Laurent Depoitre is terug na een lastig seizoen: ‘Elke wedstrijd is nu een plezier’

Door een hiel- en voetzoolprobleem beleefde Laurent Depoitre vorig seizoen, waarin hij tot amper twee goals en een assist kwam, een ‘snertperiode’. De targetman keerde sterk terug en heeft weer impact. ‘Het zijn de spelers die verantwoordelijkheid moeten nemen en beter communiceren.’

‘Iemand een biertje?’, vraagt een duidelijk goed geluimde en ontspannen Laurent Depoitre bij het openen van de koelkast in de skybox van de hoofdsponsor bij KAA Gent in de Ghelamco Arena. Er hangt een bijzonder leuke sfeer. Op de achtergrond weerklinkt aangename en vrolijke muziek. Een ideale plek om het vertrouwen van de targetman, een timide persoon, te winnen. Als we opwerpen dat de omgeving prachtig is maar dat er alleen nog een echt team nodig zal zijn om voor het complete plaatje te zorgen, lacht de 32-jarige Henegouwer eens. ‘Ja. Maar dat komt nog wel’, klinkt het minzaam.

Het team van coach Hein Vanhaezebrouck kent moeilijke tijden. In de Belgische competitie behaalde KAA Gent te weinig punten in verhouding met de dominantie en het balbezit. Ook vorig seizoen werden ze gedwongen tot een inhaalrace, om uiteindelijk de Conference League te halen. Die nieuwe Europese competitie wordt vaak neergezet als voetbal voor de financieel minder krachtige ploegen uit kleinere landen. Een affiche tegen Anorthosis Famagusta, de tegenstander morgen/donderdag in de Ghelamco Arena, of later FC Flora Tallinn en FK Partizan Belgrado spreekt minder tot de verbeelding als je, zoals Depoitre bij KAA Gent en FC Porto, nog de emoties van de Champions League en Europa League hebt meegemaakt.

Graal

Laurent Depoitre: ‘Toen ik voor het eerst over de Conference League hoorde, vroeg ik me af wat het juist was. Ik zei tegen mezelf dat het niet aantrekkelijk zou zijn; oninteressant en misschien meer iets voor de kleine clubs in Europa. Maar uiteindelijk is het nog altijd een Europacup, een bijkomende uitdaging naast het eigen kampioenschap. En het kan ons in staat stellen verder te gaan dan de Europa League of de Champions League, waar de concurrentie veel sterker is. Voor een prof is het leuker om twee wedstrijden per week te spelen dan weken waarin je zes dagen moet trainen.

‘Maar de sensatie is anders, dat staat vast. De teams zijn kwalitatief minder, de stadions kleiner, er heerst ook een andere sfeer; er is niet diezelfde euforie. Maar het is altijd interessant om te reizen en tegen teams uit andere Europese competities te spelen. We hadden geen goed seizoen dus we moeten tevreden zijn met de Conference League. En nu we daar zijn, moeten we proberen zo ver mogelijk te komen.

Het enige positieve was dat ik de kracht had om vol te houden.’

Laurent Depoitre

‘Ik koester nog altijd de hoop dat ik een club vind die CL speelt. Het zou een kleinere club dan Porto kunnen zijn, uit een minder hoog aangeschreven land. Ik zou er nog eens van willen proeven, dat is zeker. Of met Gent, maar het ziet er naar uit dat het voor volgend seizoen nog een heel karwei wordt. Die campagne ooit met Gent, dat was in ieder geval één van de beste periodes uit mijn loopbaan. Alles ging goed in de competitie en we behaalden Europees onverwachte resultaten. Ik had ook een zeer intens gevoel in de Premier League bij Huddersfield Town. Het deed me denken aan de grote Europese momenten met Gent.

‘De Champions League blijft de graal voor elke profvoetballer. Dat ik bij Porto belandde, was meer te danken aan de CL-wedstrijden dan de duels uit het titelseizoen, een paar maanden eerder. Je kunt heel goed zijn in je competitie, je krijgt nooit dezelfde zichtbaarheid als in zo’n groot toernooi. De coach die me naar Porto haalde, was aan de slag bij Valencia toen we met Gent tegen hen speelden. Geen toeval dus.’

Plezier

‘Soms onderschatten we bepaalde teams en landen, dat zagen we in de voorrondes van de Conference League. Er is meer kwaliteit dan je denkt. Je speelt tegen de kampioen, die misschien wel voor de eerste keer Europees aantreedt. De motivatie bij zulke teams is enorm groot. Daar moet je op kunnen reageren. Omdat ik vorig seizoen lange tijd buiten strijd was door blessureleed is elke wedstrijd voor mij nu een plezier. Ik miste het zo erg om op het veld te staan, om vrijuit te kunnen spelen. Alleen daarvoor al is mijn motivatie optimaal.

‘In december word ik 33. Ik denk een beetje meer na over het einde van mijn carrière. Daarom probeer ik van elke wedstrijd en overwinning voluit te genieten. Vorig seizoen kende ik een snertjaar. Mentaal was het erg moeilijk. Ik wilde spelen, kwam af en toe terug in de basiself, maar ik was nooit helemaal fit. Ik forceerde mezelf. Ik had niet de voldoening die ik vandaag heb; het genot om volledig bevrijd te voetballen. En ook: de resultaten volgden niet. Dat werd dus een jaar om snel te vergeten. Het enige positieve punt is dat ik de kracht had om vol te houden.

Laurent Depoitre: 'Ik ben niet ongerust, ook al zou je, wanneer je alleen naar het klassement kijkt, angstig kunnen worden.'
Laurent Depoitre: ‘Ik ben niet ongerust, ook al zou je, wanneer je alleen naar het klassement kijkt, angstig kunnen worden.’© INGE KINNET

‘Bij Huddersfield, waar we in mijn laatste jaar degradeerden uit de Premier League, was het vooral collectief bijzonder moeilijk. Als je in een team speelt dat heel weinig punten pakt, blijft het moeilijk om individueel goed te zijn. We vielen niet veel aan, dat was frustrerend als aanvaller. Vorig seizoen in Gent bleek het nog ingewikkelder omdat ik een blessure had waar veel onzekerheid rond hing. Als je een spierscheur van drie centimeter hebt, dan weet je dat je drie of vier weken buiten strijd bent. Nu had ik pijn in mijn hiel, maar konden we nooit prognoses maken over het herstel. Ik kon het einde niet zien. Toen het wat beter ging, probeerde ik door te zetten, maar de pijn kwam altijd terug. Desondanks speelde ik verschillende keren waardoor ik nooit echt mezelf kon laten zien.’

Twijfel

‘Ik heb geen hulp gezocht bij de clubpsycholoog. Dat vond ik niet nodig. Het kan nuttig zijn wanneer het je aan zelfvertrouwen ontbreekt, als je op zoek bent naar een déclic om je te herlanceren. Maar als je een lichamelijk probleem hebt, zal een psycholoog je niet genezen. Ik dwong mezelf om positief te blijven ( denkt na). Weet je, ik ben van nature een optimistisch persoon maar ik kan ook mijn twijfelmomenten hebben. Ik had er zo een paar in Portugal. Daar kon ik me er niet over zetten en verloor ik echt mijn zelfvertrouwen. Het seizoen er voor ging alles goed voor mij, maar in Porto liep ik even verloren. Misschien was ik toen mentaal een beetje zwak. Ik ontdekte een druk die ik nog nooit had ervaren; een grote club met hoge doelstellingen. De gehele werking, de supporters… ze oefenden constant druk uit op ons. Voor een nieuwkomer bleek dat moeilijk te verdragen. Het begon niet goed, ik verloor mijn zelfvertrouwen en in de wedstrijden waarin ik werd ingebracht, zat het mentaal niet goed.

‘Ik zit nu terug op een aanvaardbaar niveau. Even goed als voor mijn blessures. Ik voetbal weer met vertrouwen, zonder druk, bevrijd en ik geniet opnieuw. Natuurlijk is hier ook gezonde spanning en stress voelbaar. Toen we aan de competitie begonnen, hoopten we dat het geen herhaling werd van het moeilijke parcours van vorig seizoen, maar er zijn verschillende wedstrijden geweest die niet in ons voordeel uitpakten, ook al waren we zeker niet slechter dan de tegenstander. We verdienden gewoon meer punten, maar het is vaak een kwestie van details. We misten onze competitiestart, maar ik ben niet ongerust, ook al zou je, wanneer je alleen naar het klassement kijkt, angstig kunnen worden. We hebben vaak circa 65 procent balbezit en creëren drie keer zoveel kansen als de tegenstander. Er zijn gewoon dagen dat de bal er in vliegt, zoals bij de 6-1 tegen Club Brugge, en soms lukt het niet.

Laurent Depoitre is terug na een lastig seizoen: 'Elke wedstrijd is nu een plezier'
© Belga Image

‘De spitsen voelen zich dan rechtstreeks geviseerd, maar de kansen kunnen ook voor de middenvelders zijn. En als we het over efficiëntie hebben, dan moeten we ook het defensieve meenemen. Iedereen moet zich geviseerd voelen en in vraag stellen. De zege tegen Club had ons seizoen kunnen lanceren. Maar tegen Charleroi gaven we daar geen vervolg aan, door twee vermijdbare goals in het openingskwartier. We keerden terug omdat we beter waren; een derde goal was mogelijk, maar we deden het niet. En toen scoorden zij. Hadden we ons vanaf het begin verdedigend beter getoond, dan zouden we probleemloos hebben gewonnen. We hadden, door een tweede opeenvolgende overwinning tegen een topploeg, in een positieve flow kunnen komen, maar in plaats daarvan sloeg bij sommigen de twijfel toe. We hebben gewoon een goede reeks nodig.’

Corrigeren

‘We hebben een vrij speels team, zoals tegen Beerschot duidelijk werd. Toen we met 2-0 voorstonden, bleven we zoeken naar die derde treffer. Maar uiteindelijk werd het 2-2. Voor de coach was het niet gemakkelijk om dat te corrigeren en zich te laten horen vanaf de zijlijn. Het zijn de spelers die de verantwoordelijkheid moeten nemen en beter moeten communiceren. Dat is voor ons nog een probleem. Soms gaan de spitsen naar voren en blijven de verdedigers hangen. Dat is niet normaal. Maar ik ben geen natuurlijke leider en daarnaast is het ook moeilijk om te sturen wanneer je vooraan speelt. Dat lijkt me meer een rol voor de centrale verdedigers en middenvelders. We hebben veel ervaring, waardoor het gebrek aan communicatie een beetje vreemd is. Het is één van de details die we dienen te verbeteren, want daarmee zouden we nog meer het verschil kunnen maken.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content