“Grote kloof tussen gemiddelde en achterblijvers in Belgisch onderwijs”

(Belga) Gemiddeld scoort België goed op het vlak van onderwijs, maar er gaapt een grote kloof tussen wie gemiddeld scoort en de achterblijvers. Dat blijkt uit Report Card 11 van Unicef, een onderzoek naar het kinderwelzijn in 29 geïndustrialiseerde landen tijdens het eerste decennium van deze eeuw. België bekleedt de negende plaats voor het algemeen kinderwelzijn. “We moeten die cijfers nuanceren”, zegt Yves Wilemot, algemeen directeur van Unicef België. “Er bestaat nog altijd een grote ongelijkheid in het onderwijs, en de kinderarmoede is veel te groot.”

Unicef noemt het “verontrustend” dat armoede in België een kindergezicht blijft hebben. “Iets meer dan één op de tien kinderen leeft in een huishouden waarvan het beschikbaar inkomen minder dan de helft van het nationaal mediaan inkomen bedraagt”, klinkt het bij Unicef. “Zowel vanuit ethisch als kinderrechtelijk standpunt, maar ook vanuit economisch en sociaal standpunt is dit bijzonder alarmerend.” Op het eerste gezicht scoort België goed op onderwijs: een tweede plaats na Nederland. “Maar we staan voor immense uitdagingen wat de ongelijkheden betreft die onze onderwijssystemen in de hand werken”, zegt Wilemot. Hij verwijst daarvoor naar het erg hoge percentage NEET-jongeren, of 15-19-jarigen die niet naar school gaan en niet werken. Dat bedraagt 5,7 procent. Unicef besluit dat België zich ondanks een aantal negatieve elementen “mag verheugen over bepaalde positieve tendensen en cijfers. De uitdaging bestaat erin om deze minstens te behouden in tijden van crisis”. De kinderrechtenorganisatie van de VN vraagt politici om het belang van het kind altijd in het achterhoofd te houden. “Niet alleen economische indicatoren bepalen het kinderwelzijn, ook het beleid speelt een cruciale rol”, aldus Willemot. (Belga)