Ann Peuteman

‘Stel dat jij op het journaal zou horen dat je verzorgd wordt door drugsverslaafden die je pillen pikken’

De onheilstijdingen over wantoestanden in sommige woonzorgcentra komen ook bij de bewoners hard aan. ‘We lijken te vergeten dat rusthuisbewoners óók naar het journaal kijken’, schrijft Knack-redactrice Ann Peuteman in haar column De Zoetzure Dinsdag.

Helemaal ondersteboven waren ze ervan. Eerst hadden ze in de krant vergaande kritiek op hun woonplek gelezen, dan spotten ze tv-ploegen in de inkomhal en vervolgens hoorden ze in het middagjournaal de vreselijkste dingen vertellen. Toen een woordvoerder van het agentschap Zorg en Gezondheid er nog aan toevoegde dat zou worden onderzocht of hun thuis onder verhoogd toezicht moest worden geplaatst, werden de bewoners van het Brugse woonzorgcentrum Prinsenhof al helemaal ongerust. Sommigen bleven vol overtuiging achter het personeel en de nieuwe directie staan, anderen begonnen te twijfelen. Zou het echt waar zijn dat ze werden verzorgd door een drugsverslaafde die hun pillen probeerde te pikken? Moeilijk te geloven. Wel kon het kloppen dat er wat mankeerde aan de infrastructuur, want een tijdlang hing er een wel erg onaangename geur in de gangen. En dat van dat personeelstekort was ook waar – wat de directie daar ook over mocht beweren. Bewoners moeten soms erg lang wachten om te worden verzorgd en hun vuilnisbakken worden lang niet zo vaak geleegd als zou moeten. Maar het allerergste vinden de meesten dat ze altijd weer door andere mensen worden verzorgd en geholpen. De ene keer komt een zorgkundige van een andere afdeling een vervanging doen, de andere keer stapt een stagiair of een uitzendkracht hun kamer binnen of blijkt er weer eens een nieuwe psycholoog aan de slag te zijn.

Toch hebben veel bewoners van Vlaamse woonzorgcentra opvallend veel begrip voor dat gebrek aan personeel – vaak meer dan hun familie en de rest van de buitenwereld. Niet alleen zien zij elke dag weer hoe zorgkundigen, verpleegkundigen en poetshulpen zich in het zweet werken om alles gedaan te krijgen, ze lezen ook in de krant dat de hele zorgsector met een nijpend personeelstekort kampt. Leuk vinden ze dat natuurlijk niet, maar ze begrijpen het vaak wel. Dat bleek een tijd geleden nog in een West-Vlaams woonzorgcentrum waar bewoners in opstand kwam omdat ze vonden dat ze veel te laat werden gewassen. De directrice riep de bewoners en het personeel samen en legde uit dat de afdeling zwaar onderbemand was. Op korte termijn zou daar ook geen verandering in komen, want er meldde zich niet één sollicitant voor de openstaande vacatures. ‘Ik weet echt niet hoe ik ervoor kan zorgen dat jullie allemaal voor tien uur worden gewassen’, zei de directrice. Tot haar verbazing deden de bewoners meteen een tegenvoorstel. Sommigen bleken het helemaal geen must te vinden om ’s ochtends te worden gewassen. In de late namiddag mocht ook. Zolang ze maar niet tot tien uur of later hoefden te wachten om aan hun dag te beginnen.

‘Voor bewoners is het belangrijkste echt niet dat hun kamer elke dag wordt gedweild en de gangen naar meiklokjes ruiken.’

Om maar te zeggen dat bewoners van woonzorgcentra doorgaans geen onmondige en onwetende kinderen zijn. Velen van hen volgen de actualiteit, weten maar al te goed wat er in de wereld gebeurt en kunnen daar ook over meepraten. Toch wordt hun mening nog altijd veel te weinig gevraagd. Ze mogen meestal wel hun zeg doen over het menu en de decoratie in de cafetaria, maar amper over essentiële dingen. Zeker in tijden van crisis wordt hun familie vaak beter geïnformeerd dan zijzelf. ‘We zijn, net als u, gechoqueerd door alle geuite beweringen in de media. We nemen deze beweringen zéér ernstig en zullen deze intern bekijken en opvolgen’, schreef de directie van wzc Prinsenhof vorige week in een e-mail die zowel aan de ouderen als aan hun familie was gericht, maar vooral bij die laatsten terechtkwam.

Tegenover de bewoners werd er zo weinig mogelijk over de zaak gepraat. Gebeurde dat toch, dan kregen ze vooral te horen dat ze zich geen zorgen hoefden te maken. Wanneer je woonplek een van de hoofdpunten van het journaal is, volstaat zo’n dooddoener natuurlijk niet om het vertrouwen te herstellen. Integendeel zelfs.

Het is heel goed mogelijk dat er in wzc Prinsenhof (en elders) onaanvaardbare dingen gebeuren. Natúúrlijk moet dat grondig worden onderzocht en moet zo nodig worden ingegrepen. Maar niet zonder te luisteren naar degenen om wie het echt draait: de bewoners. Als men anonieme (oud-)medewerkers aan het woord laat, waarom dan niet de mensen die er wonen? Uiteindelijk zijn zij de enigen die écht kunnen weten of ze waar voor hun geld krijgen. En terwijl men dan toch bezig is, zou die bewoners best ook eens worden gevraagd wat ze écht belangrijk vinden. Doorgaans is dat niet dat hun kamer elke dag wordt gedweild en dat de gangen naar meiklokjes ruiken, maar wel dat het personeel genoeg tijd heeft om eens simpelweg met hen te praten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content