‘Deliveroo, PostNL en de mank lopende contact tracing: symptomen van een failliet arbeidsmodel’

Mistoestanden bij de maaltijdbezorging, de pakjesdiensten, de order-pickers, de callcenters voor contact tracing, … brachten de problemen op de ‘flexibele bodem’ van onze arbeidsmarkt recent in de belangstelling. Het gaat hier niet om geïsoleerde mistoestanden, maar wel om symptomen van een falend arbeidsmodel, schrijft professor Christophe Vanroelen.

Op 8 december oordeelde de Brusselse Arbeidsrechtbank dat de koeriers van Deliveroo zelfstandigen zijn en geen werknemers. Deze uitspraak laat ongetwijfeld een bittere smaak na bij de vakbonden, die samen met het arbeidsauditoraat een juridische procedure inspanden om Deliveroo en andere maaltijdplatformen ertoe te dwingen hun koeriers in dienst te nemen. Heel wat observatoren wisten dat het een dubbeltje op zijn kant zou worden. Niet alleen waren er tegenstrijdige precedenten in de ons omringende landen, er waren ook van bij het begin voor- en tegenargumenten voor de stelling dat maaltijdkoeriers werknemers zijn.

Althans in formele zin hebben koeriers inderdaad het recht om in te loggen wanneer ze dat wensen, jobs al dan niet te aanvaarden, of voor verschillende platformen tegelijk te werken. De arbeidsrechtbank bevestigde dat dit typische kenmerken zijn voor zelfstandigen. De keerzijde – dat spreekt het vonnis niet tegen – is dat er sprake is van economische afhankelijkheid van de platformen. De koeriers hebben weinig vat op de prijssetting, op de organisatie van hun arbeidstaak of op het matchingproces met een klant. De feitelijke werkelijkheid toont toch aan dat minstens een deel van de koeriers behoorlijk afhankelijk is van het platform om een inkomen te genereren.

Europese wetgeving

Over dit vonnis is zeker het laatste nog niet gezegd; de vakbonden en het arbeidsauditoraat gaan vermoedelijk in beroep. Opvallend is ook dat net op dezelfde dag de inhoud van een voorstel tot Europese Directieve met het oog op de verbetering van de arbeidsomstandigheden in platformarbeid publiek werd. De Europese Commissie lijkt in dit voorstel toch eerder tot de conclusie te komen dat ‘economische afhankelijkheid’ een grond biedt om platformarbeid wel degelijk als ‘afhankelijke arbeid’ te beschouwen. Door middel van een werknemersstatuut wil ze aan meer platformwerkers een grotere bescherming bieden op sociaal vlak en op het gebied van gezondheid en veiligheid op het werk.

Deliveroo, PostNL en de mank lopende contact tracing: symptomen van een failliet arbeidsmodel

Sterkere regulering en een grotere controle op de keten van onderaanneming is ook het pad dat moet bewandeld worden om mistoestanden binnen de ‘flexibele rafelrand’ van de arbeidsmarkt te voorkomen. Recente en minder recente momenten van verontwaardiging over mistoestanden in de sectoren van platformwerk, pakjesbezorging, wegtransport, poetsdiensten of de bouwsector … misschien zelfs de stroef lopende contact tracing – hebben wel meer met elkaar gemeen dan op het eerste gezicht lijkt. Het gaat om arbeidsorganisatiemodellen waar op een creatieve manier wordt omgesprongen met personeelsstatuten of waar een keten van onderaanneming de controle op basisverworvenheden voor werknemers op de helling zet. De Amerikaanse econoom David Weil noemt het ‘fissuring’: het steeds verder opdelen van bedrijven tot er op het eind alleen nog een losse keten van tijdelijk aan elkaar verbonden bedrijfjes en freelancers overblijft.

Dit model wordt dikwijls verantwoordt op basis het flexibiliteits- en het specialisatie-argument. De hedendaagse economie heeft super-flexibele, super-gespecialiseerde, net-op-tijd-diensten nodig, omdat klanten dat massaal verwachten. In feite zit hier vaak een onstilbare drang naar kostenreductie achter: arbeidsorganisaties moeten zo ‘lean’ mogelijk zijn, alle inefficiënties en tijdverlies moeten worden weggeknipt. Daardoor ontstaat een ‘helse machine’, die arbeiders aan de onderkant van de ladder de prijs doet betalen in de vorm van lage lonen, gebrek aan sociale bescherming, onzekerheid en onveilig werk.

Op een moment van nijpende schaarste aan werknemers is het argument dat er ‘behoefte’ is aan precair werk een zwaktebod

Sommigen argumenteren dat er altijd een behoefte zal bestaan aan eenvoudig, makkelijk toegankelijk en flexibel werk. Meer nog: dat door verdere flexibilsering van de arbeidsmarkt het areaal aan flexibele, laagbetaalde jobs nog moet vergroot worden. Waar zouden alle migranten, jongeren, kortgeschoolden, … anders een job vinden? Op een moment van nijpende schaarste aan werknemers is het argument dat er ‘behoefte’ is aan precair werk een zwaktebod. Het is niet meer dan het vergoelijken van een hellend vlak in de richting van oneerlijke concurrentie met ‘volwaardige jobs’ en het vergroten van de uitbuiting aan de onderkant van de arbeidsmarkt.

De maatschappelijke omstandigheden vandaag lenen zich in tegendeel meer dan ooit tot de creatie van meer duurzame jobs aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Regulering en controle van de meest precaire constructies is daarbij een belangrijke basisvoorwaarde. Even belangrijk lijkt me dat werkgevers – in de private en de publieke sector – durven afstand te doen van de ideologie van het ‘lean-denken’ als zaligmakende oplossing. Er moet gedurfd worden om meer te innoveren aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Nieuwe organisatieprincipes, gericht op duurzaamheid, stabiliteit en het verhogen van de vaardigheden van werknemers moeten meer plaats krijgen.

Waarom maken we van pakjesbezorgers die nu met tientallen bestelwagens onze steden en dorpskernen onveilig maken geen uitbaters van vaste, lokale afhaalpunten?

Sta me toe twee ‘proefballonnetjes’ te lanceren. Waarom maken we van dat leger contact tracers die via onderaanneming in callcenters, met tijdelijke contracten, op een inefficiënte manier de pandemie te lijf moeten gaan geen ‘on-the-job-gevormde’ vaste preventiemedewerkers in de eerstelijnszones? Bij een covid-19-golf kunnen ze dan met kennis van zaken hun werk doen, op andere momenten kunnen ze worden ingezet ter ondersteuning van een op preventie gerichte gezondheidszorg. Waarom maken we van pakjesbezorgers die nu met tientallen bestelwagens onze steden en dorpskernen onveilig maken geen uitbaters van vaste, lokale afhaalpunten? Eén buurtwinkel per wijk als centrum voor e-commerce, voor hulp bij eenvoudige administratie, een koffie en een babbeltje! Onze wereld zou een stuk mooier zijn met meer duurzame, lokale basisdiensten. Bovendien zouden we dezelfde groepen op onze arbeidsmarkt er stabiele en zinvolle jobs mee geven.

Christophe Vanroelen is professor medische sociologie en arbeidssociologie

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content