In de Wielergids van Sport/Voetbalmagazine (nu in de winkel) staat onder meer een portret van John Degenkolb. De jonge Duitser heeft de snelheid van een sprinter en de explosiviteit van een puncher.
Even enkele namen opsommen: Allan Davis, Daniele Bennati, Elia Viviani, Nacer Bouhanni. Het zijn de vier renners die in de voorbije Vuelta op de tweede plaats eindigden in de eerste vier massaprints. De winnaar daarentegen was vier keer dezelfde: John Degenkolb. De Duitse pers kopte meteen na de tiende rit: Vier-Sterne-Profi.
De kritische kanttekening volgde al even gauw: de toppers uit de Tour (Mark Cavendish, Peter Sagan, André Greipel) waren afwezig in Spanje. Dat klopt uiteraard, maar de spurters uit het rijtje hierboven zijn ook niet bepaald strijkijzers. En wat vooral sterk is: Degenkolb lapte het ‘m elke keer opnieuw, vier massaspurts op een rij. Dan ben je goed.
In de massasprint die daarop volgde moest Degenkolb de verrassende Brit Steven Cummings laten voorgaan, maar in de slotetappe naar Madrid was het opnieuw prijs. De heren Davis, Bennati en Viviani uit het lijstje hierboven eindigden netjes op vier, drie en twee. Allen het nakijken gegeven door de rappe Duitser, die zich daarmee officieus tot vijf-sterrenprof bombardeerde. Voor vijf rozen in de Vuelta moeten we al namen opdiepen als Sean Kelly (zes), Laurent Jalabert (zeven) en natuurlijk de niet te evenaren Freddy Maertens (dertien! in 1977). Láát de echte toppers dan nog afwezig zijn… (PM)
