Na vier jaar voetbalt Carl Hoefkens (30) terug in België. Afgelopen weekend kwam zijn gezin aan, maandag startte de verdediger met de trainingen. Conditioneel verwacht Hoefkens, die geen voorkeur heeft qua positie – “ik voel me goed centraal en als rechtsback” – weinig problemen, maar voetbalgevoel heeft hij nog niet. “Mijn laatste wedstrijd speelde ik op 3 mei. Daarna voetbalde ik enkel nog eens met vrienden op het strand. Na de break met de nationale ploeg wil ik er wel staan.”
Vorige week werd je transfer al aangekondigd. Waarom duurde het nog zo lang?
Carl Hoefkens: “Twee weken geleden contacteerde Club me op dinsdag. Twee dagen later vloog ik naar Brugge. Ik had een heel goed gevoel na dat gesprek. Zij ook, denk ik. Maar zoiets beslis je niet in vijf minuten. Er moesten nog wat details uitgeklaard worden. Dat ze een alternatief achter de hand hielden ( Daan Van Gijseghem, nvdr) vind ik niet meer dan normaal.”
Club deed je een bod, jij deed een tegenvoorstel, waar zij ook even over moesten nadenken.
“Wij woonden graag in Engeland, we waren daar helemaal ingeburgerd. Mijn zoontje Milan spreekt alleen maar Engels. We hadden daar gerust nog wat willen blijven. Er waren contacten, met Portsmouth en Burnley, maar ik zag er een beetje tegen op om met Burnley, dat pas gepromoveerd was, hetzelfde mee te maken als met West Bromwich ( Hoefkens verloor zijn basisplaats en WBA degradeerde, nvdr).”
Het was niet de eerste keer dat je met Club praatte.
“Ook toen ik bij Stoke City zat, informeerden ze, maar toen voelde ik me nog niet klaar om naar België terug te keren. Ik wilde toen mijn droom nog niet opgeven om ooit in de Premier League te voetballen. Dat is me intussen gelukt. Ik laat me ook niet graag beïnvloeden door anderen, ik wil een beslissing helemaal zelf nemen. Dat heb ik nu gedaan.”
Je praatte de afgelopen weken ook met Lierse en Germinal Beerschot.
“Bij Lierse ken ik Neel De Ceulaer goed, maar ik voelde me nog te jong om in tweede klasse te voetballen. Alleen maar iemand een vriendendienst bezorgen volstaat niet als motivering. Aan Germinal Beerschot kon ik geen stomme dingen vragen, daarvoor heb ik te veel respect voor die mensen. Club stelde me wel een meer dan degelijk contract voor.”
Haalt Club Brugge geen voldane speler naar België?
“Nee. Ik heb, vind ik, de moeilijkste weg gekozen. Men gaat in België mijn prestaties met een vergrootglas volgen. Het is ook de eerste keer dat ik voor een topclub speel; ik heb nooit in een ploeg gestaan die elke week moet winnen.”
Wat trekt je het meest aan in Club?
“De honger die ik er voel, bij het bestuur, de trainer, de fans. Na een paar moeilijke jaren wil men weer vooruit. Dat spreekt me aan. Adrie Koster vind ik een Hollander met een Engelse mentaliteit. Hij gaat ervoor om zijn wil op te leggen, om de tegenstander bij de keel te pakken. Daar houd ik wel van.” S
GEERT FOUTRé
‘Ik heb nooit in een ploeg gestaan die elke week moet winnen.’