Gezinsbond

‘Is het nieuwe regeerakkoord ook een gezinsvriendelijk akkoord?’

Gezinsbond Vereniging die belangen van gezinnen wil verdedigen in Vlaanderen en Brussel

‘Op basis van een eerste lezing van het driehonderd pagina’s tellende regeerakkoord is het moeilijk om in te schatten of we mogen spreken over een kind- en gezinsvriendelijk regeerakkoord’, schrijft Elke Valgaeren van de Gezinsbond nu de plannen van de nieuwe Vlaamse regering bekend zijn.

Deze zomer bezorgde de Gezinsbond de Vlaamse onderhandelaars tien prioriteiten voor een gezins- en kindvriendelijke samenleving. We luisterden gisteren zeer geconcentreerd naar onze nieuwe minister-president en lazen al een eerste keer het volledige regeerakkoord. Driehonderd pagina’s later is het moeilijk om in te schatten of we mogen spreken over een kind- en gezinsvriendelijk regeerakkoord. Immers: weinig streefcijfers of budgetten zijn voldoende concreet om er (nu al) gefundeerde uitspraken over te doen. We lezen in het regeerakkoord wel dat Vlaanderen werk wil maken van een kindvriendelijke samenleving. Het moet nog blijken of deze Vlaamse regering de daad ook echt bij het woord kan voegen. Deze eerste bloemlezing is verre van volledig, de Gezinsbond zal de komende weken het regeerakkoord verder uitspitten en gaat ook graag in dialoog met de nieuwe Vlaamse regering.

Kindvriendelijke samenleving?

Laten we beginnen met een positieve noot: in het hoofdstuk “jeugd” lezen we dat Vlaanderen wil werken aan een kindvriendelijke samenleving: “Kinderen en jongeren verdienen alle kansen en ruimte om te spelen en zichzelf te ontplooien. Vlaanderen zet in op een kindvriendelijke samenleving, waar de rechten van het kind centraal staan en waar kinderen voluit deel zijn van onze maatschappij.” Een mooi streefdoel. Volgens ons is het daarbij nodig om een kindnorm te hanteren op verschillende beleidsdomeinen en niet alleen in jeugd, welzijn of onderwijs. Het beleid moet rekening houden met wat kinderen nodig hebben of aankunnen. Kinderen zijn immers geen mini-volwassenen. In de hoofdstukken over mobiliteit en ruimte hadden kinderen bijvoorbeeld expliciet aandacht mogen krijgen. Positief is wel de aandacht voor de schoolomgevingen, de fietser en het voornemen om meer kruispunten conflictvrij te maken via bijvoorbeeld het uitrollen van ‘vierkant groen’ verkeerslichten en het versneld wegwerken van de ‘zwarte’ punten in het verkeer. Immers: bij de uitrol van dit beleid moet men er rekening mee houden dat de fietser ook een kind of jongere kan zijn.

Is het nieuwe regeerakkoord ook een gezinsvriendelijk akkoord?

Kinderen zijn bovendien extra kwetsbaar voor de schadelijke effecten van milieuvervuiling op de gezondheid. Dat is heel duidelijk als het om luchtkwaliteit gaat. Vlaanderen slaagt er vandaag niet in om kinderen te beschermen tegen de negatieve gevolgen van luchtvervuiling, onder meer veroorzaakt door het verkeer. Over luchtkwaliteit is het regeerakkoord bijzonder bondig en weinig ambitieus en heeft het geen oog voor kwetsbare groepen zoals de kinderen. Een vergroening van het wagenpark en vlotte doorstroming van het verkeer moeten blijkbaar soelaas brengen. Positief wel is het voornemen om in de stadskernen vanaf 2025 de leveringen emissieloos te laten gebeuren. De uitfasering van vervuilende verwarmingstoestellen wordt gestimuleerd, maar tegelijk worden de vervangingspremies voor kachels afgeschaft. Rond alternatieve, duurzamere verwarmingssystemen wordt slechts verwezen naar de federale overheid die de productnormen voor nieuwe verwarmingstoestellen moet aanscherpen. Een mager beestje dus.

Positief is wel de vermelding van ‘generatie rookvrij’, waarbij elk kind geboren na 2019 rookvrij kan opgroeien. We kijken uit naar de concrete uitwerking van dit principe.

Graag meer Scandinavië binnen het onderwijs

Een belangrijk thema voor gezinnen is onderwijs. We zien hier enkele positieve maatregelen, maar stellen ons ook veel vragen bij een aantal voorstellen. Het in andere domeinen veel genoemde ‘Scandinavisch model’ wordt helemaal genegeerd binnen onderwijs. Het gratis en inclusief onderwijs met uitstel van studiekeuze dat onze Noorderburen zo hoog in het vaandel dragen, is immers ver te zoeken. Om onderwijs betaalbaar te maken wil de regering secundaire scholen ‘vragen’ om kostenbeheersend te werken en in dialoog te gaan met ouders met betalingsmoeilijkheden. We weten uit onderzoek dat een vrijblijvende aanpak de kloof tussen ‘goedkope’ en ‘dure’ scholen enkel bestendigt en vragen daarom structurele maatregelen zoals een maximumfactuur in het secundair onderwijs. We appreciëren wel het voornemen van de regering om ook uitgevers op hun verantwoordelijkheid te wijzen als het gaat om betaalbaar lesmateriaal (werkboeken, software) en om iets te doen aan de lege brooddozenproblematiek in het basisonderwijs.

Het recht op inclusief onderwijs, zoals bepaald in het VN-verdrag dreigt een stap achteruit in plaats van vooruit te gaan. Vandaag heeft een leerling met een verslag voor het buitengewoon onderwijs die niet het gemeenschappelijk maar een aangepast individueel curriculum zal volgen, het recht om zich ‘onder ontbindende voorwaarden’ in te schrijven in een gewone school. Pas als blijkt dat dit de draagkracht van de school te boven gaat, wordt de inschrijving ontbonden. In het regeerakkoord staat zonder meer dat ‘scholen kunnen beslissen om deze kinderen niet op te nemen’, tenzij er een akkoord is over een aangepast traject. Bij discussie beslist de school finaal op basis van ‘objectieve diagnostiek’. Het lijkt alsof de stem van leerling en ouders, cruciaal voor het omschrijven van de zorgnoden, het uitwerken én welslagen van een zorgtraject er nog weinig toe doet.

Positief in het regeerakkoord is de expliciete aandacht voor makkelijk lerenden en hoogbegaafden. Elke leerling, met leerachterstand of leervoorsprong heeft immers het recht op ondersteuning en uitdaging in een gewone school.

Veel aandacht voor combinatie van werk en gezin

Het regeerakkoord bevat vrij veel aandacht voor de combinatie van werk en gezin. Positief is de belofte van een groeipad in de kinderopvang: het akkoord voorziet meer, en meer flexibele, betaalbare kinderopvang afgestemd zowel voor peuters als schoolgaande kinderen. De regering wil ook blijven zetten op de economische, pedagogische en sociale functie in de kinderopvang en er is aandacht voor inclusieve kinderopvang voor kinderen met een handicap en occasionele kinderopvang. Het akkoord is echter niet duidelijk in zijn voornemen om voorrang te geven aan “werkende ouders”. Soms staat er ‘werkenden’, soms wordt die categorie uitgebreid naar ouders die in een (opleidings)traject naar werk zitten.

Nochtans moet er ook kinderopvang zijn voor niet-beroepsactieve mensen waaronder vrouwen met migratieachtergrond die men wil activeren om de 80% werkzaamheidsgraad te halen. Er is weinig aandacht voor kwaliteit en werken aan kwaliteit in de kinderopvang, enkel taalbeleid krijgt belangrijke aandacht. Kwaliteit gaat echter veel verder. De regering wil meer flexibele opvang voorzien. We moeten hier bij de toepassing opletten dat we rekening houden met wat kinderen aankunnen. Als we ook voor de kinderopvang onze blik (opnieuw) naar het Noorden richten, dan moeten we werken aan kwalitatieve en kindvriendelijke opvang en voorzien we een legaal recht op een opvangplaats voor alle ouders, ook de niet-werkenden, in de kinderopvang voor baby-peuters en in de buitenschoolse opvang.

In het hoofdstuk over werk is er terecht veel aandacht voor een traject op maat, intensieve begeleiding en opleiding voor iedereen, ongeacht zijn of haar statuut. Positief zijn: de aandacht voor werkbaar werk en de verderzetting van het beleid samen met sociale partners rond dit thema. Belofte van effectief non-discriminatiebeleid inzake werk; steun voor flexibeler ouderschapsverlof en de pro rata-toekenning van de aanmoedigingspremie. Het regeerakkoord spreekt ook over de overheveling van de nu federale verlofstelsels naar Vlaanderen. Dat zou een achteruitgang betekenen als het model van het Zorgkrediet zonder meer wordt toegepast. Als we opnieuw onze blik op het Noorden richten, versterken we best ook de verlofstelsels in duur.

Wat met de wachtlijsten?

Op basis van de verkiezingsbeloftes van de verschillende partijen hadden zorgende gezinnen de hoop dat de wachtlijsten zouden weggewerkt worden. Het regeerakkoord spreekt niet meer van het wegwerken, maar van het “zo snel mogelijke terugdringen”. De bedragen die in de media circuleren geven ons – en de vele zorgende gezinnen met ons – weinig hoop dat er een echte zorggarantie komt.

Dan toch geen minister van gezin?

Het lijkt er op dat er geen Minister van gezin komt. Daar hadden we nochtans op gerekend. De vorige Vlaamse regering hervormde de kinderbijslag naar het groeipakket. Positief is dat er geen besparingen zijn op het nieuwe Groeipakket. Jammer is dat Vlaanderen niet verder investeert in het Groeipakket om de tekorten van het hervormde systeem weg te werken. Positief is dan weer dat Vlaanderen nieuwe systeem van de kinderbijslag voor alle ouders en kinderen zal evalueren. De Gezinsbond wil graag meewerken aan deze evaluatie om zo de huidige knelpunten binnen het nieuwe systeem weg te werken zodat het groeipakket voor alle gezinnen een vooruitgang betekent. In de startnota was nog sprake van een wachttijd van 6 maanden voor nieuwkomers vóór ze na hun erkenning recht krijgen op kinderbijslag. Daar is gelukkig geen sprake meer van.

Elke Valgaeren is dienstchef Studiedienst Gezinsbond.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content