De Croo: ‘Bevel om grondgebied te verlaten moet dwingender worden’

Premier Alexander De Croo op 17 oktober 2023. © Belga

Een bevel om het grondgebied te verlaten, moet dwingender worden. Dat heeft premier Alexander De Croo dinsdag verklaard na afloop van de Nationale Veiligheidsraad

De eerste minister beseft dat de landen van herkomst daar ook hun medewerking voor moeten verlenen, wat geen evidentie is.

Hij kijkt daarom naar samenwerking met de andere landen van de Europese Unie.

De dader van de aanslag in Schaarbeek van maandagavond, verbleef sinds oktober 2020 onwettig in ons land. Het bevel om het grondgebied te verlaten kon volgens staatssecretaris voor Asiel en Migratie Nicole de Moor echter niet aan de Tunesische dader worden afgeleverd.

Staatssecretaris voor Asiel en Migratie Nicole de Moor wil graag een stap verder gaan. “Landen moeten accepteren om hun eigen onderdanen terug te nemen. Doen landen dat niet, dan moeten we sterker reageren, met name via onze handelsinvesteringen, ontwikkelingssamenwerking en visumbeleid”, aldus de Moor. 

In het concrete geval van de Tunesische dader was het volgens De Croo moeilijk om een gedwongen terugkeer te organiseren voor de dader, omdat hij geen strafblad had en niet bij het OCAD gesignaleerd stond om zijn extreme of radicale ideeën. Toch was hij bekend bij de veiligheidsdiensten. “Dat moeten we nauwlettender in de gaten houden in de toekomst.”

De dader mag dan niet op de OCAD-lijst met potentiële terroristen staan, de man stond volgens minister Van Quickenborne wel degelijk op de radar van de diensten. “Maar geen van de meldingen waren voor het OCAD voldoende om de persoon op te nemen in de terroristenlijst”, aldus de Open VLD-minister. De man had ook geen strafblad, maar er waren wel vier meldingen tegen hem. Maar “geen van die meldingen waren voldoende voor het OCAD om de man op te nemen op de terrostenlijst”, dixit Van Quickenborne. 

“Zijn er zaken die anders hadden moeten lopen?” vraagt Van Quickenborne zich af. Volgens hem zijn er na de aanslagen van 2016 structuren op poten gezet die latere aanslagen hebben kunnen vermijden. “Dat is nu niet gelukt. Daarom moet het nog beter. Dat zijn we verplicht aan de nabestaanden”, klonk het.

Volgens de minister van Justitie “botsen de veiligheidsdiensten op de onwil van enkele Noord-Afrikaanse landen om hun onderdanen terug te nemen. De prijs die we daarvoor moeten betalen, is hoog”.

Volgens zowel de premier, minister Van Quickenborne als federaal procureur Frédéric Van Leeuw wijst alles er voorlopig op dat de dader alleen handelde. “Er is op dit moment geen enkele aanwijzing dat de dader tot een netwerk behoorde”, aldus Van Quickenborne.

“In dit stadium van het onderzoek lijkt het er niet op dat de terroristische aanslag werd georganiseerd door een brede terroristische structuur. De lone wolf theorie lijkt dichter bij de werkelijkheid te liggen”, vulde federaal procureur Van Leeuw nog aan.

Nog volgens de procureur loopt het onderzoek nog verder. Naast het oorlogswapen (AR15) en de zak met kledij die dinsdagochtend bij de dader zijn aangetroffen in het café waar hij werd gevonden, zijn er volgens Van Leeuw in de directe omgeving van de woning van de dader “ook twee handwapens en een mes gevonden”. “De herkomst van deze wapens moet nog worden vastgesteld”, klinkt het.

Verder zijn er dinsdagochtend vier huiszoekingen uitgevoerd en zijn er twee mensen opgepakt voor verhoor “vanwege hun mogelijke contacten met de vermoedelijke dader van de aanslag”.  Ook de motieven van de aanslag worden volgens Van Leeuw nog verder onderzocht. “Aanvankelijk werd een verband met de in Zweden verbrande Korans gesuggereerd, vanwege een toespeling daarop in een van de video’s die de vermeende dader voor de aanslag publiceerde”, aldus Van Leeuw. 

Volgens minister Van Quickenborne heeft het OCAD eerder dit jaar een evaluatie van de dreiging uitgevoerd naar aanleiding van die koranverbrandingen in Zweden. Maar toen waren er “geen concrete aanwijzingen” dat er iets zou gebeuren. Die dreiging werd volgens de analyse “zeer laag ingeschat”, zegt ook premier De Croo.

De premier voegt er wel aan toe dat een dreigingsanalyse altijd “een voorspelling is van wat men op dat moment weet”. 

Dat er geen grotere veiligheidsmaatregelen waren genomen voor de voetbalwedstrijd tussen België en Zweden is volgens minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden te verklaren door het feit dat die wedstrijd “op niemands radar stond als een grote zorg”. 

De CD&V-minister liet nog verstaan dat de federale fase (de fase waarin defederale diensten de coördinatie van de verschillende diensten in handen nemen, red.) nog tot morgen/woensdag van kracht blijft, tenzij er daarvoor “tegenindicaties” zouden opduiken.

Meer dan 25.000 bevelen om het grondgebied te verlaten in 2022

Maandelijks worden duizenden bevelen om het grondgebied te verlaten uitgevaardigd aan personen die illegaal in het land verblijven, maar heel wat minder personen verlaten het land vrijwillig of gedwongen. Dat leren de cijfers van de Dienst Vreemdelingenzaken. Voor het tot een uitzetting komt, hebben personen die internationale bescherming vragen, verschillende procedures om zich te verzetten tegen een weigering van de Belgische autoriteiten.

De dader van de terreuraanslag maandagavond in Brussel, Abdesalem L., bleek illegaal in het land te verblijven. De 45-jarige Tunesiër had in 2021 al het bevel gekregen om het grondgebied te verlaten na een afgewezen asielaanvraag het jaar voordien. Dat hij alsnog in België bleek te zijn, zorgt in de politieke wereld voor vragen.

Het is alleszins niet ongewoon dat een persoon in die situatie toch in België blijft. Volgens de cijfers van de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) hebben in 2022 van de 25.292 personen die een bevel om het grondgebied te verlaten kregen er 7.410 dat effectief gedaan. Er is sprake van meer dan 2.900 gedwongen uitzettingen en 2.673 vrijwillige vertrekkers. Bij het resterende aantal gaat het in hoofdzaak om terugdrijvingen aan de Belgische grens.

In deze context is sprake van een grote achterstand van de behandeling van asielaanvragen. Het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS), dat instaat voor de beoordeling van aanvragen, had in september een achterstand van 17.087 nog te behandelen dossiers. Het zijn complexe dossiers en de procedures kunnen maanden duren. De dossiers lopen binnen bij de DVZ, die ze aan het commissariaat overmaakt indien van oordeel dat België verantwoordelijk is voor het verzoek om internationale bescherming. Is dat niet het geval, volgt een bevel om het grondgebied te verlaten.

Het CGVS kent een (tijdelijke) bescherming toe of weigert die. Bij weigering kan de aanvrager naar de Raad voor de Vreemdelingenbetwistingen stappen. Tijdens die procedure mag de persoon in kwestie in het land blijven. Indien de Raad een weigering bevestigt, kan de asielaanvrager nog in cassatie gaan, maar die procedure werkt niet opschortend.

In laatste instantie is een nieuwe aanvraag tot bescherming mogelijk, maar enkel als er nieuwe elementen in het dossier zijn en als die beduidend de nood aan bescherming verhogen. Zoniet volgt een nieuwe weigering en is de persoon illegaal in het land, zonder geldige papieren. Eens in die situatie, bezorgt DVZ een bevel om het grondgebied te verlaten.

Ook hier is een beroep bij de Raad Vreemdelingenbetwistingen mogelijk. Het land verlaten kan vrijwillig, maar ook onder dwang. Dat is in hoofdzaak het geval als de deadline overschreden is. Als uitzetting onder dwang gebeurt, zal de politie de persoon oppakken.

Indien er geen officieel adres is, of de persoon is uit het rijksregister geschrapt zoals bij Abdesalem L. het geval was, kan DVZ ook beslissen om de persoon bijvoorbeeld in een gesloten centrum of andere voorziening te houden. Maar deze dossiers zijn in de minderheid in vergelijking met het aantal beleverde uitzettingsbevelen.

Partner Content