Patrick De Koster is de man achter de recordtransfer van Kevin De Bruyne naar Manchester City. Nu de transferperiode in volle gang is, biedt de man die King Kevin naar de top van het wereldvoetbal begeleidde ons een blik achter de schermen.
Het mag dan wel geen strenge winter zijn, toch zie je dezer dagen snel wie ergens in het zuiden op zoek ging naar zon en warmer weer. Dat is duidelijk het geval voor Patrick De Koster, die er een paar weken op heeft zitten in Senegal, in het huis dat hij negen jaar geleden kocht. Net voor hij terugkeerde naar ons land, sukkelde hij even met de gezondheid, maar het heeft zijn zomerkleurtje niet geschaad, noch zijn levensritme vertraagd. Hij werkt, naar eigen zeggen, 365 dagen per jaar, verjaardag en oudejaarsavond inbegrepen. Pascale, zijn vrouw die vroeger in de publiciteitssector werkte en nu voltijds in dienst is van zijn bedrijf JS International Football Management (waar ook Axel Vergeylen, Younous Oumouri, Pascal Guerman en Steve Neirinckx werken), bevestigt. ‘Ik heb hem al gevraagd om zijn gsm even aan de kant te leggen, maar dat is onmogelijk.’
De Koster heeft op dit moment een status in het wereldje van de spelersmakelaars. Het beste bewijs was onlangs zijn nominatie als een van de vijf beste makelaars ter wereld op de Dubai Globe Soccer Awards, die Marc Wilmots bekroonden als coach van het jaar. Die awards worden mee georganiseerd door Wilmots’ makelaar Jorge Mendes, die er zelf werd bekroond als de beste spelersmakelaar ter wereld. Een cadeautje voor zichzelf, kan je zeggen. De Koster trekt er zich weinig van aan, zijn focus ligt elders. Zijn ‘voldoening van het jaar’ kwam uit het afronden van de transfersaga rond Kevin De Bruyne, die in augustus overstapte van de Bundesliga naar de top van de Premier League. Een topdeal voor een man die al twaalf jaar in de stiel zit. ‘Ik ben op mijn achttiende gestopt met school om te gaan werken op de laagste trap van de ladder van de Belgische voetbalbond, waar mijn vader ook aan de slag was. Maar ik was wel altijd bereid om er iets bij te doen. In het weekend werkte ik in de horeca en het gebeurde dat ik auto’s waste voor vrienden, om die daarna te verkopen op de tweedehandsmarkt van Anderlecht.’
De Koster is een selfmade man, een echte Brusseleir, afkomstig van Dilbeek. Tegenwoordig verstuurt hij nieuwjaarswensen (mét smiley) naar Marina Granovskaia, de rechterhand van Roman Abramovitsj bij Chelsea, en trakteert hij zichzelf op het vervullen van een jongensdroom: een Lamborghini. ‘Maar wel een occasie’, lacht hij.
Kan u voor ons eens vertellen wat er gebeurde op de dag van de transfer van Kevin De Bruyne naar Manchester City?
PATRICK DE KOSTER: ‘Ik ben in die laatste weken van augustus de hele tijd dicht bij Kevin gebleven. Alle dagen ging ik naar de trainingen en daarnaast discussieerde ik met Klaus Allofs (sportief manager van Wolfsburg, nvdr) en met zijn tegenhanger bij City, Txiki Beguiristain. Toen de twee clubs uiteindelijk akkoord raakten, kwam alles in een stroomversnelling terecht. En belandden wij in een andere wereld. City stuurde een privéjet naar de luchthaven van Hannover om ons op te pikken. Kevin, zijn vriendin, Didier Frenay, mijn vrouw en ik zijn aan boord gegaan zonder de gewoonlijke controles. In Manchester heeft Kevin dan eerst de normale medische tests afgelegd, voor hij het contract tekende. Toen dat gebeurde, hadden we allemaal tranen in de ogen. We hadden immers de deal van het jaar afgerond, in die zin zijn wij de wereldkampioenen van 2015. We zijn elkaar in de armen gevallen, iets gaan eten en ’s avonds pas is de druk helemaal van mijn schouders gevallen. Maar ik zeg er direct bij: het was dan wel een ongelooflijke overgang, maar mijn andere spelers, die bij minder prestigieuze clubs zitten, vergeet ik daarom zeker niet.’
Bent u al die tijd nooit bang geweest dat een groot makelaarsbureau De Bruyne van u zou komen afsnoepen?
DE KOSTER: ‘Hierop neen zeggen zou pretentieus zijn van mijn kant, maar er is van in het begin zo’n goeie band tussen ons tweeën, dat het me zeer zou verrassen als hij me inruilt voor een ander. Onze band overstijgt het zakelijke. Toen ik in Senegal zat, stuurden we berichtjes, belden we, maakten we grapjes. Vaak had dat niks met het werk te maken.’
60.000 EURO
In 2008 was uw zomertransfer van het jaar de overgang van Henri Munyaneza van Dender naar Beerschot. Dat lijkt al een eeuwigheid geleden.
DE KOSTER: ‘Dat was mijn eerste grote transfer. Munyaneza veranderde van club voor een half miljoen euro. Ik kreeg tien procent van de transferprijs en nog een klein beetje commissie bovenop. Zo’n 60.000 euro.’
Uiteindelijk veel geld voor een bescheiden voetballer.
DE KOSTER: ‘Als je als bediende een loon gewoon bent van 1500 euro per maand en plots verdien je 60.000 euro op één dag, is dat inderdaad veel. Toen ik als makelaar begon, was ik vooral bezig met deals van 750 euro in derde en vierde klasse. Kleinere dingen. Maar zelfs daarmee was mijn eerste jaar zakelijk vrij goed gelukt. Ik werkte hard en meer op kwantiteit dan op kwaliteit. Mijn omzetcijfer draaide toen rond de 80.000 euro, wat immens is als je weet dat ik als bediende iets tussen de 25 à 30.000 euro verdiende.’
Het commissieloon bij de transfer van De Bruyne naar City moest u delen met Didier Frenay, met wie u van in het begin samenwerkte. Vond u dat u een schuld moest afbetalen?
DE KOSTER: ‘Toen ik Kevin leerde kennen, werkte ik samen met Star Factory (het bedrijf van Didier Frenay, nvdr) en ik ben me altijd blijven herinneren dat ik geraakt ben waar ik sta dankzij de deuren die hij in het begin voor me opende. Men heeft me al gek verklaard, maar dat ik vandaag zo veel erkenning krijg van de mensen, is wellicht ook omdat ik er zelf zeer weinig ‘dribbelde’. Ik denk dat ik, net als iedereen, ooit wel eens wat snoep heb gestolen uit een winkeltje tijdens mijn jeugd, maar mijn strafregister is blanco, op een paar snelheidsboetes na. En ik betaal mijn belastingen op tijd, ook al vind ik dat de aanslagvoeten wat zwaar zijn.’
FAR WEST
Waarom slepen spelersmakelaars zo’n slechte reputatie met zich mee?
DE KOSTER: ‘Dat ze slecht is, daar ben ik het mee eens. Maar waarom? Wie is de verantwoordelijke? De staat, de bond die iedereen accepteert. Toen ik in het beroep stapte, moest je examens afleggen en licenties aanvragen. Vandaag zijn er geen regels meer en bevinden we ons in de Far West. Nu is iedereen makelaar. Ga naar een wedstrijd van de jeugd kijken. Onder de toeschouwers vind je vijftig ouders en tweehonderd spelersmakelaars.’
Was dat tien jaar geleden ook al niet zo?
DE KOSTER: ‘Minder erg toch. Ook al herinner ik me uit mijn periode bij de voetbalbond dat ik daar een contract zag van Bart Goor met een spelersmakelaar zonder vergunning. Toen ik dat ging signaleren, zei men me dat het mijn zaken niet waren. Dat zegt voldoende.
‘Neem de rol van Sporta, dat de belangen van de spelers zou moeten vertegenwoordigen en die verdedigen. Zij beweren dat ze raad moeten geven aan spelers. Maar advies geven, dat is toch de taak van een makelaar, niet van een syndicaat? Ons vak is nooit onderworpen geweest aan strikte regels, zodat er mensen op afkomen die zich alles veroorloven, zonder daarvoor te worden gesanctioneerd.’
In sommige landen ligt het commissieloon toch officieel vast?
DE KOSTER: ‘Dat zegt men, maar je kan het bedrag altijd verhogen door bepaalde clausules op te nemen. Waarom heeft de FIFA zich bevrijd van de controle en die overgelaten aan de nationale bonden? Omdat het een krabbenmand is. In België kan een voetballer van de ene dag op de andere afstand doen van een contract dat hem aan een makelaar bindt. Met zo’n systeem, of liever de afwezigheid ervan, vraag je om fraude. Als ik morgen een wagen koop en ik vraag daarvoor een lening aan bij de bank, kom ik in de problemen als ik stop met betalen. Maar in het voetbal kan dat zonder problemen.’
Er gaan steeds grotere sommen rond in het voetbal. Mag het dan verbazen dat mensen met een bedenkelijke reputatie zich komen moeien?
DE KOSTER: ‘Neen. In de immobiliënsector gebeurt dat ook, net als in de autobusiness. Overal waar geld te verdienen valt, gebeuren er zaken die het licht niet mogen zien door mensen met wie je beter niet omgaat.’
DOODSBEDREIGINGEN
Werd u ooit bedreigd?
DE KOSTER: ‘Ja, uiteraard. Fysiek en verbaal. Dat gebeurde al helemaal in het begin van mijn carrière, toen ik nog geen licentie had, maar Lombeek-Liedekerke overnam. Ik was er verplicht de boel te saneren en uit de kast vielen toch wel enkele lijken. Dat opruimen viel niet bij iedereen in goede aarde. Iemand die nu een vijand voor het leven is, heeft me toen bedreigd, een boodschap die hij nota bene overbracht via mijn kinderen! Die man is nu nog steeds bekend in het voetbal. Onlangs stond ik aan het Westland Shopping Center in de buurt van Anderlecht en een wagen stopte. Het raampje ging naar beneden en iemand zei dat hij me nog wel zou krijgen in verband met een andere transfer van vroeger. Maar goed, als je echt een western of een gangsterfilm wilt, neem dan een abonnement op Netflix. Ik ben niet bang. Ik ben een Brusselaar, dat is voldoende. Ik weet over het leven één ding: hoge bomen vangen altijd veel wind.’
Waarin verschilt u volgens uzelf van andere makelaars?
DE KOSTER: ‘Een spelersmakelaar moet zorg dragen voor de voetballer die hij vertegenwoordigt, hem raad geven in verband met zijn carrière en hem helpen in alles wat extrasportief is, zodat hij zich vrij kan voelen op het veld. De tendens vandaag is een maximum aan deals afsluiten en zich daarna niks meer van de begeleiding van een speler aantrekken. Ik kom altijd terug op de basis: je bent een vertegenwoordiger van de speler. Dat dekt alles als definitie.’
Vandaag wordt toch ook vaak van iemand gezegd: hij is dé makelaar van de club. Van u zouden we hetzelfde kunnen zeggen: u lijkt dit seizoen wel de officiële leverancier van Antwerp, met spelers als Fauré, Colpaert, Tarfi, Kudimbana, Biset, Daeseleire N’Diaye en Dequevy.
DE KOSTER: ‘Het is juist dat Patrick Decuyper me vertrouwen geeft. Ik kan u het contract tonen van mijn spelers, ze zijn beter af met hun overeenkomst bij Antwerp dan ze waren bij hun vroegere ploegen. Steve Colpaert verdient er meer dan in Waregem en kon voor vijf jaar tekenen. Als ik ga samenwerken met een club, is dat ook omdat ik in het project geloof. Antwerp dat naar eerste klasse terugkeert, een publiek van 15.000 à 16.000 mensen,… Dat kan iets groots worden. En als vandaag Antwerp eerste staat en mijn spelers er in de basis voetballen en op tijd worden betaald, hebben we goed samengewerkt.’
Waarom werken clubs graag samen met één of enkele makelaars en staan anderen op de zwarte lijst?
DE KOSTER: ‘Als u vandaag in een van de toeristische straatjes van Turkije gaat wandelen en iemand slaagt erin u binnen te lokken in een van zijn restaurantjes, dan krijgt de man drie tot vier procent commissie op uw rekening. Datzelfde geldt voor makelaars. Clubs vertrouwen mensen die hen een goeie speler kunnen brengen.’
BELANG
Sommige spelersmakelaars gijzelen dezer dag clubs. We zouden u het voorbeeld van Pini Zahavi in Moeskroen kunnen noemen.
DE KOSTER: ‘Ja, maar is hij officieel aanwezig? Neen. Iedereen is op de hoogte van de situatie, maar niemand doet er iets aan. Is dat toegelaten? Het TPO (Third Partner Ownership, dat een derde partij eigenaar is van een voetballer, nvdr) is zogezegd verboden, maar altijd vindt men wel een achterpoortje. Door, bijvoorbeeld, achter de schermen bij een ploeg te werken.’
Soms ontstaat zo het beeld dat makelaars en clubleiders als eerste doel hebben om de molen te laten draaien door bijvoorbeeld het aantal transfers op te drijven. En wie transfers zegt, zegt ook commissiegelden.
DE KOSTER: ‘Die transfers hebben altijd bestaan. De macht van het geld is groter geworden door de stijgende bedragen voor televisiegelden. Het beste voorbeeld is de Premier League. Wat spelers daar kunnen verdienen…’
Heeft iemand als De Bruyne nog een spelersmakelaar nodig?
DE KOSTER: ‘Ja, natuurlijk. Heb ik een slager nodig? Ik ken het verschil niet tussen dit en dat stuk vlees, iemand moet me die informatie geven. Als een topvoetballer vandaag de dag alles zelf zou moeten doen, raakt hij hopeloos de weg kwijt. Kevin vroeg me onlangs om een Mercedes te zoeken die uniek was in België. Ik heb dat gedaan. Hij vraagt me om zijn vakanties te boeken, zijn relaties met de media te stroomlijnen en om zijn werk voor goede doelen in handen te nemen. We werken aan het beeld van de speler. Toen niet zo lang geleden zijn gezicht wat werd bewerkt in het kader van een campagne voor de Special Olympics en de mensen met het syndroom van Down, heeft dat velen geraakt. Een voetballer met het statuut van Kevin moet zich ook voor dingen naast het veld engageren.’
DOOR THOMAS BRICMONT – FOTO’S BELGAIMAGE – CHRISTOPHE KETELS
‘Ga eens naar een wedstrijd van de jeugd kijken. Daar zie je 50 ouders en 200 makelaars.’ – PATRICK DE KOSTER
‘Als een topvoetballer vandaag de dag alles zelf zou moeten doen, raakt hij hopeloos de weg kwijt.’ – PATRICK DE KOSTER