Rúben Fernandes

© belgaimage

STVV

Mijn stad

‘In de winter liggen de straten van Portimão er doods bij, ’s zomers loop je er over de hoofden. Dan is het weer in de Algarve geweldig en trekken veel buitenlanders en Portugezen uit het noorden richting mijn stad of een andere plaats aan de zuidkust. De toevloed aan mensen is dikwijls zo groot dat ik mijn eigen stad ontvlucht. Ik rijd dan drie kwartier naar Aljezur, een plaats aan de westkust, waar het een pak rustiger is. Het water is daar een tikje minder warm; dat verklaart waarom je er niet zo’n volkstoeloop ziet. Op zich is het wel heel goed als veel mensen hun vakantie in de Algarve spenderen, want onze regio is veeleer arm en erg afhankelijk van het toerisme.’

Onze crisis

‘Volgens mij is er in Portugal veel veranderd sinds de invoering van de euro. Ik heb het gevoel dat de prijzen van het voedsel en de huizen sindsdien verdubbeld zijn. De huidige economische crisis in mijn land treft een pak vrienden en collega’s. Veel Portugese voetbalclubs hebben niet meer genoeg middelen om hun spelers te betalen. In de lagere afdelingen moeten voetballers tot vier maanden wachten op hun loon. Al die mannen dromen ervan om naar een land als België te komen. Hier verdien je als voetballer gauw dubbel zoveel als in Portugal. Ook naast het voetbal is het leven in Portugal niet makkelijk voor veel mensen. Mijn ouders hebben gelukkig wel nog werk. Mijn vader verkoopt wijnen en oliën aan restaurants. Mijn moeder maakt bedden op in een overheidsziekenhuis. Rijk wordt ze daar niet van, maar ze krijgt haar loon tenminste zoals het hoort.’

Mijn voetbalheld

Cristiano Ronaldo is natuurlijk de allerbeste. Hij wint alles: het kampioenschap in Spanje, het EK, de Champions League. Maar mij spreekt ook João Moutinho erg aan. Net als ik is hij van 1986 en komt hij uit Portimão. We speelden nog samen bij Portimonense, de club van onze stad. Nu voetbalt Joãovoor AS Monaco. Hij is een god voor mij: geweldig met de bal aan de voet en geen nachtbraker naast het veld. Net als ik hecht hij veel belang aan zijn familie.’

Mijn kinderen

Lourenço is nu twee, maar voor hem is het hier in België niet makkelijk. Als hij iets probeert duidelijk te maken, doet hij dat met Portugese woordjes en is er geen Belg die hem begrijpt. Eva, mijn dochter uit mijn eerste huwelijk, is zes. Zij woont in Portugal. Tijdens het seizoen moet ik haar maandenlang missen, dan zie ik haar enkel via Skype. In het tussenseizoen kan ik haar een maand bij mij hebben, maar om dat af te dwingen moet ik soms naar de rechtbank. Het contact met mijn ex loopt heel moeilijk. En als ik Eva dan in Portugal bij mij heb, moet ze overdag nog naar school en is er enkel na schooltijd de gelegenheid om samen te spelen op het strand.’

Raar aan België

‘In Sint-Truiden heb je geen zee in de buurt. Ik vraag me echt af waar de vis vandaan komt die ik hier koop en hoelang die onderweg geweest is vooraleer die op mijn bord belandt. In Portugal komt de vis recht uit de zee. Dat smaak je ook. Daarnaast is het aanbod in Portugal heel rijk, terwijl je het in België vooral moet doen met zalm en kabeljauw. Iets wat ik hier bijvoorbeeld niet vind, is: verse sardienen. In Portimão zijn die er in overvloed. Het water komt me al in de mond als ik eraan denk: sardinhas assadas, gegrild, met aardappelen en groenten. Héérlijk.’ (lacht)

Mijn ontspanning

‘Mijn favoriete ontspanning is: spearfishing. Dan stap ik in Portimão met een duikpak en harpoengeweer vanaf het strand de zee in. Ik vang octopussen, eendenmosselen en escargots. Zo vissen is ideaal om mijn hoofd helemaal leeg te maken. Ik denk dan aan niks anders, ook omdat het heel vermoeiend is. Je mag geen zuurstofflessen gebruiken; je moet telkens weer naar de oppervlakte om te ademen. Zonder die regel zou de zee binnen de kortste keren leeggeroofd worden. Ook moet je een vergunning hebben en mag je maar een bepaald aantal kilogram per keer vangen. Als de politie je pakt met een grotere hoeveelheid, moet je een boete betalen. De octopussen die ik vang, maken we thuis klaar. Gegrilde inktvis: nog zoiets heerlijks.’ (lacht)

Kristof De Ryck

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content