Zondagnacht vindt in de VS de jaarlijkse NBA All Star Game plaats, een wedstrijd tussen teams van de twaalf beste spelers uit de Western en de Eastern Conference. LeBron James kreeg van de fans de meeste stemmen (1.416.419) en vormt met Dwyane Wade, Carmelo Anthony, Kyrie Irving en Paul George de basisvijf voor het oosten. In het westen kozen de NBA-liefhebbers Kobe Bryant, Stephen Curry, Kevin Durant, Blake Griffin en Kevin Love als basisvijf. Voor Bryant de zestiende selectie op rij, een record. Opmerkelijk, want de ster van de LA Lakers speelde dit seizoen amper zes matchen wegens blessureleed en mist ook zondag de All Star Game, voor de tweede keer in zijn loopbaan (na 2010).

Meer dan Bryants record is deze 63e All Star Game echter om andere redenen speciaal. Eén: de host city New Orleans, die in augustus 2005 verwoest werd door orkaan Katrina en drie jaar later, om de stad te doen heropleven, al een eerste keer de jaarlijkse hoogmis van de NBA mocht organiseren. Nu dus opnieuw, nadat in de stad aan de Mississippi in 2012 ook al het Final Four Weekend van de NCAA (de collegecompetitie) plaatsvond en in 2013 de nog veel grotere Super Bowl (finale NFL).

Tweede bijzonderheid: voor het eerst sinds 1984 zal David Stern niet present tekenen. Op 1 februari gaf de 71-jarige NBA-commissioner immers de fakkel door aan zijn rechterhand Adam Silver. Die staat voor de moeilijke taak om verder te bouwen op de erfenis van de alom geprezen Stern. Hij transformeerde de NBA van een bescheiden competitie, waarvan zelfs de midweekfinalematchen in de VS niet live op tv kwamen, in een wereldwijd succesverhaal: de All Star Game wordt uitgezonden in 215 landen, de NBA genereert jaarlijks 4 miljard euro aan inkomsten, waarvan 688 miljoen aan tv-gelden, en het gemiddelde spelersloon steeg van een paar honderdduizend euro naar 3,70 miljoen per jaar. De spelers moesten na een lock-out in het seizoen 2010/11 wel inbinden en akkoord gaan met een fiftyfiftyverdeling van de inkomsten tussen hen en de NBA – voorheen was dat nog 57 procent. Dat bespaarde de clubeigenaars, getroffen door de economische crisis, ruim 200 miljoen euro aan salarissen. Een zet van Stern, wiens grootste bekommernis het gezond houden van de NBA was.

Stern dacht altijd tien stappen vooruit, ook qua marketing. In dat licht moet ook een andere primeur van de 63e All Star Game gezien worden. De NBA-sterren zullen voor het eerst shirts met korte mouwen dragen, nadat de spelers van de Golden State Warriors al in februari 2013 debuteerden in de short sleeved uniforms en tien teams in de voorbije kerstperiode, ondersteund door een grote publiciteitscampagne van fabrikant Adidas, er ook in opdraafden. De NBA gaf toe dat het zo meer inkomsten wil halen uit de shirtverkoop, met als verklaring dat de mouwloze outfits in het dagelijks leven ‘sociaal minder flexibel’ zijn.

Volgens de NBA gaan de shirts mét mouwen vlot over de toonbank, maar dat blijkt niet uit de fanpolls: twee derde vindt ze zelfs ‘afschuwelijk’. En ook 19 van 21 (anoniem ondervraagde) spelers bleken contra, zeker als de shirts ook in álle matchen ingevoerd zouden worden. “Dan stem ik nog liever voor een terugkeer van George Bush als president”, verklaarde een vedette. Dat de spelers vooraf niet geraadpleegd werden, zit hen ook hoog. De NBA ontkent dat, maar insiders gaven al aan dat de shirts allicht geen lang leven beschoren zullen zijn als het protest aanhoudt, zéker als de verkoop tegenvalt.

DOOR JONAS CRETEUR

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content