Yannick Carrasco: ‘Ik heb nooit enige druk gevoeld op een voetbalveld’

Pierre Danvoye
Pierre Danvoye Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

Het is altijd interessant om te praten met een voetballer die werkt met twee coaches die zo verschillend zijn als Roberto Martínez en Diego Simeone. Gesprek met een vleugelspeler die helemaal losgaat en bevrijd kan voetballen.

Tubeke, zaterdag 4 september. De Rode Duivels bereiden zich voor op de thuiswedstrijd tegen Tsjechië. Op de dag van zijn 28e verjaardag en twee dagen na zijn 50e interland zit Yannick Carrasco in een kamer in het nationaal centrum om te praten over zijn dagelijkse leven in Madrid, zijn status in de nationale ploeg en andere onderwerpen. Het EK laat hij af en toe links liggen, want net als bij zijn mede-internationals liet het tornooi een bittere smaak achter. En dat is te merken aan de toon van zijn discours wanneer we het over een gemiste kans hebben.

Mensen zeggen wel eens dat 28 het beste jaar is voor een voetballer. Ben je dezelfde mening toegedaan?

YANNICK CARRASCO: ‘Ik heb gehoord dat de beste jaren van een voetballer zich tussen 27 en 31 jaar bevinden. Op die leeftijd ken je je lichaam het best en zit je op fysiek vlak aan je top. Op je 28e maak je vooral gebruik van je hersenen als je op het veld staat, die jeugdige onbezonnenheid is eruit. Ik begin nu aan dat tijdperk en binnen drie of vier seizoenen zal ik kunnen bevestigen of die theorie de juiste is.’

Was jij een beetje gek toen je jonger was? Besefte je dat op dat moment of heb je nu pas door welke fouten je toen hebt gemaakt? Zijn er bijvoorbeeld zaken die je systematisch achterwege laat, maar die je in het begin carrière wel deed?

CARRASCO: ‘Toen ik een jaar of 18 was probeerde ik als vleugelspeler altijd mijn man te passeren. Van de tien keer dat ik bal had, ging ik tien keer voor een actie een-op-een. Zelfs als dat betekende dat ik negen keer de bal zou verliezen. Op die leeftijd denk je minder na en kijk je niet op een inspanning. Je wil elke keer gevaarlijk en beslissend zijn als je de bal hebt.

‘Vandaag gedraag ik mij anders omdat ik weet dat ik het team zo in gevaar kan brengen. Tien jaar geleden zou ik in de 94e minuut, bij een krappe voorsprong, toch geprobeerd hebben om een extra doelpunt te maken. Nu, in dezelfde situatie, zoek ik een hoek om tijd te winnen. Ik lees het spel gewoon veel beter.

‘En er is ook het fysieke aspect dat een rol speelt in mijn evolutie. Ik voel dat ik meer aan mijn lichaam moet trekken en sleuren, ik voel mij wat stijver en ik ben niet meer in staat om een paar keer per week veel energie te verbruiken als in het begin van mijn carrière. Ik moet zeggen dat mijn manier van werken tijdens de week ook veranderd is. Ik recupereer minder snel en ik moet voor de trainingen meer tijd in de gym doorbrengen. Als je jong bent, teer je meer op je talent. Bij het ouder worden, leg je meer de nadruk op werk.’

Ben je wijzer geworden met de jaren, of zijn het eerder de trainers die je op de vingers hebben getikt wanneer je te veel risico’s in je spel legde?

CARRASCO: ‘Ik heb vooral zaken opgepikt door naar mijn lichaam te luisteren. En ik voel het spel ook beter aan. Na verloop van tijd begrijp je dat je het best onnodige loopacties vermijdt. Je moet niet om de haverklap iets forceren. In China was het een beetje anders. Er waren weinig buitenlanders en er werd dus op ons gerekend om de forcing te voeren. Daar moest ik mij dus aan aanpassen.’

CHINESE FANATIEKELINGEN

Denk je nog steeds dat het een goede beslissing was om naar China te gaan? Kortom: zou je het opnieuw doen?

CARRASCO: ‘Natuurlijk! Ik heb op dat vlak nergens spijt van. Het was een geweldige ervaring en niet alleen wat het voetbalgedeelte betreft. Ik heb daar aan maturiteit gewonnen en ik heb er een paar levenslessen opgedaan. Eigenlijk heeft het mij deugd gedaan om in een andere cultuur ondergedompeld te worden. Axel Witsel en ik zijn terug van weggeweest. Wie durft nu nog te beweren dat je je kwaliteiten verliest door in de Chinese competitie te spelen? We halen allebei opnieuw een hoog niveau.

‘Weet je wat het probleem is? Veel mensen hebben geen vertrouwen in mij en ik moet toegeven dat ik niet weet waarom. Toen ik naar China vertrok, werd er gezegd dat ik nooit meer mijn niveau zou halen. Maar ik heb altijd gezegd dat talent aangeboren is en dat het niet zomaar verloren gaat. In een competitie als die van China ligt het tempo lager. In Europa krijg je een of twee seconden om een beslissing te nemen, in China zijn dat er drie. Je verliest dus een beetje je handelingssnelheid, maar het talent blijft uiteraard aanwezig. Het enige wat ik hoefde te doen om alles weer zijn normale gang te laten gaan, was een paar dagen trainen met de nationale ploeg.’

De titel van Atlético niet kunnen vieren zal ik altijd als een gemis beschouwen.’

Yannick Carrasco

Je was blij om naar China te kunnen gaan, maar je leek evenzeer gelukkig om weer in Europa te voetballen…

CARRASCO: ‘Nogmaals: ik heb absoluut geen spijt heb van mijn carrièrekeuzes.’

Zou je later in je carrière opnieuw openstaan voor een exotisch avontuur?

CARRASCO: ‘Je weet nooit, ik sluit geen deuren. Maar op dit moment denk ik er helemaal niet aan. Ik ben blij dat ik weer op het hoogste niveau actief ben en Atlético is het enige waar ik mij op focus. Ik kijk niet verder vooruit. Ik heb altijd van dag tot dag geleefd.’

Wat neem je mee in je bagage van je tijd in China?

CARRASCO: ‘Het fanatisme van de Chinezen als het op voetbal aankomt. En hun vrijgevigheid. Aan het eind van de wedstrijden kreeg ik cadeautjes, kaders en andere spulletjes. Ik zat op een dag op een commerciële vlucht en om de tijd te doden was ik snoepjes aan het eten die ik op de luchthaven had gekocht. Ik werd door een jongen die achter mij zat in het vliegtuig stiekem gefilmd en hij gooide dat online op sociale media. De volgende dag vernam ik dat alle winkels in de stad die deze snoepjes verkochten, niets meer in voorraad hadden. De fans hadden zich letterlijk op die snoepjes gesmeten. In de thuiswedstrijden kreeg ik zowaar zakjes toegeworpen op het veld. Het leek wel Sinterklaas…’

Yannick Carrasco gaat zijn kans tegen Tsjechië: 'Ik heb geen last van stress op een EK of WK.'
Yannick Carrasco gaat zijn kans tegen Tsjechië: ‘Ik heb geen last van stress op een EK of WK.’© belgaimage – christophe ketels

VERSCHILLENDE JOBS

We zijn drie maanden na het EK. Wat is jouw analyse over de collectieve prestatie en jouw individuele verrichtingen?

CARRASCO: ‘Het EK ligt achter ons. We richten ons op andere doelen, waaronder de kwalificatiewedstrijden voor Qatar. We moeten vooruit kijken, niet achterom. Een ding staat vast: we zijn teleurgesteld dat we niet helemaal tot het einde zijn gegaan.’

Het kan toch niet anders dat jij op meer speelminuten rekende? Net als op het WK in Rusland begon je in de basis en verdween je gaandeweg het tornooi uit de ploeg. Weet je intussen waarom?

CARRASCO: ‘Die vragen moet je aan de coach stellen. Elke speler wil de ploeg op elk moment helpen. En ik was er klaar voor.’

Had je, gezien de fysieke toestand van Eden Hazard voor het tornooi, niet op iets meer gehoopt?

CARRASCO: ‘Nee, zo zit het niet. Ik wist dat Eden meteen de belangrijkste speler van het team zou worden zodra hij terug zou komen. Bij de Duivels zitten we niet in een proces waar we speculeren over andermans problemen om onszelf in het team te projecteren. Wij zijn één groep en zo redeneren wij niet.

‘Trouwens, ik richt mij niet alleen op de plaats van Eden Hazard. Ik ben veelzijdig en de trainers weten dat ik mij op andere posities nuttig kan maken. Ik heb dit seizoen tijdens de eerste twee wedstrijden van de Spaans competitie in het punt van de aanval gespeeld.’

Je werkt met twee zeer verschillende coaches als het aankomt op hun relatie met de spelers en hun manier van communiceren met de groep. Roberto Martínez is altijd erg kalm en beschermt de spelers. Diego Simeone staat altijd in vuur en vlam. Is het makkelijk om de switch te maken als je terugkeert naar de nationale ploeg?

CARRASCO: ‘Elke coach is anders. Je moet heel snel alles in je opnemen, maar dat is voor mij nooit een probleem geweest. Ik vind het zelfs goed om te werken met twee totaal verschillende persoonlijkheden. Het laat je toe om bij te leren en jezelf verder te ontwikkelen.’

Is het soms niet lastig om de opmerkingen van Simeone te incasseren? Is het niet gemakkelijker om met de zen van Martinez om te gaan?

CARRASCO: ‘Ik ervaar het als iets positiefs wanneer Simeone zijn ongezouten mening geeft of zijn vinger op de wonde legt. Zijn doel is ons vooruitgang te laten boeken. Hij neemt je apart, je wordt bij hem op het matje geroepen in bijzijn van de aanvoerder of hij maakt zijn opmerkingen in aanwezigheid van heel de groep. Als het goed is, zegt hij het. Als het niet goed is, dan houdt hij zich ook niet in. Misschien was Martínez ook zo toen hij nog in clubverband actief was. Het zijn twee uiteenlopende jobs. Als trainer kan je hoe dan ook niet met iedereen bevriend zijn. Je kan geen vriendschappen sluiten met je spelers.’

Mijn moeder is niet anders dan alle andere moeders: ze zegt altijd dat ik goed gespeeld heb.’

Yannick Carrasco

Heb je van Martínez uitleg gekregen waarom hij je uit het team heeft gezet tijdens het EK?

CARRASCO: ‘Als een coach aan iedereen alles moet gaan uitleggen, dan komt hij niet rond met de tijd die hij ter beschikking heeft. Ik herhaal wat ik eerder al zei: de taak van een bondscoach is anders dan die van een clubcoach. Die kan veel meer tijd uittrekken om spelers individueel te benaderen.’

IMMUNITEIT

Je hebt ooit verteld dat je soms de indruk hebt dat je een slechte reputatie meezeult. En daardoor zouden mensen minder vergevingsgezind zijn ten opzichte van jou. Denk je dat nog steeds?

CARRASCO: ‘Eerlijk? Vandaag besteed ik daar geen aandacht meer aan. Toen ik jonger was, hield ik me veel bezig met dat soort futiliteiten. Nu ik volwassener ben, probeer ik gewoon te voetballen en trek ik mij niets aan van de rest. Sommige mensen appreciëren je, anderen zullen je nooit waarderen.’

Je bedoelt dus dat het voor jou niet meer belangrijk is om in een goed blaadje proberen te komen bij het publiek? Je staat daar nu boven.

CARRASCO: ‘Er is één ding waar ik nog steeds niet tegen kan en dat is onrecht. Het zit ingebakken in mijn karakter. Ik weet wanneer ik een goede match heb gespeeld, je hoeft het mij niet te vertellen. Als het niet goed was, weet ik het ook. Mijn moeder is niet anders dan alle andere moeders: ze zegt altijd dat ik goed gespeeld heb. ( lacht) Soms is dat niet zo… Ik probeer altijd mijn best te doen. Klaar. Maar we zijn toch geen robots? Mensen moeten accepteren dat we soms niet goed in de match zitten. Je maakt fouten, je neemt soms slechte beslissingen op je werk, en bij een voetballer is dat net zo.’

Op het EK had je tegen Portugal, met nog drie minuten te gaan, twee keer de kans om de wedstrijd te beslissen, maar het lukte net niet. Had je last van de druk of trillende benen?

CARRASCO: ‘Ik heb nooit enige druk gevoeld op een voetbalveld. Ik voelde geen stress toen ik mijn eerste profwedstrijd speelde en ik heb er ook geen last van op een EK of WK. Ik ervaar dezelfde druk als een gastje dat samen met zijn maten in het park voetbalt. Mijn mentaliteit kan je als volgt beschrijven: doe ik het goed, des te beter. Gaat het slecht, dan zal het beteren in de volgende wedstrijd.’

Werk je met een mental coach?

CARRASCO: ‘Nee, nog nooit gedaan. Ik heb er nooit een nodig heb gehad, maar misschien komt die dag nog.’

Het is nog steeds een taboe onder voetballers…

CARRASCO: ‘Ja, sommige gozers schamen zich soms om toe te geven dat ze mentaal zwak zijn.’

Maar de spanning is toch niet dezelfde als je een halve finale van een WK speelt voor 65.000 man of als je met Atlético de laatste in de stand moet bekampen?

CARRASCO: ‘Echt waar. De druk, de stress, ik ben daar immuun voor. Het klopt dat ik meer relaxed ben als we tegen de hekkensluiter van de competitie spelen en dat de concentratie anders zal zijn als dan voor een topwedstrijd op een tornooi. Maar daar houdt het ook op. Ik weet dat sommige dertigers naar het toilet moeten voor een wedstrijd. Dat doe ik niet. Ik zou het moeilijker hebben om op een podium honderd mensen toe te spreken dan spelen in een stadion gevuld met 70.000 fans.’

Yannick Carrasco: 'Ik heb nooit enige druk gevoeld op een voetbalveld'
© belgaimage – christophe ketels

‘Ik voel mij nog jong van lichaam en geest’

Onlangs vertelde Eden Hazard dat hij na het WK zal nadenken over het verdere verloop van zijn interlandcarrière. Is dat iets dat ook al door jouw hoofd heeft gespookt?

YANNICK CARRASCO: ‘Absoluut niet. Niet vergeten dat Eden twee jaar ouder is dan ik. Eerst moet ik zien hoe lang mijn lichaam nog topvoetbal aankan en of ik de drive nog heb om door te gaan.’

Welke factoren zouden jouw beslissing kunnen beïnvloeden?

CARRASCO: ‘Ik luister vaak naar wat de anciens te vertellen hebben. Sommigen klagen dat ze steeds in hotels moeten verblijven, dat ze veel moeten reizen, dat ze last hebben van kleine kwaaltjes en andere blessures. En als je plots tot het besef komt dat je niet meer alles kunt doen wat je vroeger deed, dan werkt dat op je gemoed.

‘De vraag is: ben je mentaal in staat om dat te compenseren met andere zaken? Dat is de reden waarom sommige spelers afhaken. Ze stoppen liever op een hoogtepunt. Je wil de mensen niet met het beeld opzadelen van een man die niet meer vooruit geraakt. Motivatie is sowieso het doorslaggevende element. Het zegt genoeg als je bij het opstaan overal pijn hebt en niet gemotiveerd bent om te gaan trainen…’

Zijn er kleine dingen die je vroeger wel kon, maar nu niet meer?

CARRASCO: ‘Ik voel me nog steeds erg jong van lichaam en geest.’

Heb je geen schrik dat het WK in Qatar voor sommige Duivels het toernooi te veel zal zijn?

CARRASCO: ‘We hebben inderdaad enkele spelers die al ver in de dertig zijn, maar ze hebben nog steeds de kwaliteiten om te presteren op een WK. Niet het minst omdat ze zich perfect verzorgen. Je ziet steeds meer voetballers die het lang volhouden en die op hun 34e of 35e nog een volle tank hebben. Vroeger was dat iets uitzonderlijks – iemand van amper 31 of 32 was al een beetje einde carrière. Maar de werkmethodes zijn zo hard geëvolueerd en we zijn zo veel meer met ons lichaam bezig dat er een kentering aan de gang is.’

‘Ik heb ook de Europa League gewonnen’

Aangezien het EK er snel aankwam, heb je niet echt de tijd gekregen om te genieten van de titel die je met Atlético Madrid won.

YANNICK CARRASCO: ‘In feite hebben we helemaal niet gevierd. De stadions moesten leeg blijven en alle festiviteiten werden ook afgelast. Normaal gezien volgen we een ritueel wanneer we een trofee winnen. Als Real kampioen is, vieren ze dat op een welbepaald rondpunt in Madrid. Bij titelwinst van Atlético trekken de fans naar een ander verkeersplein. Dit jaar konden we er niet naartoe en mochten we ook niet met een bus door de stad defileren. Ik heb de terugkeer meegemaakt van het WK van 2018 met dat immense feest op het balkon van het stadhuis van Brussel en dat zijn dingen die je wil herbeleven. Ik ben er een week tussenuit getrokken tussen de titel met Atlético en de samenkomst met de nationale ploeg om mijn familie en vrienden te zien, maar de titel niet kunnen vieren zal ik altijd als een gemis beschouwen.’

In januari 2020 keerde je na je Chinese avontuur terug naar Atlético. Je was er niet bij toen de club de Europa League won in 2018. Dit is dus je allereerste trofeewinst?

CARRASCO: ‘Je zou het zo kunnen verwoorden, maar ik zie het anders. In het seizoen dat ik Atlético verliet, heb ik nog enkele wedstrijden gespeeld in de Europa League. Wat mij betreft heb ik die beker ook gewonnen – hij staat alvast op mijn cv. Draai die redenering even om: een speler die de eerste wedstrijden op een WK in de basis staat, maar uit het team wordt gezet voor de finale, is dus geen wereldkampioen? ( lacht) Nee, dat zou niet correct zijn.’

Yannick Carrasco: 'Ik heb nooit enige druk gevoeld op een voetbalveld'
© belgaimage – christophe ketels

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content