagvelden, in Iran en Egypte, bleken ze superieur. Ze bliezen daar met hun artillerie de ridders gewoon van het slagveld.

Van de 14e tot de 17e eeuw waren de Ottomanen de schrik van Europa.

Hoe werden de Ottomanen gezien in Europa, als wreedaards of als exoten?

Baer: Van de veertiende tot de zeventiende eeuw waren de Ottomanen de schrik van Europa. Ze veroverden Rhodos en Belgrado, liepen Hongarije onder de voet en belegerden Wenen. In Oostenrijk was men de hele zeventiende eeuw doodsbang voor hen. In Frankrijk was de situatie helemaal anders, aangezien het bondgenoten waren. Er is dus geen lijn op te trekken. Na de zeventiende eeuw verminderde de Ottomaanse territoriale dreiging en werden ze gewoon een van de vele spelers in Europa. Er waren nog wel een paar oorlogen, maar die voerden de Ottomanen toch vooral tegen Rusland. De angst maakte daardoor plaats voor culturele interesse. Tulpen deden hun intrede en maakten Nederland gek, samen met de koffiecultuur en de muziek. Mozarts DieEntführung aus dem Serail gaat over de Ottomanen. In de negentiende eeuw werden ze meer een Midden-Oosterse en een Balkanmacht in plaats van een Europese. Het oriëntalisme had toen ook ingang gevonden. De Ottomanen waren corrupt en gedegenereerd, stelde men. Je zag dus dat naarmate de machtsdynamiek tussen Oost en West omdraaide, Frankrijk en Engeland steeds meer op de Ottomanen begonnen neer te kijken.

Onder de regeerperiode van Süleyman I (1520-1566) bereikte het Ottomaanse Rijk zijn hoogtepunt. De sultan was populair in heel Europa. Daarna lijkt het alleen nog maar bergaf gegaan te zijn.

Baer: De echte ondergang kwam er pas in de achttiende eeuw. Toen waren de Ottomanen hun technologische voorsprong kwijtgeraakt en begonnen ze ook territorium te verliezen. Rusland liet hen steeds verder achter zich op het vlak van onderwijs en technologie. Begin negentiende eeuw konden ze niet meer om de bittere realiteit heen en volgde een poging om het roer om te gooien. Het onderwijs werd hervormd en er werden militaire adviseurs aangetrokken uit Pruisen en zelfs Rusland, hun grote rivaal. Maar niets hielp. Er werden ook constitutionele hervormingen doorgevoerd. Er kwam een parlement en een grondwet gebaseerd op de Belgische, maar die werden al snel weer opzijgeschoven door de dreiging vanuit Rusland. In feite was de laatste eeuw van het rijk niet meer dan een poging om te overleven. In 1908 werden de grondwet en het parlement vanonder het stof gehaald, maar toen was het al te laat. De Balkanoorlogen van 1912 tot 1914 kwamen eraan en daarna de Eerste Wereldoorlog, waarin ze het foute kamp kozen en samen met Duitsland en Oostenrijk-Hongarije ten onder gingen.

Hurrem Sultan, de favoriete vrouw van Süleyman de Grote, geschilderd door Titiaan.
Hurrem Sultan, de favoriete vrouw van Süleyman de Grote, geschilderd door Titiaan. © The John and Mable Ringling Museum of Art, Sarasota

Hoe belangrijk waren de Ottomanen voor het verloop van de Eerste Wereldoorlog?

Baer: De Fransen en de Britten beschouwden de Ottomanen als de zwakke schakel van de alliantie. Dus vatten ze het plan op om Istanboel te veroveren en een vrije doorgang te krijgen naar bondgenoot Rusland. In de lente van 1915 landden ze op het schiereiland Gallipoli en nog geen negen maanden later dropen ze weer af. Er waren een half miljoen soldaten gesneuveld, maar de Ottomanen hadden gewonnen. Ook in Irak boden de Ottomanen stevige weerstand tegen de Britten, waardoor die honderdduizenden troepen naar het zuidoosten dienden te sturen en hun inspanningen op het westelijk front ondermijnd werden. De Ottomanen zorgden er dus voor dat de oorlog jaren langer duurde en dat het een echte wereldoorlog werd.

Een polyvalent gebedshuis zou perfect passen in de Ottomaanse traditie. Maar dat kan niet onder Erdogan.

De verschrompeling van het rijk zorgde ervoor dat moslims van de Balkan naar Anatolië werden gejaagd en christenen de andere kant op. De eeuwenoude tolerantie kwam ten einde. Maakten die verdreven moslims de Ottomaanse samenleving niet minder tolerant?

Baer: Ongetwijfeld. Het zal wel geen toeval zijn dat de leiders van de Armeense genocide kinderen waren van mensen die door de Russen of door inwoners van de Balkan waren vervolgd. Ze droegen het trauma met zich mee en wilden wraak. En dus namen ze die op de Armeniërs, die hun belagers geen strobreed in de weg hadden gelegd. Er waren Armeense guerrillaorganisaties en ongetwijfeld ook Armeniërs die met de Russen heulden, maar dat was niet voldoende om te besluiten dat alle Armeniërs schuldig waren.

Het was dus geen accident de parcours, maar een echte genocide?

Baer: Ja, de uitroeiing werd op voorhand uitgedacht en gepland. De Armeniërs waren een bedreiging voor de Ottomaanse cultuur en dus moesten ze verdwijnen.

Dit was een Europese genocide, schrijft u.

Baer: De eerste arrestaties en deportaties vonden in Istanboel plaats, wat een Europese stad is. Aangezien het Ottomaanse Rijk een alliantie vormde met Duitsland dienden er veel Duitse soldaten en bevelhebbers in het leger van het rijk. Na de oorlog keerden zij terug naar Duitsland, waarna een aantal zich aansloot bij de NSDAP. Auschwitz-commandant Rudolf Höss deed oorlogservaring op in het Ottomaanse leger. Er zijn dus echt wel verbanden te leggen tussen wat er met de Armeniërs gebeurde in het Ottomaanse Rijk en wat er later met de Joden gebeurde in nazi-Duitsland. Ik wil niet beweren dat het een tot het ander leidde, maar er zijn connecties.

En de Ottomanen interioriseerden ook het Europese oriëntalisme?

Baer: De Ottomaanse elite was op het einde van de negentiende eeuw bijna exclusief Turks geworden en hield het idee van de westerse superioriteit hoog. Ze sprak Frans en kleedde zich westers. Ze geloofde in de moderniteit en keek neer op ieder bijgeloof, net zoals ze neerkeek op sommige bevolkingsgroepen van het rijk, vooral op Arabieren, nomaden en zwarten. Het toont nog maar eens hoe Europees die Ottomanen in feite wel waren.

Atatürk, de eerste Turkse president die van zijn land een westerse staat wilde maken, kwam dus niet uit de lucht vallen?

Baer: Hij wilde afrekenen met de Ottomaanse erfenis, en dus werd de oude Turkse taal met haar Arabisch schrift ingeruild voor modern Turks, dat westerse letters gebruikt. Voor Grieken of Armeniërs was er geen plaats in het nieuwe Turkije. Het oude, tolerante Ottomaanse Rijk moest vervangen worden door een exclusief islamitisch Turkije. In die zin zette Atatürk de extreem nationalistische politiek die de Jonge Turken begin twintigste eeuw hadden gevoerd gewoon voort. En dat doet Erdogan nog steeds. Hij maakte van de Hagia Sofia weer een moskee, terwijl het al bijna een eeuw een museum was en oorspronkelijk een kerk. De originele mozaïeken zijn nog aanwezig, er hangt alleen een gordijn voor. Dat zou op zondag perfect opengeschoven kunnen worden, waardoor ook de christenen er terecht zouden kunnen. Zo’n polyvalent gebedshuis zou perfect passen in de Ottomaanse traditie. Maar dat kan dus niet, want de islam is superieur.

Marc David Baer, De Ottomanen. Khans, keizers en kaliefen, Nieuw Amsterdam, 496 blz., 39,99 euro.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content