België zonder standpunt over EU-klimaatdoelen 2040: ‘De rest van Europa beslist voor ons’

Premier Bart De Wever (N-VA) en Klimaatminister Jean-Luc Crucke (Les Engagés). © BELGA
Kamiel Vermeylen

België worstelt met de Europese klimaatambities tegen 2040. Terwijl de andere lidstaten in Brussel volop lobbyen voor hun eigen belangen, worstelt ons land nog altijd met zijn positie.

Hoe serieus neemt de Europese Unie, het snelst opwarmende continent ter wereld, haar bindende ambitie nog om tegen 2050 volledig klimaatneutraal te worden? Tegen 2030, zo werd al in 2021 afgesproken, moet de uitstoot met 55 procent omlaag in vergelijking met 2030. Maar nu die deadline met rasse schreden nadert, wordt het hoog tijd om na te denken over de volgende tussenstap: de klimaatdoelen van 2040.

Gemakkelijke discussies worden dat allerminst. Lange tijd werd ervan uitgegaan dat het mogelijk moest zijn om de uitstoot tegen 2040 met 90 procent terug te dringen ten opzichte van 1990. Maar de Europese economieën beleven geen hoogdagen, en volgens critici zijn de Europese klimaatambities door de hoge energieprijzen en overregulering daar mee voor verantwoordelijk.

Daarom heeft de Commissie haar ambities al naar beneden bijgesteld. Zo zou het mogelijk worden dat de EU-landen een groter deel van hun uitstoot buiten de EU afkopen – wat door de EU aangestelde wetenschappers nochtans afraden. De Commissie stelt bovendien geen apart doel meer voor koolstofopslag in bodems en bossen, maar telt die mee alsof het echte emissiereducties zijn. Dat is riskant, want opslag in bossen kan door onder meer natuurrampen zomaar verdwijnen.

Koopkracht

De discussies lopen al even. Midden juni, op basis van een bevraging bij de lidstaten, publiceerde de Europese nieuwswebsite Politico al een kaartje van welke EU-lidstaat er welke positie op na hield ten opzichte van 2040. Op het moment van publicatie gingen dertien landen – soms onder voorwaarden – akkoord met het doel van 90 procent, drie lidstaten waren niet overtuigd, negen EU-landen hadden toen nog geen standpunt.

België was een van die negen, en dat is tot op heden nog niet veranderd. Afgelopen vrijdag zaten de gewesten en de federale overheid samen om tot een gemeenschappelijk Belgisch standpunt te komen, maar die vergadering draaide op niets uit, onder meer omdat de Vlaamse regering zelf nog geen standpunt had. Intussen heeft Vlaanderen wel een akkoord gevonden, waardoor er woensdag een nieuwe poging volgt.

De regering-Diependaele vindt het Commissievoorstel nog te risicovol. ‘Momenteel bevat het EU-voorstel te weinig waarborgen voor de koopkracht van onze gezinnen, de concurrentiekracht van onze bedrijven en de toekomst van onze landbouw. Vlaanderen wil zich evenwel constructief opstellen en verkennen onder welke voorwaarden een aangescherpte doelstelling aanvaardbaar is’, aldus de overeengekomen tekst.

Dat laatste is niet noodzakelijk een probleem. Ook de federale regering stelt voorwaarden om akkoord te gaan met een uitstootvermindering van 90 procent tegen 2040, zo kwam de regering-De Wever in het zomerakkoord overeen. Denk aan een Europees transitie-en investeringsplan, meer begrotingsruimte voor de lidstaten, en een onderzoek naar de impact van het emissiehandelssysteem op de koopkracht van gezinnen en de concurrentiepositie van het bedrijfsleven.

Verzet

De gewesten en de federale overheid delen dus min of meer dezelfde bezorgdheden, en daarom is het niet ondenkbaar dat ze woensdag – wanneer ze zich opnieuw over het dossier buigen – wél een voorlopig Belgisch standpunt vinden. Eind goed, al goed? Niet zo snel. Vraag is namelijk wanneer de verschillende regeringen vinden dat het voorstel aan hun voorwaarden voldoet, zeker naarmate een Europese beslissing dichterbij komt.

Nu krijgt België wat meer ademruimte dan eerst voorzien. Normaal gesproken werd het dossier aanstaande donderdag op de EU-milieuraad behandeld, maar die stemming werd zopas uitgesteld. De reden? Ook Berlijn en Parijs tekenen intussen verzet aan, waardoor de vereiste gekwalificeerde meerderheid onder de lidstaten niet langer haalbaar is. Daarom buigen de EU-leiders zich eind oktober over het dossier, waarna het opnieuw aan de klimaatministers is.

‘Nu Bart De Wever premier is, zal hij merken dat geen klimaatstandpunt hebben geen goede zaak is voor ons land én Vlaanderen.’

Vraag is of België tegen dan wel een volwaardig inhoudelijk standpunt heeft. In de vorige regeerperiode manifesteerde de onenigheid over het EU-klimaatbeleid zich nog vooral tussen de Vlaamse en de federale regering, met de N-VA in die eerste maar niet in de laatste. Maar intussen zijn de breuklijnen vooral binnenin de Waalse en federale regering te vinden, met name tussen Les Engagés enerzijds en de N-VA en de MR anderzijds.

Insiders hebben weinig hoop op een goede afloop. ‘Geen betekenisvol standpunt betekent dat België nauwelijks op het dossier zal kunnen wegen en dat anderen voor ons zullen beslissen’, zegt een diplomaat. Een andere ingewijde: ‘In het verleden blokkeerde vooral de Vlaamse N-VA een Belgisch klimaatstandpunt in de EU, maar nu Bart De Wever (N-VA) premier is geworden, zal hij merken dat dat geen goede zaak is voor ons land én Vlaanderen.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise