‘Het akkoord over de vergroening van de bedrijfswagens heeft een wrange bijsmaak’

Heerst er meestal grote overeenstemming tussen de regeringspartijen inzake corona, dan geldt dat niet wanneer het over de vergroening van de bedrijfswagens gaat. Het compromis dat maandagnacht is bereikt, is daar het sprekende bewijs van, schrijft onze autokenner Urbain Vandormael.

Vanaf 2026 zullen alleen nog auto’s met een nuluitstoot – lees batterij-elektrische of door waterstof aangedreven wagens – voor 100 procent fiscaal aftrekbaar zijn. Dat percentage zal geleidelijk dalen om tegen 2031 nog maar 67,5 procent te bereiken.

Voor diesel- of benzinewagens en auto’s op aardgas of lpg daalt de geldende fiscale aftrek vanaf 2023 tot 2028 elk jaar. De regeling is van toepassing voor auto’s die vanaf 2023 worden ingeschreven en geldt dus niet voor auto’s die vóór 2023 zijn ingeschreven.

Wie thuis een laadpunt installeert, kan voortaan rekenen op een belastingvermindering van 45 procent die zal dalen tot 15 procent. Bedrijven kunnen de installatiekosten van laadpalen bovendien versneld afschrijven en volledig aftrekken, op voorwaarde dat de laadpalen deels toegankelijk zijn voor het publiek. Het mobiliteitsbudget dat in het regeringsakkoord is opgenomen, zal worden vereenvoudigd en aantrekkelijker gemaakt.

Ziedaar een korte samenvatting van het compromis dat de regeringspartijen na urenlang debatteren tijdens de nacht van maandag op dinsdag hebben bereikt.

Geen toekomstgerichte visie op mobiliteit en autofiscaliteit

Vooruit en Groen stonden tijdens het nachtelijk overleg lijnrecht tegenover CD&V en Open VLD, omdat zij terecht vreesden voor minder inkomsten uit accijnzen voor de schatkist. Zij zagen in de voorgestelde regeling van hun coalitiepartners bovendien een manoeuvre om het bezit van een bedrijfswagen te promoten, wat zich vertaalt in meer woon-werkverkeer met de auto. Wat haaks staat op het Parijse Klimaatakkoord 2020-2050.

Het akkoord over de vergroening van de bedrijfswagens heeft een wrange bijsmaak.

Het geruzie in de regering heeft nog maar eens aangetoond dat politiek België geen toekomstgerichte en consistente visie inzake mobiliteit en autofiscaliteit heeft. Afhankelijk van de samenstelling van de regering wijzigt de koers soms zeer ingrijpend, tot wanhoop van de autosector. En van al wie een auto bezit.

Auto fungeert als melkkoe

Ons land is immers kampioen in het heffen van belastingen waarbij dé auto een geliefd doelwit is. Autorijden in België is duur, zeker voor particulieren die niet in aanmerking komen voor een of andere fiscale aftrek.

Terzelfdertijd laat dé politiek oogluikend toe dat bedrijven een deel van het loon van hun werknemers betalen via het ter beschikkingstellen van een salariswagen, waardoor vele miljarden aan inkomsten uit sociale bijdragen en belastingen verloren gaan.

Meer vragen dan antwoorden

In het akkoord over de vergroening van het bedrijfswagenpark zegt de regering werk te zullen maken van de uitbouw van een laadpalennetwerk. Het is niet de eerste keer dat de regering beloften in die zin doet en die achteraf niet nakomt. Of dat dit keer weerom zal gebeuren, is koffiedik kijken.

Feit is dat we zonder een fijnmazig netwerk aan laadpalen regelrecht afstevenen op een collaps. Nu al klagen eigenaars van een elektrische auto over lange wachttijden aan laadpalen, over laadpalen die defect zijn of die niet compatibel zijn met deze of gene betaalpas.

En waarom treedt de overheid niet regulerend op inzake de tarieven? Er zijn nu prijsverschillen aan de paal tot bijna het drievoudige, afhankelijk van de provider.

En welke waterdichte garanties geeft de overheid met betrekking tot de toekomstige energiebevoorrading én energieprijs en hoe staat het met opwekken van hernieuwbare energie in ons land? Want een elektrische auto die geen stroom betrekt uit hernieuwbare energie is geen milieuvriendelijke auto.

Daarom: in het perspectief van het groter geheel van elektromobiliteit stelt het bereikte compromis dus niet veel voor en heeft het zelfs een wrange bijsmaak. Of het ook zuur zal opbreken, zal blijken wanneer aan de praktische uitvoering wordt begonnen. De kans dat er dan lijken uit de kast vallen, is volgens gezaghebbende waarnemers zeer reëel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content