Herwig Reynaert

‘Bij rechtstreekse verkiezing zou ook het takenpakket van de burgemeester herbekeken moeten worden’

Herwig Reynaert Professor lokale politiek aan de UGent

Politicoloog Herwig Reynaert over een idee dat in aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen telkens weer de kop opsteekt: de rechtstreekse verkiezing van de burgemeester.

De lokale verkiezingen naderen met rasse schreden. Eenmaal 14 oktober 2018 overgewaaid is, zal de politieke storm niet overal gaan liggen. Hier en daar zal een kandidaat met het hoogste aantal voorkeurstemmen de burgemeestersjerp door de neus geboord zien. In andere gemeenten zal de grootste politieke partij in de oppositie verzeilen. Hommeles verzekerd.

De grootste partij zijn, is echter niet voldoende om deel uit te maken van de meerderheid. Er wordt immers, indien geen enkele partij een absolute meerderheid behaalt, een coalitie gevormd. Coalitievorming houdt niet in dat de grootste politieke partij hier bij moet zijn.

Bij rechtstreekse verkiezing zou ook het takenpakket van de burgemeester herbekeken moeten worden.

Ook het hoogste aantal voorkeurstemmen als kandidaat behalen, volstaat niet om burgemeester te worden. Zo simpel is het niet. Er wordt een meerderheid gevormd en uit die meerderheid komt de burgemeester. Een rechtstreekse verkiezing van de burgemeester hebben we niet.

Opvallend is dat in de aanloop naar de verkiezingen of vaak al naargelang de verkiezingsuitslag, er ideeën in het rond worden gestrooid om aan ons lokaal institutioneel systeem te morrelen. Ook de burgemeester blijft hierbij vaak niet buiten schot. Sommigen pleitten in het verleden om het aantal ambtstermijnen van de burgemeester te beperkten tot 2 of 3 legislaturen, respectievelijk 12 of 18 jaar. Het vond, wat mij betreft terecht, geen doorgang. Zolang de burgemeester zowel van de bevolking, wat blijkt uit zijn of haar stemmenaantal, als van zijn of haar partij en eventuele coalitiepartners de nodige steun krijgt, mag de burgemeester blijven zitten.

Het was trouwens ook niet helemaal duidelijk of men twee/drie opeenvolgende ambtstermijnen als burgemeester of 12/18 jaar in de totale politieke carrière bedoelde. Dit zou in ieder geval uitgeklaard moeten worden. In wezen zou iemand eerst 12 of 18 jaar burgemeester kunnen zijn, vervolgens 6 jaar schepen of korter, en dan terugkomen als burgemeester. De ‘problematiek’ van de burgemeesters moeten we niet overdrijven. Heel veel burgers zijn niet alleen tevreden over hun gemeente maar tevens over hun burgemeester, zelfs over lang zetelende burgemeesters. Bovendien worden we in heel veel van de Vlaamse gemeenten niet geconfronteerd met burgemeesters die tot in den treure blijven.

Volgens Mechels burgemeester Bart Somers (Open VLD) zou het voor de kiezer veel interessanter zijn om bij de gemeenteraadsverkiezingen de burgemeester rechtstreeks te verkiezen. Hij pleit er tevens voor dat de burgers zelf hun coalitie zouden kunnen kiezen. Volgens hem kan dit door een rechtstreekse verkiezing van de burgemeester te organiseren. In een eerste ronde komen de kandidaten tegen elkaar op, in een tweede ronde maken de twee best geplaatste kandidaten een coalitie en bieden ze zich aan de kiezers aan.

Zou Vlaanderen veranderen in een bananenrepubliek mochten we voortaan de burgemeester rechtstreeks verkiezen? Helemaal niet.

Een inhoudelijke en meer gedetailleerde discussie met Bart Somers zou in ieder geval boeiend zijn. Wat als de twee best geplaatste kandidaten er niet in slagen om een coalitie te vormen? Wat als de tweede best geplaatste met zijn/haar coalitie in de tweede ronde wint? Heb je dan nog een ‘zuivere’ rechtstreekse verkiezing van de burgemeester? Wat met het cordon sanitaire?

Ook in een wat verder verleden pleitten de liberalen ervoor om de burgemeester rechtstreeks te verkiezen. Het kwam er in Vlaanderen niet van. Zou Vlaanderen veranderen in een bananenrepubliek mochten we voortaan de burgemeester rechtstreeks verkiezen? Helemaal niet. In het buitenland zijn er immers talrijke voorbeelden waar de burgemeester rechtstreeks wordt verkozen.

Niettemin zijn er een aantal nadelen die op zijn minst tot nadenken stemmen. In wezen gaat het om gemeenteraadsverkiezingen. We kiezen de leden van de gemeenteraad waaruit uiteindelijk het College van Burgemeester en Schepenen verkozen wordt. We stellen nu al vast dat de gemeenteraadsverkiezingen soms herleid worden tot burgemeestersverkiezingen. Op zich is dit geen goede zaak. Electorale boksmatches tussen kandidaat-burgemeesters zijn misschien een vette kluif voor de media maar kunnen we missen als kiespijn.

Een ander mogelijk nadeel van rechtstreekse burgemeestersverkiezingen is een eventuele ‘cohabitation’. M.a.w. een burgemeester die geen lid is van de meerderheid in de gemeenteraad. Bevorderend voor de werking van het lokaal politiek bestuur zou dit ongetwijfeld niet zijn. In het voorstel van Bart Somers wordt dit terecht vermeden.

Brengt de rechtstreekse verkiezing andere kandidaten op de burgemeestersstoel? Niet noodzakelijk. Uit onderzoek blijkt immers dat in 2000 in ongeveer 75%, in 2006 in iets meer dan 80% en in 2012 in iets minder dan 80% van de Vlaamse gemeenten de burgemeester diegene was die bij de gemeenteraadsverkiezingen het hoogste aantal voorkeur­stemmen behaalde. Bovendien kwam de burgemeester ook in de meeste gevallen uit de grootste politieke partij. Het wordt uitkijken wat de situatie vanaf 1 januari 2019 wordt.

Er zijn grotere problemen dan de figuur van de burgemeester.

Mocht men toch overschakelen naar de rechtstreekse verkiezing van de burgemeester zou in ieder geval het takenpakket van de burgemeester herbekeken moeten worden. Zo niet dreigen de hooggespannen verwachtingen van de kiezer in de burgemeester niet ingelost te kunnen worden.

Tot slot. Er zijn grotere problemen dan de figuur van de burgemeester. De gemeenteraad wordt beschouwd als de hoeksteen van de lokale democratie. Wat zien we echter? In veel gevallen wordt de rol van de gemeenteraadsleden van de meerderheid beperkt tot ja-knikken. De gemeenteraadsleden van de oppositie mogen hun opmerkingen en kritiek spuien maar op het einde van de discussie beslist de meerderheid. Het opwaarderen van de gemeenteraad blijft een noodzaak. Op termijn dreigt immers de zoektocht naar valabele kandidaten om een lokaal mandaat uit te oefenen nog problematischer te worden. Niet iedereen wordt immers burgemeester of schepen. Dit verdient onze aandacht.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content