Factcheck: als we ‘roddelen’ ruim interpreteren, valt tot 60 procent van onze taal eronder

© Sarah Yu Zeebroek

‘Volgens evolutionair psycholoog Robert Dunbar valt zo’n 70% van ons dagelijks taalgebruik onder roddelen’, lazen we in Goed Gevoel. Uit zijn onderzoek kwam 60% naar voren, maar hij hanteerde een erg ruime definitie. We beoordelen de stelling als eerder waar. * Wie zei het? Goed Gevoel * Is het waar? Uit het onderzoek van Dunbar bleek dat gemiddeld 60 procent van ons taalgebruik ‘roddels’ zijn, maar hij hanteerde een erg ruime definitie. We beoordelen de stelling als eerder waar.

Deze factcheck is uitgevoerd op basis van de beschikbare informatie op de datum van publicatie. Lees hier meer over hoe we werken.

Het magazine Goed Gevoel wijdde recent een artikel aan roddelen. In een apart kaderstuk lazen we een opvallend weetje: ‘Volgens evolutionair psycholoog Robert Dunbar, die de werking van sociale groepen onderzoekt, valt zo’n 70 procent van ons dagelijks taalgebruik onder roddelen.’ De professor in kwestie heet overigens Robin Dunbar.

In het artikel wordt de Nederlandse socioloog Rinus Feddes uitgebreid geciteerd, die promoveerde op het thema. ‘Het klopt dat Dunbar met een erg hoog percentage op de proppen kwam, maar hij gebruikte dan ook een zeer ruime definitie van roddelen. Eigenlijk catalogiseerde hij alle gesprekken over mensen – zelfs over zichzelf – onder roddelen. In de wetenschappelijke wereld zijn er heel wat verschillende definities van roddel. Maar de consensus is wel dat roddelen nuttig is. Dunbar toonde aan dat het in de evolutie van de mens een manier werd om hun groep af te bakenen. Volgens hem is 150 individuen de ideale groepsgrootte, omdat je daarin via een of maximaal twee schakels informatie over anderen kunt krijgen of geven, onder meer dankzij roddels.’

Professor communicatiewetenschappen Charlotte De Backer (Universiteit Antwerpen), die een doctoraat schreef over roddelen, beaamt dat Dunbar een erg ruime definitie van roddelen hanteerde. ‘In 1997 publiceerde hij een onderzoek waarvoor gesprekken werden afgeluisterd, onder meer in cafetaria’s van universiteiten. Die gesprekken werden nadien geanalyseerd en er werd gemeten hoeveel tijd werd besteed aan “persoonlijke ervaringen en relaties”, wat dus werd beschouwd als “roddels”. De percentages lagen overigens wel iets lager dan de geciteerde 70 procent: bij mannelijke sprekers ging het om gemiddeld 55 procent van de gesprekstijd en bij vrouwelijke sprekers om 66,7 procent. Voor een recentere studie uit 2020 droegen proefpersonen een toestel dat hun gesprekken opnam. Hier werd een engere definitie van roddel gehanteerd: “praten over iemand die niet aanwezig is bij het gesprek”.

Gemiddeld bleken mensen in 13 procent van hun conversaties te roddelen, of 52 minuten per dag. Vrouwen bleken iets vaker dan mannen te roddelen, maar enkel als werd gekeken naar “neutrale roddels”. Wat trouwens zowel in deze studie als in die van Dunbar opvalt, is dat het leeuwendeel – zowat drie op de vier – van de roddels neutraal is. Wat we in de volksmond als roddels beschouwen – negatief praten achter iemands rug – komt veel minder voor. Al valt dat natuurlijk moeilijk te onderzoeken: als proefpersonen zo’n opnametoestel dragen, zullen ze zich vaak sociaal wenselijker gedragen. En gesprekken afluisteren, zoals in het onderzoek van Dunbar, zou je vandaag veel moeilijker verkocht krijgen aan een ethische commissie.’

Dat de meeste roddels neutraal van aard zijn, neemt niet weg dat ze wél relevant zijn, benadrukt De Backer. ‘Roddelen is een manier om te weten te komen wie wat doet in je sociale netwerk. Dat heeft Dunbar ook aangetoond: door over anderen te praten, kunnen mensen bijvoorbeeld ontdekken wie te vertrouwen is.’

Is het waar?
Uit het onderzoek van Dunbar bleek dat gemiddeld 60 procent van ons taalgebruik ‘roddels’ zijn, maar hij hanteerde een erg ruime definitie. We beoordelen de stelling als eerder waar.

Bronnen
‘Achter de rug om’, Goed Gevoel, 20 december 2023, p. 79.
In het artikel vindt u links naar alle andere gebruikte bronnen.
Bovendien werden voor deze factcheck de volgende mensen gecontacteerd:
– Telefoongesprek en mailverkeer met Rinus Feddes, 8-10 januari 2024
– Telefoongesprek en mailverkeer met Charlotte De Backer (Universiteit Antwerpen), 8-10 januari 2024
Alle bronnen werden laatst geraadpleegd op 11 januari 2023.

Partner Content