Jonas Naeyaert

11 juli: ‘Een natie kan door middel van symbolen haar leden identificeren en inspireren’

Jonas Naeyaert Woordvoerder van het Vlaams Belang

Naar aanleiding van de Vlaamse nationale feestdag gaat Jonas Naeyaert van de VVB dieper in op de symboliek die gepaard gaat met 11 juli.

Rond 11 juli hoor je in onze contreien vaak onbegripvolle of zelfs verzuurde geluiden. Denk maar aan de ‘Flamigrantendag’ van vorig jaar in Gent. In Vlaanderen wordt vaak geringschattend gedaan over mensen die waarde hechten aan een symbolen. We durven soms warm te lopen voor de vrijheden die de Verenigde Staten lijken uit te ademen, maar kijken al snel raar op als die Amerikanen grote eerbied tonen voor hun vlag en volkslied. Een Vlaams-nationalistisch politicus omschreef de Vlaamse Leeuw zelfs eens als een vod. Toch zijn symbolen heel belangrijk, zowel individueel als collectief.

De symboliek in de natie – waarom gebruiken we symbolen?

Homo Symbolicus

Symbolen bestaan minder lang (althans in een evolutionaire achteruitkijkspiegel) dan we zouden denken. De moderne mens zoals we die nu kennen bestaat anatomisch gezien al een 200.000 jaar, maar het eerste symbolengebruik vinden we pas terug vanaf 50.000 voor Christus. Het heeft de mens een uniek evolutionair voordeel bezorgd. De mens kon zo met weinig inspanning veel nuttige informatie doorgeven: waar men goed kan jagen, waar water te vinden is, welke plekken te vermijden zijn… Ook vandaag gebruiken we eenvoudige symbolen om ons te vergewissen van belangrijke informatie. Denk maar aan verkeerssymbolen of chemische waarschuwingsafbeeldingen.

Natio Symbolicus

Naarmate de mens zich complexer begon te organiseren kwamen er abstracte symbolen. Een symbool moest niet langer in morfologisch verband staan met datgene wat men tracht te verbeelden, het kon een idee voorstellen. Wie To Kill a Mockingbird van Harper Lee heeft gelezen weet bijvoorbeeld dat de zangvogel in de titel symbool staat voor onschuld. Het is net dat soort symbolen dat het meest krachtig werkt en gevoelens kan opwekken.

11 juli: ‘Een natie kan door middel van symbolen haar leden identificeren en inspireren’

Het is dus niet toevallig dat vroege staatsvormen en embryonale naties als snel het nut inzagen van abstracte symboliek. In het Romeinse Rijk was aquilifer (legioenstandaarddrager) zijn een hele eer (en het verliezen van zo’n standaard meer dan een schande). Lang nadat de Senaat in Rome haar macht had verloren zag je Romeinse standaarden met de afkorting ‘SPQR’ (Senatus Populusque Romanus: de senaat en het volk van Rome). De senaat was dan wel politiek comateus maar de idee achter het symbool was eeuwig. Vandaag staat de afkorting nog te pronken op het wapen van de stad Rome.

Het was onder een banier bezaaid met Franse lelies (en christelijke symboliek) dat Jeanne D’arc met haar troepen de Engelsen ei zo na het Kanaal in duwde tijdens de Honderdjarige Oorlog, een banier die ze zelf had laten ontwerpen. Toen men haar ondervroeg op haar hekserijproces over de aanwezigheid van de banier op de kroning van de Franse koning Karel VII zei ze: “het had de last gedragen, dus het was juist dat het de eer ontving” alsof het de banier zelf was die voor de overwinning had gezorgd.

Wie zich de mislukking van de Europese Grondwet herinnert, zal weten dat na een ‘periode van reflectie’ men het Verdrag van Lissabon heeft geïntroduceerd, hetgeen nagenoeg dezelfde inhoud had als de Grondwet. Een cruciaal struikelblok werd verwijderd: de formele erkenning van vlag, volkslied en motto (niettegenstaande dat die zaken al eventjes bestonden). Het zijn zulke dingen die krachtige bevestigingssymbolen zijn van een natie.

‘Een natie die geschikt gebruik kan maken van symbolen heeft een existentieel voordeel.’

Het vat heel veel op een gebalde manier samen: het besluit om zich als natie vast te leggen en dat aan de buitenwereld kenbaar te maken. Net daarom hadden heel wat mensen er dus problemen mee. Kortom, een natie die geschikt gebruik kan maken van symbolen heeft een existentieel voordeel. Een natie kan door middel van symbolen haar leden identificeren en inspireren. Daarom zet ook de Vlaamse Volksbeweging in op 11 juli. Het verschaft identiteit en inspiratie aan de Vlamingen.

De natie in de symboliek – waarom gebruiken we dit symbool?

11 juli 1302 is niet het irrelevante feodale achterhoedegevecht wat een aantal moderne opiniemakers er graag van willen maken.

Nationaal belang

De Slag der Gulden Sporen heeft er mee voor gezorgd dat na afloop van de Frans-Vlaamse oorlog (1297-1305) het graafschap Vlaanderen haar de facto autonomie behield en het uit het kroondomein van de Franse koning bleef. Hierdoor is Vlaanderen als aparte entiteit blijven bestaan en misschien wel belangrijker: spreken, leren en leven we hier met behulp van de Nederlandse taal.

Internationaal belang

Historici leggen het verband tussen de Guldensporenslag en het begin van de ‘infantry revolution’. De Guldensporenslag bewees dat een goed georganiseerde militie met pieken (de Goedendag is een lang steekwapen, geen knots) een ruitermacht kon bedwingen en zelfs verslaan. De staat moest dus niet langer rekenen op heren of bisschoppen (met dure paarden), maar kon zelf een effectief leger organiseren bestaande uit piekeniers (met ‘goedkope’ voeten). Vanaf de 15e eeuw zag je in Europa overal piekeniers. Nog later werden dat musketiers die met de bajonet zowel de stopkracht van de piek hadden als de vuurkracht van de kogel. De suprematie van de infanteriesoldaat was compleet.

Deze militaire innovatie zorgde voor centrale moderne staten (die geen macht deelden met adel en clerus) en tegelijkertijd voor democratisering: de staat begon macht te delen met de burger in plaats van de adel en clerus. Een staat kan geen gigantische inspanning vragen aan de burger, zonder zich in te spannen voor de burger. Niet toevallig kwam het algemeen enkelvoudig stemrecht in België er na WOI. En België is niet uniek in deze.

Actuele lotsbestemming

Tot slot was de slag geen feodaal poppengevecht waar hoge heren een persoonlijke vete uitvochten. Terwijl graaf Gwijde van Dampierre in een Franse kerker zat, verenigden de poorters uit de Vlaamse steden zich met de achtergebleven Vlaamse adel. Heel uitzonderlijk destijds want in middeleeuwse oorlogsvoering was een conflict doorgaans voorbij wanneer de vijandelijke heer gevangen was.

Die twee groepen vonden elkaar omwille van de unieke positie van Vlaanderen: het was het economisch hart van Europa en dat hart zou maar blijven kloppen door vrijheid, niet door centralisme (de geschiedenis herhaalt zich, zo blijkt). Die gemeenschappelijke lotsbestemming verenigde de verschillende standen boven de kleine feodale belangen.

Geen tronen blijven staan

Net zoals dat Rome al lang geen machtige senaat meer heeft, is het Vlaamse graafschap ook al eventjes verdwenen. En dat is niet zo erg. Misschien zal een Vlaamse staat, moest hij over afzienbare tijd tot stand komen, ook geen honderden jaren bestaan. Maar het is wel opportuun dat globalisering een tegenhanger vindt in de totstandkoming van nieuwe, kleinere staten die prat gaan op een sterke identiteit. Daarin kan een Vlaamse republiek voor de komende generaties alvast het Belgische project aflossen. Het is best geruststellend dat in wat voor toekomst er ook komt, de idee achter 11 juli blijft:

Vlamingen zijn innovatieve plantrekkers die heel wat aan de wereld te bieden hebben, men laat ze dus hun plan trekken. Prettige nationale feestdag, Vlaanderen.

Partner Content