‘De doodstraf bestaat nog voor motorrijders’

Het aantal doden door motorongevallen is fel toegenomen. Boze motorrijders protesteren tegen ‘motorfobie’.

Nadat er zondag een motorrijdster omkwam door de werken aan de Brusselse ring, protesteren motorrijders opnieuw tegen de slechte wegen en de onaangepaste verkeersinfrastructuur.

Volgens Joe Vereecke, die de vereniging van ‘boze motards’ leidt, is 25 procent van de motorongevallen aan de infrastructuur te wijten en 50 procent aan het gedrag van de automobilisten. Alleen al in de eerste zonnige week van dit jaar verongelukten 11 motorrijders. Vereecke bestudeerde de dossiers en besluit dat 80 procent in zijn recht was. ‘In België bestaat de doodsstraf nog altijd voor motorrijders’, zegt Vereecke deze week in Knack. ‘Als er nu nog niets verandert aan de motorfobie, gaan er harde acties volgen.’

Volgens het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid (BIVV) lopen motorrijders twintig keer meer risico op een dodelijk ongeval dan automobilisten. Ze maken 12 procent van het aantal verkeersdoden uit, terwijl ze slechts 1 procent van het aantal afgelegde kilometers voor hun rekening nemen. Vorig jaar verongelukten er 114 motards, een stijging met 17,5 procent, en vielen er 686 zwaargewonden.

Joe Vereecke en zijn vereniging moedigen motorrijders aan om systematisch klacht in te dienen tegen de overheid wegens schuldig verzuim of nalatigheid, en er zijn dan ook meer en meer rechtszaken. Vorig jaar werd door de rechtbank in Luik nog 400.000 euro aan de familie van een verongelukte motard toegekend. ‘Het is de enige manier om de autoriteiten nog onder druk te zetten om iets te doen. De overheid maakt zich schuldig aan onvrijwillige doodslag. De wegen in België zijn de slechtste in Europa voor motorrijders’, aldus Vereecke. (CDS)