Genk-voorzitter Peter Croonen: ‘Wij zijn voor puntenhalvering. Dat is goed voor de spanning’
Drie trainers had KRC Genk dit seizoen maar op het einde was het wél bijna kampioen. Voorzitter Peter Croonen blikt terug op een bewogen jaar.
1. Hoe anders is dit seizoen verlopen dan u verwacht had?
‘We zijn gestart met heel veel geloof in de sterkte van de kern, zowel in de diepte als in de breedte. Dit was één van de sterkste kernen ooit. In het kampioenenjaar was die groep wel al meer op mekaar ingespeeld. Nu hebben we langer gezocht naar vastheid dan ik gedacht had. Dat verklaart onze wispelturige resultaten. Zelfs toen we herfstkampioen werden, hadden we niet het gevoel dat alles goed zat; we hadden niet de controle over de wedstrijd, al wonnen we toen vaak. Pas in Charleroi viel de puzzel op zijn plaats.’
2. Wat heeft u het meest verbaasd dit seizoen?
‘Het verschil tussen met of zonder vertrouwen in de hoofden van de spelers en de impact die dat heeft op hoe het spel uitgevoerd werd. Iedereen bij onze topploegen heeft een hoog niveau, het mentale bepaalt veel van de uitkomst.’
3. Wat was het kantelmoment waarop alles goed kwam maar ook had kunnen verkeerd lopen, en is er een moment geweest dat de positie van Van den Brom aan een zijden draadje hing?
‘Er waren twee kantelmomenten. Toen we herfstkampioen werden, misten we nog vastheid in de ploeg op het veld en kon het twee kanten uit. Vonden we die vastheid, dan waren we vertrokken maar als dat niet zou lukken kon het nog fout lopen. Het tweede moment was op Charleroi waar we ineens goed voetbal brachten én wonnen. Dat was het resultaat van intensieve gesprekken tussen Dimitri de Condé, John van den Brom en de spelers. Een belangrijk moment in de stap die we volop aan het zetten zijn. Opdat iedereen beseft dat Genk niet alleen een opleidingsclub is maar ook een club die voor de prijzen gaat. Op een bepaald moment was er te veel verschil tussen de aanwezige kwaliteit en hoe zich dat vertaalde in de resultaten op het veld. Daar zijn we met goeie gesprekken samen uitgekomen.
‘John heeft de grote kwaliteit dat hij een echte kleedkamertrainer is, die niet alleen een goed oog heeft voor voetballers, een visie die met die van De Condé overeenstemt, hij kan ook vooral het vertrouwen van spelers in zichzelf maximaliseren. Belangrijk was ook dat we een goeie kleedkamer hadden die ook in de moeilijke maanden aan mekaar bleef hangen.’
4. Vorig jaar was de strategie om Joakim Maehle en Jhon Lucumí te behouden. Wat is jullie doel deze zomer?
‘Sportief verder bouwen. Als er voor Jhon Lucumí en Paul Onuachu een goed bod, dat ook goed is voor de club, zullen we dat bespreken. Er komt geen leegloop, net zoals die er vorig jaar ook niet is geweest, in tegenstelling tot wat men vond. De wijzigingen in onze kern verliepen veel gefaseerder dan de buitenwereld schreef. Onze politiek is vroeger inkopen en zo laat mogelijk verkopen, waardoor die talenten hier langer blijven dan voorheen. Financieel kunnen we ons dat nu ook permitteren. We werken met jonge talenten met een groot potentieel die tijdens hun Genkperiode ook sportief rendement moeten opleveren. We geloven meer in potentieel dan in onmiddellijk rendement.’
5. Had u zich schuldig gevoeld als u, aan de Champions play-offs begonnen met tien punten achterstand op Club, zondag toch kampioen was geworden?
‘Helemaal niet. Club is over een heel seizoen gezien de terechte kampioen, maar de spelregels zijn wat ze zijn. Het is niet omdat je pas in de sprint wint, dat dat geen verdiende overwinning is. We weten dat Club tegen de puntendeling is, terwijl wij met Genk voor play-offs en puntendeling zijn. Ik snap dat dat voor sommigen een pijnpunt is, maar je hebt ook play-off-formules waar alle ploegen met nul punten herstarten.
‘Ik stel vast dat play-off 1 én play-off 2 dit jaar goeie competities waren, met een goeie media coverage. Precies door die halvering zijn veel ploegen lang blijven geloven in hun kansen. Die halvering is een wapen om het spannend te houden. De ambitie van Club om het Bayern van België te worden is mooi, maar negen keer op rij dezelfde kampioen zou het Belgische voetbal niet ten goede komen.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier