Delphine Lecompte – De dieren in mij

Ik ik ik, almaar ik-gedichten.

De Brugse Delphine Lecompte won de C. Buddingh’-prijs voor het beste poëziedebuut van het voorbije jaar. Dat wekte niet echt verbazing, want Lecompte is een atypische dichteres en dat moet de jury vernieuwend hebben gevonden.

De gedichten zijn achteloos alfabetisch op titel gerangschikt. Dit is een statement. Volgorde is niet belangrijk. Niets is belangrijk, alleen zo goed mogelijk overleven, iets wat de prachtige dode vogel op de cover niet is gelukt. Die aandoenlijke overlevingsdrift is niet zelden belachelijk. ‘Daar gaat mijn vriend / hij gaat met diabetische voeten en ectropische ogen / ik heb ook moeten opzoeken wat het betekent / en wat het betekent is: nog een beetje potsierlijker zijn in / al je ostentatieve vulgaire sterfelijkheid’ is een strofe die model kan staan voor de hele bundel.

Potsierlijkheid is een sleutelwoord. De mensen, de dingen, de dieren, alles is mallotig en Lecompte maakt geen uitzondering voor zichzelf. Ze heeft er niet om gevraagd geboren te worden, en omdat uit het leven stappen qua potsierlijkheid ver over the top is, moet er dus altijd en overal duchtig aangemodderd worden. Ze is zo’n meisje dat een haast orgastisch genot vindt in de slappe lach. Geen betere manier om die te krijgen dan om je heen te kijken naar de anderen en naar jezelf. Alles grotesk en bespottelijk. Natuurlijk verbergt die façade een kreet om liefde en affectie, want als we dan toch moeten overleven, dan liefst geliefd overleven.

Hoe krachtig ook sommige versregels en strofen, de teneur van deze bundel begint na een tijdje ietwat te vervelen. Ik ik ik, almaar ik-gedichten. Als je alles en iedereen maar niets vindt, ga dan ook geen gedichten schrijven, laat staan een literaire prijs winnen. In een interview schreeuwde Delphine Lecompte haar vreugde om die Buddingh’-prijs uit. Hoe beschamend potsierlijk!

Philip Hoorne

DELPHINE LECOMPTE, DE DIEREN IN MIJ, DE CONTRABAS, 48 BLZ., 12,50 EURO, ISBN 978-90-794-3217-2.

Partner Content