Motoren: een gids door het ruime aanbod

Yamaha.
Ad Van Poppel medewerker Trends

Het aanbod van motoren is tegenwoordig ruim. Er is bij wijze van spreken voor elk wat wils. Maar daarmee komt ook die ‘Qual der Wahl‘. Een overzicht.

Er was een tijd dat motorfietsfabrikanten per categorie van cilinderinhoud één model uitbrachten met als enige keuze de kleur van de tank en de zijpanelen. Het aantal kleuren was dan meestal nog beperkt tot twee, hooguit drie. Wie zijn (of haar) motor een persoonlijk tintje wilde geven, kon terecht bij de accessoirehandel: hoge sturen, sportsturen, racezadels, schakelsetjes, stroomlijnkuipen, windschermen, bagagerekken, zijtassen… Je monteerde een groot windscherm, een kofferrek met bijbehorende kunststofkoffers et voilà, je had een toermotor. Met een kleine stuurkuip, een racezitje en een sportstuur creëerde je je eigen supersportmotor. Een cross-stuur en hoogoplopende uitlaten maakten van je standaardmotor een terreinmotor.

Maar sinds het einde van de jaren zeventig kwamen de fabrikanten met specifieke motoren voor elk segment. Je hoefde als motorliefhebber niet meer zelf de aanpassingen te maken. Er zijn supersportmotoren, toermotoren, trailbikes (ook reisenduro’s of adventure bikes genoemd), scramblers, custombikes (oftewel easy rider-motoren) en de oude getrouwe roadsters of naked bikes. In die verschillende categorieën bestaan er ook nog eens neoretro-versies en moderne uitvoeringen. Dan wordt het moeilijk kiezen.

FEBIAC (de Belgische en Luxemburgse Automobiel- en Tweewielerfederatie) communiceert maandelijks de inschrijvingen van nieuwe voertuigen. Ze geeft niet alleen algemene cijfers, maar ook cijfers per categorie, provincie en cilinderinhoud. Voor motoren onderscheidt FEBIAC zestien categorieën, wat al een indicatie is van het brede aanbod op de relatief kleine motormarkt die elk jaar goed is voor zo’n 25.000 eenheden. Toch zijn er enkele grote clusters van motor- en scootertypes. De meest populaire categorieën (op basis van die inschrijvingen) zijn de scooters (23 procent), de basic/roadsters (22 procent), de trail- of ook adventure-motoren (18 procent). Die drie nemen samen iets meer dan 60 procent van de inschrijvingen. De kloof met de rest is groot: op de vierde plaats komen de motoren tot 125 cc met 8 procent.

Het succes van de scooters

Scooters zijn vooral utilitaire gemotoriseerde tweewielers. Je ziet ze vaak in het dagelijkse woon-werkverkeer. Ze zijn makkelijk te berijden: ze hebben allemaal een automatische transmissie en zijn van het type twist & go. Dat maakt ze ideaal voor stads- en fileverkeer waarin je met een versnellingsmotor vaak moet op- en terugschakelen of met slippende koppeling moet rijden.

Grofweg heb je twee groepen scooters: de Vespa’s (en Vespa-klonen uit het Verre Oosten) en de motorscooters. De Vespa’s en Vespa-achtigen gaan terug naar de scooters van dat merk in de jaren vijftig en zestig. De motorscooters volgen aan de basis hetzelfde concept, maar zijn qua vormgeving moderner, lees strakker en agressiever. Hun ‘carrosserie’ (windscherm, beenschilden) beschermt beter tegen regen en wind.

Twee op de drie nieuw ingeschreven scooters zijn 125 cc-modellen. Deels valt dat te verklaren omdat een rijbewijs B volstaat om ermee te rijden. De 125 cc’ers hebben bovendien een interessante prijs, vooral de Vespa-klonen uit Zuid-Oost-Azië.

Basic maar niet minderwaardig

Een relatief lage prijs is ook een voordeel van de basic/roadster. Dat zijn motoren zonder (al te) veel franjes. Rechttoe rechtaan: twee wielen, een frame, een zadel, een tank en een motorblok. In motorjargon heten ze ook ‘naked bikes’. Door die eenvoud liggen de prijzen veelal onder of rond 10.000 euro. Vaak zijn het ook ‘opstapmotoren’. Je moet wel toegevingen doen. Op de snelweg zit je bij snelheden van 120 kilometer per uur vol in de wind. En bij regen ben je onbeschermd. Of je kiest daarvoor, of je neemt het op de koop toe, of trekt naar de accessoirehandel voor een windscherm en sleutelt een uurtje. Basic wil niet zeggen dat die motoren minder presteren. Er zijn basicmodellen tot 1200 cc met pk-aantallen die snelheden van 200 kilometer of meer mogelijk maken.

(Een deel van de 125 cc-motoren valt ook onder de benaming basic/roadster, maar ze worden niet in de tellingen opgenomen. Voor de 125 cc-motoren geldt dezelfde regeling als bij scooters: met een rijbewijs B mag je er al mee rijden. En wie als 18-jarige start met motorrijden moet de eerste twee jaar met een dergelijke motor de knepen van het ‘vak’ leren.)

De looks van Paris-Dakar

Wie een motor wil waarop hij of zij (al is ‘zij’ flink in de minderheid) beter beschermd zit, kan kiezen voor een toermotor. Je bevindt je behaaglijk achter een grote stroomlijn met hoogoplopend windscherm en er is veel plaats voor bagage in de zij- en topkoffers. Het comfort ligt hoog (dankzij onder meer zadel- en handvatverwarming) en je kunt uren aan een stuk rijden zonder vermoeid te raken. De cilinderinhoud en het koppel zijn groot. De prijzen voor touringmodellen liegen er dan ook niet om. Onder de 10.000 euro vind je moeilijk een nieuw model.

Niet alle merken hebben zo’n type in het aanbod. Met zijn R1250RT is BMW in dat segment het beste vertegenwoordigd. Overheidsdiensten (politie, douane) kiezen vaak voor zo’n BMW. Die touringmotoren zie je ook wel in het woon-werkverkeer tussen grote steden, maar hun aantal is wat teruggelopen.

Meer en meer verkiezen woon-werkers trailmotoren. Andere benamingen daarvoor zijn reisenduro’s en adventure-motoren. Ze hebben de looks van de motoren uit Paris-Dakar: grote veerwegen voor en achter, daarom ook een grote zadelhoogte, een breed stuur, een windscherm. Je zit rechtop en hebt een goed zicht op de weg. De eigenaren rusten die motoren vaak uit met zij- en/of topkoffers. En er is gedacht aan het comfort van de rijder (zadel- en handvatverwarming…), dat maakt ze ook duurder. De reisenduro’s zie je in de week veel op onze snelwegen. In het weekend maken de eigenaren er grote trips mee, vooral in de lente- en zomermaanden. Ga je naar de Ardennen, de Eifel, de Vogezen of de Jura, dan is de kans groot dat je groepen motards op deze machines tegenkomt. Doorgaans zijn het zware motoren, niet alleen qua cilinderinhoud (1000 tot 1250 cc is normaal) maar ook qua gewicht. Er is wel een trend van lichtere modellen. Die zijn goedkoper en de fabrieken willen er een jonger (minder kapitaalkrachtig) publiek mee bereiken. In het huidige verkeer kun je met zo’n lichter (500 tot 700 cc) model perfect mee. En ze rijden gemakkelijk in druk stadsverkeer.

Wel de lusten, niet de lasten

Dan zijn er nog twee redelijk populaire categorieën: customs en supersport. Customs zijn op choppers (‘Easy Rider’) geïnspireerde motoren. Ze hebben een geringe zadelhoogte, breed stuur, naar voren geplaatste voetsteunen of zelfs treeplanken en liefst een zware V-twin als krachtbron. Customs zijn om te cruisen, op Route 66 of andere rechte wegen. Wie snel wil gaan en bochtjes wil pikken, kiest niet voor zo’n model. Snelheidsfreaks vinden hun gading bij supersportmotoren, die zo van het racecircuit lijken te komen. Voor de merken zijn het imagebuilders en droommotoren, maar niet de modellen waar het volume in zit. Supersportmotoren zijn niet echt praktisch in het dagelijks verkeer: de stuurhelften zijn laag gemonteerd, je zit in racehouding op de motor. Je eigen gewicht drukt daardoor op je polsen en die druk vermindert pas als je 120 kilometer per uur of méér rijdt. Dan loop je het risico geflitst te worden. Vandaar dat veel van dergelijke motoren gebruikt worden op zogenaamde ’track days’ op circuits in binnen- en buitenland (vrij rijden).

Ten slotte is er een trend, die nu toch al meer dan tien jaar aanhoudt en de verschillende categorieën doorkruist: neoretro. Motoren en scooters die eruitzien als motoren van weleer (vooral jaren zestig en zeventig) maar voorzien zijn van de techniek van vandaag. Wel de lusten, niet de (technische) lasten, al zijn het veeleer eenvoudige motoren, dus zonder alle technische snufjes zoals elektronische instelling van de vering, traction control, diverse rijmodi. Het zijn motoren voor rijders met heimwee naar hun jeugdjaren die zich de topmotoren toen niet konden veroorloven maar nu wel. Ook dan blijft er de ‘Qual der Wahl’, want menig merk heeft zo’n model in hun gamma. En dan kun je opteren voor een neoretro-basic, of een neoretro-off the road, of een sportieve neoretro, of een neoretro-adventure motor. Of…

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content