Spoedcursus Europa voor 16- en 17-jarigen: ‘Waarom mag ik niet met mijn smartphone stemmen?’

© Getty
Peter Casteels

Het Grondwettelijk Hof heeft beslist: jongeren van 16 en 17 jaar mogen niet maar moeten gaan stemmen voor Europa in juni. Wij stelden Hendrik Vos veertien vragen om hen daarbij te helpen.

De regering-De Croo wilde jongeren van zestien en zeventien jaar de kans geven om in juni voor de Europese verkiezingen te stemmen. Het Grondwettelijk Hof vond dat discriminerend tegenover alle andere kiezers die moeten opdagen, dus gaan op negen juni zo’n 280.000 jongeren ook verplicht stemmen. Knack vroeg professor en Europakenner Hendrik Vos dan maar snel om een spoedcursus in veertien vragen voor iedereen die straks voor het eerst moet deelnemen aan de verkiezingen voor het Europees Parlement.

1. Europa, is dat niet echt héél saai?

Hendrik Vos: Het klinkt dikwijls ingewikkeld en saai, dat klopt. Er is een Europese wet die kwaliteitseisen vastlegt voor een spade. In de wet heeft men het over ‘enkelbladige eenmansgraafinstrumenten’. Dus ja, dat klinkt complex. Maar ook alle grote problemen van vandaag (klimaat, migratie, energieprijzen, …) kunnen het best aangepakt worden op een hoger niveau. Landen apart zijn te klein. Daarvoor zijn Europese wetten nodig.
Ook die kleine dingen die Europa regelt zijn trouwens wel belangrijk: hoe een kindersurprise-ei eruit moet zien, dat plastic rietjes en sommige glitters verboden worden, dat smartphones moeten kunnen worden opgeladen met een universele lader…. De reden? We zijn één markt geworden, zonder slagbomen. Het zou onzinnig zijn als elk land eigen regels had en dat milieuregels of veiligheidsregels over speelgoed of voedsel in elk land anders waren. Dan zou je aan elke grens wel weer slagbomen moeten zetten om te controleren of alles wat hier binnenkomt wel aan onze eigen Belgische regels voldoet. Dat zou belachelijk zijn. Over vele duizenden zaken moeten dus gemeenschappelijke beslissingen worden genomen, en daar heeft het Europees Parlement meestal mee het laatste woord over. Dus is het belangrijk wie daarin zit, want het zijn die parlementsleden die beslissen.

2. Wat heeft Europa de voorbije jaren dan zoal veranderd?

Vos: De voorbije vijf jaar ging er veel aandacht naar het klimaat. Dat kwam onder meer omdat er vijf jaar geleden veel klimaatmarsen waren en het thema erg leefde, ook onder jongeren. Dus zijn allerlei wetten voorgesteld en onderhandeld om klimaatverandering te bestrijden. Daar werd dikwijls veel ruzie over gemaakt, omdat de meningen tussen partijen en landen verschillen. Maar er zijn al bij al toch heel wat regels goedgekeurd. Meer dan op andere plekken in de wereld.
Ook aan onze veiligheid op het internet is gewerkt. Dat blijft altijd wel moeilijk, maar er wordt geprobeerd om regels te maken die de privacy beschermen én online haat en fake news tegengaan.

3. Nemen aan de Europese verkiezingen dezelfde partijen deel als in België en Vlaanderen?

Vos: Eigenlijk wel. Dat is logisch ook, want partijen hebben een bepaalde kijk op de dingen. De ene partij vindt het erg belangrijk dat boeren hun werk kunnen doen, zonder al te veel regels. De andere partij vindt het belangrijk dat de gezondheid beschermd wordt en wil minder pesticiden. Er zijn partijen die willen dat bedrijven vlot zaken kunnen doen, en er zijn partijen die vooral willen dat mensen beter beschermd zijn als ze ziek of werkloos worden. Elke partij heeft zo enkele eigen prioriteiten. En dat zijn thema’s die meestal leven op alle niveaus: Vlaams, Belgisch, en dus ook Europees. Als je op de websites van partijen gaat kijken, of je doet een stemtest, dan zie je snel waar welke partij voor staat.

4. Waarom kan ik alleen voor Vlaamse politici kiezen?

Vos: Goeie vraag. Het lijkt logisch dat je voor de Europese verkiezingen ook zou kunnen kiezen voor Duitsers, Portugezen of Litouwers. Want die beslissen natuurlijk ook mee over de regels. Maar voorlopig is dat niet het geval. Men vreest dat kiezers dan helemaal niet meer zullen weten wie al die mensen zijn. Dat er geen herkenbaarheid meer is. Daarom worden de verkiezingen land per land of regio per regio georganiseerd. Maar misschien wordt dat later wel anders.

5. De Europese lijsttrekkers voor sommige partijen zitten nu in een ander parlement, zoals Bruno Tobback, Wouter Beke en Elio Di Rupo. Hoe kan dat?

Vos: Sommige politici hebben na een tijdje in de gaten dat de belangrijkste beslissingen vandaag meestal in Europa worden genomen. En daarom willen ze naar het Europees Parlement, omdat ze denken dat ze daar meer kunnen betekenen. Maar soms is het ook zo dat de partijen andere politici in het Vlaams of federaal parlement willen krijgen, want die komen vaker in het nieuws. Dan worden de oude politici weleens weggestuurd naar Europa. Soms vinden die daar een tweede adem en maken ze er nog veel verschil. Ze hebben per slot van rekening veel ervaring. Maar af en toe is er ook wel iemand die gewoon wat gaat uitblazen in dat Europees Parlement zonder er nog veel uit te steken. Gelukkig is dat een zeldzaamheid.

6. Ik heb helemaal niks met Europa. Kan ik ook tégen stemmen?

Vos: Nee, zoals je ook niet tégen Vlaanderen of België kunt stemmen. Europa verdwijnt ook niet. Je kunt wel kiezen voor partijen die Europa in een bepaalde richting willen duwen, maar Europa zal niet zomaar ineens verdampen.

7. Zijn er Europese politici die goeie TikTok’s maken?

Vos: Persoonlijk vind ik dat wat tegenvallen. Vaak zijn ze toch maar wat klungelig bezig, en soms is het gewoon ook raar. Het moet ook niet de bedoeling zijn dat de politici in Europa goed kunnen dansen. Ze moeten vooral goed kunnen samenwerken met andere politici en hun best doen om goede wetten te maken. Dat ze af en toe wat onnozel doen, is helemaal niet erg, maar meestal komt dat toch niet zo goed over op TikTok.

8. Wordt er in Europa ook een regering gevormd na de verkiezingen?

Vos: Nee, eigenlijk niet. Er komt wel een Europese Commissie. Maar dat is niet echt een regering. In Vlaanderen of in België wordt er na de verkiezingen inderdaad een regering gevormd. Die zal dan de volgende jaren het centrum van de macht zijn. De regering bestaat uit partijen, die samen een meerderheid hebben in het Vlaamse of federale parlement. Bij elke stemming zullen de parlementsleden van de meerderheidspartijen de regering steunen. In Europa werkt het anders. Elk land stuurt iemand naar de Europese Commissie en de Commissie heeft als belangrijkste taak om wetsvoorstellen te doen. Maar die voorstellen worden pas echt wet als ze zijn goedgekeurd door een grote meerderheid van de lidstaten en door een meerderheid in het Europees Parlement. Die meerderheden zien er vaak anders uit. Binnen de partijen stemt ook niet altijd iedereen op dezelfde manier. Daarom is Europese politiek soms wel spannend: je kunt op voorhand niet altijd voorspellen of het zal lukken om een meerderheid te vormen en hoe die eruit zal zien.

9. Charles Michel is president van Europa. Mogen we ook kiezen voor de volgende president in juni?

Vos: Nee, het zijn de leiders van de lidstaten die kiezen wie hun ‘president’ wordt. Die heeft trouwens niet zoveel macht: hij of zij moet zien dat iedereen aan tafel blijft zitten, en moet zoeken naar afspraken waar liefst alle lidstaten zich in kunnen vinden. De Europese president is dus machtelozer dan de Amerikaanse president. Overigens, in België kiezen we ook niet rechtstreeks wie er premier of minister wordt. Wie er in de regering gaat zitten, dat kiezen de partijen op basis van de verkiezingsuitslag.

10. Wat worden grote onderwerpen in de Europese campagne?

Vos: Er zijn heel veel thema’s die belangrijk worden de komende jaren. Hoe gaan we migratie aanpakken? Lukt het om rond Europa een muur te zetten, of is het ingewikkelder en moeten we het ruimer bekijken? Gaan we verder met onze klimaatafspraken, of zullen we een tandje terugschakelen? Wat doen we met de landbouw? Gaan we minder regels opleggen waaraan boeren zich moeten houden, of zal dat slecht zijn voor het milieu en voor onze gezondheid (bijvoorbeeld als we afspraken over pesticiden minder streng maken)? En moet Europa stilaan ook een eigen leger krijgen? Hoe gaan we ons opstellen tegenover China en Rusland? Wat als Donald Trump opnieuw president wordt in Amerika? En mogen er nog landen bij de Europese Unie komen, of is ze groot genoeg?

11. Maken de parlementsleden die wij verkiezen een groot verschil in een parlement met 720 leden?

Vos: Ja en nee. Elk parlementslid heeft een stem, en wij kiezen 13 parlementsleden. De Duitsers verkiezen meer parlementsleden, maar de Duitsers zijn ook met veel meer. En elk Duits parlementslid heeft ook maar gewoon één stem. Iedereen apart lijkt weinig macht te hebben, maar in hun geheel beslissen ze natuurlijk wel. Vlaamse Europarlementsleden kunnen soms ook echt wel een verschil maken, door goed te studeren op de zaken die besproken worden, en door dan collega’s te overtuigen. In het verleden is dat dikwijls gelukt, om zo flink wat invloed te hebben.

12. Wie is Ursula von der Leyen? Haar naam heb ik al een paar keer horen vallen.

Vos: Zij is de voorzitter van de Europese Commissie, de instelling die vooral wetsvoorstellen doet. Ze heeft de voorbije vijf jaar echt werk gemaakt van die Green Deal voor het klimaat, zelfs toen ze zich ook moest bezighouden met de covidcrisis en de oorlog in Oekraïne. Als ze na de verkiezingen mag aanblijven, is de vraag wel of ze in diezelfde richting zal blijven duwen.

13. Waarom kan ik niet gewoon met mijn smartphone stemmen?

Vos: Goeie vraag. Omdat er het gevoel is dat er misschien gefraudeerd kan worden? Omdat andere landen, zoals Rusland, het systeem dan misschien zouden kunnen hacken, en de verkiezingen daardoor vervalst worden. Andere landen willen soms dat het er in de Europese Unie heel chaotisch aan toegaat, of dat de Unie zelfs uiteenvalt. Ze zouden de stemming kunnen manipuleren, zodat er veel ruziemakers of brutale roepers in het parlement komen en er dus nog weinig dingen beslist worden.

14. Maar, euh, krijg ik echt een boete als ik niet ga stemmen?

Vos: Hou het stil, maar hoogstwaarschijnlijk niet. Maar misschien is het toch de moeite om wél te gaan stemmen. Jouw stem weegt even zwaar als die van je ouders, van je leerkrachten of van de premier. Allemaal samen kiezen we zo wie er in dat parlement gaat zitten, en daar worden dan weer de beslissingen genomen over de richting die Europa uitgaat de volgende jaren. En het zal in dat Europa zijn dat je verder moet leven. Dus toch maar even over nadenken, in welk Europa je wilt leven, en op welke partij je dan moet stemmen. Hou altijd wel in het achterhoofd: er zijn vele partijen, en finaal zal er moeten worden samengewerkt. Want we zijn een democratie: er is niet één land, één partij of één persoon die het helemaal voor het zeggen heeft. Er wordt altijd gezocht naar oplossingen waar zo veel mogelijk Europeanen zich in kunnen vinden. Dus er zijn in Europa vooral bruggenbouwers nodig. Politici die zeggen dat ze simpele oplossingen hebben voor ingewikkelde problemen, daar let je ook maar beter mee op.

16- en 17-jarigen moeten verplicht gaan stemmen voor Europese verkiezingen: ‘Minderjarigen zullen oproepingsbrief krijgen’

Partner Content