‘Deze regering holt het vrijwilligerswerk uit’

‘De vele uitzonderingen knijpen het vrijwilligerswerk langzaam maar zeker dood’, schrijven Tom Lemahieu (Howest) en Eva Hambach (Steunpunt Vrijwilligerswerk). Ze hekelen de manier waarop de overheid vrijwilligers inzet ‘als goedkope werkkrachten’.

Minister Vandenbroucke, we hoorden u op de VRT zeggen dat u het fijn vindt af en toe een compliment te ontvangen, net zoals iedereen wellicht.

Het spijt ons: vandaag krijgt u van ons geen compliment. De reden is dat de Ministerraad van 19 november, op uw voorstel, nòg maar eens een verhoging goedkeurde van de kostenvergoeding voor (een kleine schare) vrijwilligers.

Een vrijwilliger die meehelpt in een vaccinatiecentrum kan, als de Raad van State het ontwerp goedkeurt, straks 4.107,56 forfaitaire kostenvergoeding ontvangen. Dat staat in schril contrast met het normale wettelijke kostenplafond van 1416,16 euro die vrijwilligers kunnen ontvangen. Een bedrag dat al meer dan redelijk is: tal van organisaties vergoeden immers nooit kosten, hebben daar simpelweg de middelen niet voor.

Over welke cijfers gaat het?

De Vlaming vrijwilligt gemiddeld 4 uren per week.

In de vaccinatiecentra schommelt de inzet. In de vaccinatiecentra die mensen inzetten met respect voor de Vrijwilligerswet gaat het over 1 tot 2 keer per week, elders over 5 tot 6 dagen per week.

Om eind december 2021 (sinds half februari 2021) het verhoogde kostenplafond van 4.107,56 euro te bereiken, heeft men 116 shifts gepresteerd, oftewel minstens 3 shifts per week. Een shift duurt gemiddeld 5 uren. Vaak krijgt de uitvoerende vrijwilliger per shift niet 35,41 euro maar 17 euro.

Een vaccinatievrijwilliger die nu aan het plafond zit, heeft dus gedurende 38 weken op minstens parttime basis gevrijwilligt en gemiddeld tussen 570 uren en 1.140 uren ‘gepresteerd’ (wie parttime als beroepskracht werkte gedurende deze periode, presteerde gemiddeld 722 uren)

De vaccinatievrijwilliger ‘verdient’ (lees: kost de overheid) dus 410,7 euro per maand, belastingsvrij. Een koopje!

Een snelle partiële rondvraag levert het volgende op: er is geen tekort aan (niet medische) vrijwilligers, er staan er nog op de reservelijst. In sommige regio’s is er enige schaarste van mensen met medische profielen (dit zijn niet enkel vrijwilligers, maar ook zelfstandigen, uitzendkrachten,… vrijwilligers zitten nog lang niet aan het plafond.

Kostenvergoedingen?

Een vrijwilliger kan een kostenvergoeding ontvangen, met als doel eventuele financiële drempels tot het vrijwilligerswerk weg te werken. De kostenvergoeding zorgt ervoor dat mensen die vrijwilligen zelf niet in de buidel moeten tasten. Je zou het dus als een sociale maatregel kunnen beschouwen. Maar gaat u er vooral niet van uit dat dit schering en inslag is: heel veel vrijwilligers zetten zich actief in voor mens en maatschappij zonder enige kostenvergoeding.

De vrijwilligerswet (in zijn eenvoud goedgekeurd in 2005) regelt dat. En mogen we u herinneren aan de titel van die wet: de wet betreffende de rechten van de vrijwilligers. Het is – het was? — een wet om vrijwilligers te beschermen. Eén van de doelen, en daar kan u als socialistisch minister niet tegen zijn, was alle vrijwilligers op gelijke voet te behandelen. Dat principe moet sinds enige tijd om opportuniteitsredenen wijken.

Sinds 2018 hameren wij erop dat al de uitzonderingen in de Vrijwilligerswet, onbehoorlijk zijn, tot onrust leiden, tot een ongelijke behandeling van vrijwilligers. De uitzonderingen die sindsdien beslist werden, creëren verschillende types vrijwilligers, waarbij de ene meer rechten blijkt te hebben dan de andere. Ze zijn dus discriminerend.

Wie begrijpt de regels nog?

Zowel de Hoge Raad voor Vrijwilligers als het Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk blijven de tsunami aan uitzonderingen hekelen. We doen dat om verschillende redenen.

Ten eerste worden de uitzonderingen niet degelijk geargumenteerd, laat staan gestaafd met concrete cijfers. Dat kan ook niet, want die cijfers kunnen niet voorgelegd worden. Als we zelf op zoek gaan naar info, komen we niet uit bij de argumenten die u aanhaalt.

De zoveelste verhoging voor de vaccinatievrijwilligers is nodig, zo stelt Minister Vandenbroucke omwille van de schaarste aan vrijwilligers. Die schaarste zien wij niet, want er staan al maanden mensen op een duistere reservelijst. In het document dat u aan de ministerraad voorlegde staat zwart op wit dat men wil verdergaan met de vaccinatievrijwilligers die het klappen van de zweep al kennen omdat men niet wil investeren in de vorming van nieuwe vrijwilligers. Men geeft die vrijwilligers – en daar kan u het als socialistisch minister niet mee eens zijn – dus geen kansen.

Deze regering holt het vrijwilligerswerk uit.

Noem de dingen liever bij naam: het gaat om het wegwerken van personeelstekorten, niet om investeren in het vrijwilligerswerk. Of nog erger: u beschouwt vrijwilligers als goedkope werkkrachten.

Ten tweede zorgen de uitzonderingen voor verwarring bij de organisaties: geen kip die er nog aan uitraakt, vrijwilligers die het niet meer kunnen volgen. Ergernis maar ook fouten bij tal van organisaties. Vaak zijn mensen zich niet bewust van het feit dat ze fout handelen, maar geloof ons, de gevolgen zijn wel voor rekening van de vrijwilligers, van de organisaties, en dus ook van de maatschappij.

De kostenvergoedingsregeling in de Vrijwilligerswet telt ocharme drie artikels: daarin zitten ondertussen zeven uitzonderingen, met één rode draad: als vrijwilligers nuttig kunnen zijn, personeelstekorten kunnen wegwerken, in feite te betalen activiteiten zijn, dan kunnen alle basisprincipes vrolijk en met een zweem van noodzakelijkheid weggeveegd worden. Wat is de wet dan nog waard?

Ten derde: minister Vandenbroucke lijkt de vrijwilligerspraktijk niet te kennen. Hij zou dan immers weten dat tal van verenigingen én vrijwilligers in de voorbije tijd geen activiteiten konden organiseren, pogen terug recht te krabbelen na de lockdown, met de handen in de haren zitten omdat hun schaarse middelen uitgeput raken.

Let op het pijnlijke verschil: net op dit moment staat een overheid met grote zwier met eurobiljetten (lees: met belastingsgeld) te wapperen. Straks zal daardoor iedereen moeten besparen, ook de organisaties die nu zo sterk getroffen zijn.

Ten vierde berust de argumentatie om het plafond voor de vaccinatievrijwilligers op te trekken op drogredenen. Het gaat niet om het goed voor de vrijwilligers, het gaat niet om een zorg om de kosten van vrijwilligers te kunnen terugbetalen. Het gaat om het goedkoop draaiend houden van een overheidstaak.

Tenslotte druist deze handelswijze in tegen de democratische spelregels. Als u advies krijgt van de Hoge Raad voor Vrijwilligers, legt de regering ostentatief naast u neer. De belofte die u in april gedaan is, om in gesprek te gaan met het werkveld, is blijkbaar vergeten.

De regeling rammelt, de uitzonderingen knijpen het vrijwilligerswerk langzaam maar zeker dood.

Misprijzen voor de expertise in het vrijwilligerswerk

De regels worden in coulissen aangepast. De Hoge Raad voor Vrijwilligers wordt niet betrokken en negatieve adviezen worden genegeerd. Zei Minister Vandenbroucke eerder niet al dikwijls: ‘Ik luister naar de experten’? We hebben de indruk dat er vooral naar belangengroepen wordt geluisterd, niet naar gedragen adviezen van experten inzake vrijwilligerswerk.

We maken ons geen illusies: men luistert niet, of veegt argumenten van tafel, met deze dooddoeners: noodzaak, crisis, we kunnen niet anders, we ervaren druk, de anderen zijn akkoord…

Rekenwonders

Je moet geen rekenwonder zijn om te begrijpen men appel doet op vrijwilligers voor de vaccinatiecentra: ze kosten minder, ze morren niet, ze zijn content met een publiek applausje. En de hele federale Ministerraad knikt en keurt weer een uitzondering goed, komt met drogredenen aanzetten om het te legitimeren.

En nee, er is geen nijpend tekort aan vrijwilligers voor de vaccinatiecentra. En wat door de minister ‘opleiding’ genoemd wordt, is een vorm van intro van hoogstens een half uur…. Mensen begeleiden, hen wegwijs maken… lijkt ons geen rocket-science. Voor de mensen die vaccineren: wordt dat niet aangeleerd in de opleiding? Hebben de apothekers geen initiatieven genomen om hun beroepsgroep hiertoe op te leiden?

Wie maakt wie wat wijs?

De overheid geeft het slechtste voorbeeld mogelijk. Er wel vanuit gaan dat vrijwilligers paraat staan, maar te beroerd om erin te investeren. Als socialistisch minister zal u het met ons eens zijn dat het verhogen van de kostenvergoeding niet hetzelfde is als investeren in de vrijwilligers en het vrijwilligerswerk.

De wetgever blinkt ondertussen uit in gemorrel aan de Vrijwilligerswet: vrijwilligers zien dat met lede ogen aan. Het is het werkveld dat lastig wordt van deze aanpak. De vakbonden, toch de verdedigers van de werknemers, lijken akkoord te gaan met deze praktijk, van hen hoeft u dan ook niet te vrezen.

Maar wij zijn het beu dat de overheid de regelgeving aanpast à la tête du client: het is een aanfluiting van vrijwilligers in andere sectoren. Het is het wettelijk verankeren van ongelijkheid.

Tom Lemahieu is lector sociaal-cultureel werk aan Howest, de Hogeschool West-Vlaanderen.

Eva Hambach is directeur van het Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content