Kan het wel: een Vlaams klimaatplan vol groene maatregelen die efficiënt zouden zijn en die de Vlaming toch niet zal voelen in zijn portemonnee?
Het nieuwe Vlaamse klimaatplan werd voorgesteld door vier ministers van de Vlaamse regering: minister-president Matthias Diependaele (N-VA), energie- en klimaatminister Melissa Depraetere (Vooruit), minister van Omgeving Jo Brouns (CD&V) en mobiliteitsminister Annick De Ridder (N-VA). Het is dan ook het resultaat van een compromis à la belge: het kwam rijkelijk te laat, het zorgt voor veel politieke tevredenheid, maar of de maatschappelijke impact ook groot zal zijn, is nog maar de vraag.
Over het Vlaamse klimaatplan is dan ook erg lang onderhandeld, zelfs een jaar langer dan de Europese deadline eigenlijk toeliet. Het akkoord ligt moeilijk omdat groene ambities verzoend moesten worden met sociale mildheid. Met andere woorden: het mag de inwoners van Vlaanderen niet in hun portemonnee treffen, en de landbouwers mogen evenmin tot verdere inspanningen verplicht worden. Maar Europa eist nu eenmaal dat ook Vlaanderen zijn deel van de klimaatengagementen opneemt. Niets doen was dus geen optie.
Dubbele bonus
Maar goed, grote voorvechters voor het klimaat zitten niet meer in de Vlaamse regering. Vooruit trekt voluit de sociale kaart, de CD&V verdedigt hardnekkiger dan ooit de belangen van de Vlaamse landbouwsector en N-VA zal zich van nature uit zelden op een groen economisch discours laten betrappen. De Vlaamse regering zet weliswaar in op een shift van fossiele brandstoffen naar elektriciteit, waarbij door een taxshift van 350 miljoen euro elektriciteit goedkoper en gas duurder wordt.
Maar de doelstellingen zelf zijn beperkt – een CO2-reductie met 40 procent tegen 2030, in plaats van 47 procent zoals de Europese Unie naar voren schuift. Melissa Depraetere maakt zich sterk dat huishoudens die nog stookolie of gas gebruiken (en daarvoor dus meer zullen moeten betalen) natuurlijk ook (straks goedkopere) elektriciteit nodig hebben en dat hun factuur dus neutraal blijft. Voor wie nu al op elektriciteit verwarmt en kookt, is er een dubbele bonus.
Het lijkt een groene Vlaamse variant van de oude steen der wijzen uit de middeleeuwse legenden: een ambitieus klimaatbeleid voeren dat op de koop toe goedkoper zal zijn voor de Vlaming.
Het lijkt een groene Vlaamse variant van de oude steen der wijzen uit de middeleeuwse legenden: een ambitieus klimaatbeleid voeren dat op de koop toe goedkoper zal zijn voor de Vlaming. Want zelfs wie niets aan zijn gedrag verandert (of dat niet kan, wegens te grote investeringen), zal er geen enkel nadeel van ondervinden. En voor de milieubewuste Vlaming is het zelfs ‘kassa’.
Verder zal het goedkoper worden om sociale woningen te renoveren, om tweedehands batterijen aan te kopen, om warmtepompen te installeren in appartementen enzovoort. Boeren zullen binnen afzienbare tijd een keuzepakket krijgen waarin zij naar eigen goeddunken kunnen overschakelen op bepaalde genetisch gemodificeerde gewassen, klimaatvriendelijkere ‘voedingsadditieven’ voor het vee. Vlaanderen zal ook meer investeren in fietsinfrastructuur.
De Vlaamse vereniging voor ondernemingen VOKA toont zich zeer tevreden, vooral omdat de kleine industriële ondernemingen niet getroffen worden door bijkomende lasten. De Bond Beter Leefmilieu (BBL) en oppositiepartij Groen zijn teleurgesteld in een plan dat op veel te veel punten too little is en too late komt. Zij wijzen erop dat Vlaanderen veel te weinig ambitie toont. BBL noemde het ‘kortzichtig en ondermaats’. Groen hamert er ook op dat Vlaanderen daardoor ‘minstens twee miljard euro’ zal zien wegstromen aan de aankoop van emissiecertificaten die Europa straks zal opleggen.
Maar opvallend: ook de milieubeweging en de ecologische oppositiepartij hoeden zich ervoor om maatregelen te eisen die overtreders – of het nu burgers, bedrijven of landbouwers zijn – financieel echt pijn doen. Een korte verwijzing naar de ‘industriële veeteelt’ of een ‘slimme kilometerheffing’, veel verder gaat het niet. Dat ligt duidelijk veel te moeilijk in het huidige politieke klimaat.
Doorrekenen
De Vlaamse hervorming gaat pas in 2028 in, want ze hangt rechtstreeks samen met de invoering van de nieuwe Europese ETS2-heffing – ook wel ‘de CO2-taks’ genoemd, die vanaf 2027 wordt ingevoerd. Het gaat om een heffing op fossiele brandstoffen die gebruikt worden voor verwarming en transport: benzine, diesel, stookolie en aardgas. De verkopers ervan moeten emissierechten kopen om de schadelijke uitstoot te compenseren (zie hogervermelde kritiek van Groen), maar de prijs ervan mogen en zullen ze doorrekenen aan de klant.
Autobestuurders die hun tank vullen met benzine of diesel, zullen daarvoor respectievelijk 10 en 11 procent meer betalen.
Een deel van de opbrengsten van deze ETS2-taks wordt doorgestort naar de lidstaten (dus ook naar Vlaanderen) om de sociale effecten van de nieuwe heffing te milderen. Pas als die extra 300 miljoen euro aan Europese middelen er komt, treedt ook de ‘groene taxshift’ van de Vlaamse regering in werking.
De vraag is of die optimistische berekeningen ook in de praktijk waargemaakt zullen worden. Volgens een nieuwe impactanalyse van het Planbureau zal de ETS2-taks de Vlaamse gezinnen tussen de 250 en 400 euro per jaar kosten. Maar de studie kan natuurlijk moeilijk rekening houden met de effecten van een Vlaams milieuplan dat pas binnen drie jaar voluit geactiveerd wordt.
Vijftien procent van de Vlaamse gezinnen zal (althans bij ongewijzigd beleid) de verwarmingskosten zien stijgen. Stookolie wordt volgens het Planbureau namelijk 21 procent duurder en aardgas 16 procent. En autobestuurders die hun tank vullen met benzine of diesel, zullen daarvoor respectievelijk 10 en 11 procent meer betalen.
Kwetsbare gezinnen
Die lasten zijn vooral niet evenredig verdeeld tussen alle Vlamingen. Het zijn vooral gezinnen die sowieso al kwetsbaar zijn, die opnieuw de zwaarste schok zullen opvangen: singles, eenoudergezinnen, gezinnen met een laag inkomen, en al wie verwarmt met stookolie en gas.
Uitgerekend voor het laagste inkomensdeciel (dus de armste 10 procent van de Vlamingen) zal het door ETS2 getroffen energiebudget een stijging kennen ter grootte van 1,3 procent van het gezinsinkomen. Voor het hoogste inkomensdeciel (dus de rijkste 10 procent) zal dat slechts 0,5 procent zijn. Al zullen zij in absolute bedragen wel een pak meer moeten betalen. Maar dat deert dus minder.
‘Indien er niets verandert aan de indexering, zit het grootste deel van de ETS2-impact (fossiele verwarming) in de gezondheidsindex en komt de factuur uiteindelijk bij de Belgische ondernemingen terecht.’
Maar voor alle inwoners en elk bedrijf van dit land zal de invoering van ETS2 nog een belangrijke sociaaleconomische consequentie hebben. Dat maakte Geert Langenus, macro-econoom bij de Nationale Bank, meteen duidelijk in een korte maar scherpe reactie op X. Langenus wees op een verregaande verborgen consequentie van de hogere klimaattaks: ‘Indien er niets verandert aan de indexering, zit het grootste deel van de ETS2-impact (fossiele verwarming) in de gezondheidsindex en komt de factuur uiteindelijk bij de Belgische ondernemingen terecht…’
En bij de armste Vlamingen: ‘ETS2 zal in 2027 onder meer gasverwarming duurder maken en voor veel gezinnen (vooral die met lagere inkomens) een nieuwe flinke hap uit de koopkracht nemen (…..) Voor 4 procent van de gezinnen is de impact die van een indexsprong (-2%).’ Een inlevering ter grootte van een indexsprong: de vakbonden zijn al voor minder op straat gekomen.
Het zou dus kunnen uitdraaien op een keuze tussen het behoud van de indexering van lonen en wedden, of een ambitieuzer (maar ook strenger en duurder) Europees klimaatbeleid. Of hoe belangrijke (ambitieuze, maar ook strengere en duurdere) klimaatmaatregelen rechtstreeks impact hebben op het bestaande sociale model, in dit geval op de automatische indexering van de Belgische lonen en wedden.