Rustig stelde Jan Ceulemans afgelopen zaterdag na het 1-0-verlies van Westerlo in Roeselare vast dat zijn team geen enkele aanspraak kon maken op de overwinning. Hij feliciteerde zijn collega Dennis van Wijk, vond dat acht van zijn spelers onder hun niveau hadden gespeeld en dat Westerlo te veel achter de bal had gelopen. Zijn team, zei Ceulemans in weerwil van hier en daar opborrelende euforische verhalen, is niet klaar voor de top. Zo realistisch, vond hij, moet iedereen wel zijn.

Belgische trainers die na een wedstrijd helder analyseren en zich niet gedragen als supporters, het wil wel eens anders zijn. Eén dag eerder reageerde Michel Preud’homme na het 3-1-verlies van AA Gent op Cercle Brugge ongepast kribbig op een onschuldige vraag van de verslaggever van Belgacom-tv, die gewoon wilde weten hoe Preud’homme de wedstrijd ontleedde. Vervolgens had hij zijn bedenkingen bij de arbitrage, die niet bepaald imponerend was geweest maar op geen enkele manier wedstrijdbepalend. Waarmee Preud’homme, die het een bitter gevoel moet geven dat hij AA Gent voorlopig niet beter maakt, voorbijging aan het ronduit belabberde spel van zijn ploeg in de tweede helft.

De Luikenaar staat met dat soort reacties niet alleen. Zeker als de vragen wat stekeliger worden, kan een aantal Belgische trainers daar niet mee omgaan. Ze weten zich geen houding aan te meten, vallen vaak uit hun rol, doen uit de hoogte en verbergen hun gevoelens achter een masker van arrogantie. Niemand die hen ook heeft geleerd hoe ze met de media moeten omgaan.

Dennis van Wijk bedankte Jan Ceulemans zaterdag op de persconferentie voor de complimenten die hij had gekregen en zei terloops dat er in dat soort omstandigheden ook andere trainers zijn. De Amsterdammer heeft gelijk. Het is verbazend hoe de stress voorbijgaat aan een monument als Ceulemans, die zich nooit laat opjagen. Ceulemans is en blijft honderd procent puur. Zo was hij ook als voetballer. De recordinternational had liefst dat ze hem gerust lieten en dat hij zijn eigen gang mocht gaan. Daarom ook legde hij ooit een vorstelijke aanbieding van AC Milan naast zich neer. De Italiaanse club wilde 85 miljoen Belgische frank (een goeie twee miljoen euro) betalen voor Ceulemans maar om de onderhandelingen af te breken vroeg die een naar zijn idee buitensporig salaris: dertien miljoen frank (een goeie 300.000 euro) per jaar. Om vervolgens geschrokken te horen dat AC Milan dat wilde betalen. Ceulemans vroeg of hij nog even mocht nadenken en tekende de dag daarop een nieuwe overeenkomst bij Club.

Jan Ceulemans toeft ook als trainer het liefst in de luwte. Bij voorkeur in de Kempen. Westerlo is voor hem op maat gesneden. Hij draagt het mislukte trainersavontuur bij Club Brugge nog altijd met zich mee. Ofschoon hij daar in ideale omstandigheden begon, met de steun van iedereen en in de technische staf omringd door vrienden, vindt Ceulemans dat hij in Brugge een rekening betaalde waarmee hij niets te maken heeft.

Maar eigenlijk is Ceulemans geen man voor de top. Wellicht brandt het vuur daarvoor te weinig in hem. Invallerswedstrijden gaan bekijken, van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat obsessioneel met het vak bezig zijn, dagelijks interviews geven, het botst met zijn temperament. Hij ziet het voetbal goed maar op het hoogste niveau mist hij vanuit zijn communicatieve beperkingen de overtuigingskracht om zijn boodschap over te brengen.

In Westerlo kan dat wel. Daar staat hij, ver weg van de spotlights, langs de kant van het veld, laat zijn assistenten het werk doen en voedt zich zo veel mogelijk aan de bron van de eenvoud. Hij wil dat zijn ploeg voetbalt zoals hij dat deed: zonder franjes. Herkenbaar en opbouwend via de combinatie. En dat legt hij aan de pers heel simpel uit. Zonder nukken, zonder ingewikkelde formuleringen. In goede en in slechte tijden. Na een wervelende voorstelling tegen AA Gent of, zoals zaterdag, na het onverwachte verlies in Roeselare: de toon is altijd dezelfde. Zo blijft Jan Ceulemans een verademing in een wereld van driftig pratende en opgezwollen ego’s. S

door JACQUES SYS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content