Jacques Sys
Johan De Muynck: hoe een knecht volksheld werd
Zondag eindigt de Ronde van Italië. Met de Belgen in een figurantenrol. Het is 40 jaar geleden dat met Johan De Muynck nog een landgenoot de Giro won.
Eddy Merckx begreep er niets van. In een 28 kilometer lange tijdrit in de Ronde van Romandië 1976 had hij het uiterste gegeven. En toch won Johan De Muynck. Die werd meteen tot de grote favoriet voor de Ronde van Italië gebombardeerd. Hij had in de Zwitserse rittenkoers nog twee etappes gewonnen en de eindzege op zak gestoken. In die Giro zou de Oost-Vlaming inderdaad een definitieve gedaanteverwisseling ondergaan. De renner die in de jaren voordien alleen was opgevallen door een zege in de Brabantse Pijl, veroverde met grote autoriteit de roze trui en groeide uit tot een echte volksheld.
Maar Johan De Muynck werd in zijn Italiaanse Brooklynploeg niet door iedereen als leider aanvaard. Roger De Vlaeminck was als kopman gestart en liet De Muynck door de ploegleider terughalen toen die in de bergen van hem wegreed. Het zorgde voor fricties. Zeker toen De Muynck, hoe hard hij ook aan de remmen trok, toch leider bleef. Twee dagen voor het einde van de Giro gaf De Vlaeminck samen met Ronald De Witte op. Dat zorgde voor veel commotie. Johan De Muynck reageerde er laconiek op. Hij zei dat hij twee tegenstanders minder had in de slotritten.
Uiteindelijk verloor Johan De Muynck de Giro in de beslissende tijdrit. In de laatste bergetappe was hij ten val gekomen, tijdens een afdaling voelde hij zijn voorwiel wegschuiven en ging recht op een muurtje af. Er droop bloed uit zijn neus en uit zijn hoofd. Geradbraakt haalde hij het einde. Hij stond nog steeds aan de leiding, met 25 seconden voorsprong op Felice Gimondi. Maar zijn eigen ploeg liet hem voor de tijdrit in de steek. Er was geen volgwagen, geen ploegleider, geen verzorger, geen reservewielen. Uiteindelijk reed toenmalig BRT-commentaror Fred De Bruyne in de officiële BRT-wagen de hele tijdrit achter De Muynck die op 22 seconden van Gimondi zou eindigen. En de Giro verloor met 19 seconden. Nooit kreeg een renner na een nederlaag zoveel publiciteit als De Muynck. Dagen aan een stuk verhaalden de kranten over zijn wedervaren, iedereen klopte bij hem aan om naar zijn levensverhaal te luisteren. In enkele weken tijd was een knecht gepromoveerd tot een vedette.
Twee jaar later zou Johan De Muynck, die inmiddels voor Bianchi reed, de Ronde van Italië alsnog op zijn palmares schrijven. Al in de vijfde rit reed hij zijn kopman Felice Gimondi naar huis. ’s Avonds kwam Gimondi op de kamer van De Muynck. Hij wenste hem proficiat en zei dat De Muynck de Giro zou winnen en dat hij, Gimondi, hem daarbij zou helpen. Zo gebeurde het ook. Nadat De Muynck achttien dagen de roze leiderstrui had gedragen. Maar paradoxaal genoeg leverde die zege hem veel minder publiciteit op dan de nederlaag twee jaar eerder. De sportpagina’s werden toen beheerst door de Europese finales die Anderlecht en Club Brugge speelden.
In Italië kreeg de zege wel veel weerklank. Johan De Muynck schuimde een sliert criteriums af, aan de helft van de prijs van Gimondi. En hij werd zelfs benaderd om de zesdaagse van Milaan te rijden, waarin hij na Francesco Moser en Patrick Sercu de bestbetaalde renner zou geweest zijn. Maar hij had nog nooit op de piste gereden en paste voor het aanbod.
(Jacques Sys, hoofdredacteur van Sport/Voetbalmagazine en al ruim 40 jaar in de journalistiek, graaft iedere zaterdag in zijn archief)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier