Vrijdaggroep

‘Te weinig talent trekt naar België: arbeidsmigratie is onze grootse blinde vlek’

België dreigt de traagst groeiende economie van Europa te worden, zo waarschuwt de Europese Commissie. Een onheilspellende boodschap, maar ook een wake-upcall. ‘Als we onze welvaart willen behouden, moeten we onze economie weerbaar maken tegen structurele uitdagingen zoals vergrijzing, arbeidsmarktkrapte en bevolkingskrimp’, stelt Hélène Hannecart in het kader van de zomerreeks van de Vrijdaggroep over veerkracht. ‘Arbeidsmigratie speelt daarin een vaak onderschatte, maar cruciale rol.’

De motoren van economische groei zijn bekend: meer mensen aan het werk én hogere productiviteit. In het debat over het arbeidsaanbod ligt de nadruk meestal op het verhogen van de tewerkstellingsgraad. Terecht, maar het is niet de enige hefboom. Ook bevolkingsgroei, al dan niet via migratie, kan het arbeidspotentieel versterken.

Met een geboortecijfer van 1,47 kinderen per vrouw dat ver onder het vervangingsniveau ligt (2,1), krimpt de natuurlijke bevolking in België. De beperkte bevolkingsgroei die we in 2024 alsnog kenden, is volledig te danken aan een positief migratiesaldo.

Helaas is migratie al te vaak een politiek beladen thema, terwijl het net een economische hefboom kan zijn. Op voorwaarde natuurlijk dat migranten kansen krijgen om volwaardig deel te nemen aan de arbeidsmarkt. En precies daar knelt het schoentje. België hinkt achterop met een tewerkstellingsgraad van migranten (61%), ver onder het OESO-gemiddelde (72%). België slaagt er vandaag niet in om migratie strategisch te benutten, noch via een gerichte instroom van arbeidsmigranten, noch via een doeltreffende integratie van migranten die zich reeds in het land bevinden.

Te weinig talent trekt naar België 

België trekt relatief weinig arbeidsmigranten aan. Slechts 6% van de totale migratie is arbeidsgerelateerd. Daartegenover staat 28% gezinshereniging en 9% humanitaire migratie, terwijl de overige 57% voortkomt uit het vrije verkeer binnen de EU. Het contrast met de buurlanden is opvallend: in Frankrijk bedraagt het aandeel arbeidsmigratie 20%, in Nederland 16% en in Duitsland 13%.

En hoewel België – Luxemburg even buiten beschouwing gelaten – het hoogste aandeel migranten heeft als percentage van de totale bevolking (20%, tegenover 14% in Frankrijk), wordt dat potentieel nauwelijks gericht ingezet voor economische meerwaarde. Een job is nochtans de eerste stap naar integratie, en arbeidsmigranten kunnen structurele tekorten helpen opvangen.

Andere landen tonen hoe het beter kan. In Canada maken migranten ruim een vijfde van de bevolking uit, en ligt hun tewerkstellingsgraad zelfs hoger dan die van de lokale bevolking. Dat is geen toeval: meer dan de helft wordt er geselecteerd op economische gronden, via een puntensysteem dat rekening houdt met opleiding, werkervaring, taalvaardigheid en sectorale noden. Provincies kunnen via het Provincial Nominee Program gericht talent aantrekken. Arbeid en verblijf zijn er bovendien geïntegreerd in één vlotte procedure.

In België daarentegen beslissen de gewesten over de toegang tot de arbeidsmarkt en de federale overheid over verblijf. Arbeidsmigranten moeten dus twee aparte procedures doorlopen. Dat maakt het systeem traag, versnipperd en daardoor onaantrekkelijk voor de mensen die we net zo hard nodig hebben.

Een job blijft te ver weg

Ook de integratie van migranten in de arbeidsmarkt blijft een pijnpunt. De Oekraïnecrisis toont dat aan: hoewel België veel Oekraïense vluchtelingen opving, vond slechts 17% van hen effectief werk. In onze buurlanden liggen die cijfers veel hoger. Nederland spant de kroon met 55%. Als we migratie willen laten bijdragen aan economische groei, moeten we meer doen dan enkel toelaten: buitenlandse diploma’s moeten sneller erkend worden, taaltrajecten moeten ambitieuzer worden opgezet, en werkgevers moeten actiever betrokken worden bij het matchen van nieuwkomers met openstaande vacatures.

Migratie is de voorbije jaren steeds meer een onderwerp van polarisatie geworden, waarbij nuance zeldzaam is. Als we onze welvaart willen vrijwaren én versterken, dan moeten we migratie strategisch inzetten met een grotere focus op arbeidsmigratie en een doortastend integratiekader. Alleen zo creëren we duurzame economische groei én de maatschappelijke draagkracht om ook humanitaire migratie en gezinshereniging op een menswaardige manier te blijven organiseren.

Hélène Hannecart (1998) werkt voor het Canadees investeringsfonds Brookfield in Londen, waar ze deel uitmaakt van het logistieke vastgoedteam. Ze is lid van de Vrijdaggroep.

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise