Quizvraagje. Wat hebben Nico Vaesen, Koen Daerden, Wouter Vrancken en Daan Vaesen gemeen ? Gezien de plaats van de vraagstelling laat het antwoord zich natuurlijk een beetje raden. Alle vier doorliepen ze inderdaad de jeugdopleiding van KSK Tongeren. “Geen toeval”, zo verzekert jeugdcoördinator Patrick Vroonen. “Tongeren gaat prat op een heel degelijke opleiding.” Hij zegt het langs de zijlijn van vier voetbalveldjes waar de debutantjes (zes jaar) en de duiveltjes (zeven en acht jaar) laaiend enthousiast de bal proberen te bemachtigen. Voorlopig gebeurt dat nog met wisselend succes, maar daar tilt Vroonen niet zwaar aan. “Op die leeftijd geven we hen geen richtlijnen mee. We moedigen onze spelertjes aan om zoveel mogelijk te proberen. Vijf, zes man dribbelen en de bal kwijtraken, dat is allemaal geen probleem.”

Wel een probleem is dat de meest getalenteerde elementen uit de jeugdopleiding een makkelijke prooi zijn voor meer gereputeerde clubs uit de regio. Met buren als Genk, Maastricht en Standard Luik treft Tongeren het niet. “Standard heeft ooit eens 25 spelertjes van ons getest, een record waar we toen de krant mee hebben gehaald”, herinnert Vroonen zich. “Genk, die zitten hier elke week met vier scouts. Zelfs spelertjes van 2002 houden ze nu al in de gaten.”

Gelukkig heeft Tongeren aan jeugdspelertjes geen gebrek. Vorig seizoen fusioneerde de club met vierdeklasser Hedera Millen en breidde zo zijn achterban aanzienlijk uit. Bovendien werkt de club samen met Jecora Tongeren en kunnen ook daar spelertjes worden gerekruteerd. Zelf is de club trouwens ook niet vies van het wegplukken van spelers. Binnen een straal van 35 kilometer is geen enkele club veilig voor het alziende oog van de Tongerse scouts.

“Het klinkt misschien pocherig, maar het niveau van onze jeugdopleiding is niet in verhouding met dat van de eerste ploeg”, stelt Vroonen. “Aangezien die maar in de derde klasse speelt, moeten ook wij het doen met tegenstanders van het kaliber van bijvoorbeeld Walhain of Francs Borains. Alle respect voor die ploegen, maar dat is ons niveau niet. In vriendschappelijke wedstrijden met jeugdploegen uit de eerste klasse trekken we vaak aan het langste eind.”

“We werken met de gekende ‘Wiel Coervermethode’. Hij analyseerde alle bewegingen van alle topspelers en stelde zo pakketten samen van schijn- en passeerbewegingen. Zo leren wij onze spelertjes de Zidanebeweging, de Ronaldinhobeweging … Op latere leeftijd vragen we hen dan om zich op één passeertechniek toe te leggen. Dat volstaat, Frank de Boer en Luis Figo zetten hun tegenstanders steeds met dezelfde beweging in de wind. Toegegeven, de nieuwe Cristiano Ronaldo zal dus niet uit Tongeren komen. Zijn arsenaal is wellicht eindeloos.”

JAN-PIETER DE VLIEGER

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content