‘Je voelt : daar staat iemand.’ Getuigenissen over Michel Preud’homme.

En als Standard nu eens niet de start van het seizoen had gemist ? Zonder de desastreuze twee op twaalf onder Johan Boskamp, streden de Rouches allicht nu samen met RC Genk en Anderlecht om de titel.

Wat is het geheim van Michel Preud’homme ? Hijzelf kende het hoe dan ook nog niet tijdens zijn eerste passage als coach van Standard. Tussen januari 2001 en mei 2002 deed hij de ploeg draaien aan een percentage van 55,3 procent. Redelijk lamentabel dus, al toont men zich in het Luikse nogal vergeetachtig als die score ter sprake komt. Dat Standard als herfstkampioen de heenronde van het seizoen 2001/02 afsloot, is beter in de herinneringen blijven hangen. Dat het team na de winterstop als een pudding in elkaar zakte, heeft minder houvast in het collectieve geheugen. Nu haalt Michel Preud’homme een indrukwekkend hoog percentage.

Getuigenissen over Michel Preud’homme. Luciano D’Onofrio is de baas van de club. Mustapha Oussalah en Ali Lukunku zijn de enige twee voetballers van de huidige spelerskern van Standard die Preud’homme ook tijdens zijn eerste passage als trainer meemaakten. Igor De Camargo ontdekt Preud’homme nu pas. Etienne Delangre heeft recht van spreken als gewezen ploegmaat en kamergenoot en als schoonbroer van de betrokkene. Georges Leekens is een van de weinige trainers die het Standard van Preud’homme dit seizoen kon kloppen. En de Luikse journalist Pierre Deprez (RTBF TV) kent de club en de coach als zijn broekzak.

Dicht bij de spelers

Luciano D’Onofrio : “Alle trainers die bij Standard passeren, hebben wel iets. Soms pakt de mayonaise, soms mislukt ze. Dat gebeurt doorgaans om redenen die niemand begrijpt. Het kan te maken hebben met pech, met geblesseerde spelers, met andere onverklaarbare dingen. Sinds Michel Preud’homme de groep overnam, lopen de zaken gesmeerd. Hij had het grote voordeel dat hij de groep goed kende en zijn aanpak ligt deze groep ook zeer goed : Michel staat dicht bij de spelers en hij geeft ze vertrouwen. Met sommige spelersgroepen zou dat niet werken. Maar op dit moment beschikt Standard over voetballers die voldoende zelfdiscipline hebben om te worden behandeld als volwassenen met gevoel voor verantwoordelijkheid. Ik hoop dat Preud’homme kan bevestigen dat hij perfect beantwoordt aan het profiel van langdurige trainer van Standard. Als een club een nieuwe trainer aantrekt, is dat altijd met de ambitie om zo lang mogelijk met die man onderweg te zijn. Wat er met Robert Waseige en Boskamp is gebeurd, is echt jammer. Vanzelfsprekend betreuren we het dat wij hen zo vlug moesten ontslaan. We geloofden in hen. Maar als het vierkant draait, moeten we ingrijpen.”

Cool, kalm, zen

Mustapha Oussalah : “Tussen de Preud’homme van zijn eerste periode als trainer en die van nu is er een verschil van dag en nacht. Destijds kwam hij van Portugal en kende hij de spelersgroep van Standard niet. Nu weet hij alles over iedereen, omdat hij de tijd kreeg om deze groep goed te analyseren toen hij nog technisch directeur was. De aanpassingsperiode kon hij gemakkelijk overslaan, hij kon meteen naar de essentie gaan. Hij legde ons meteen uit wat onze problemen waren in de verdediging, op het middenveld, in de aanval en we zijn onmiddellijk beginnen te werken aan wat er bij het begin van het seizoen verkeerd liep. Tijdens zijn eerste passage maakte Preud’homme zich geregeld kwaad. Dat overkomt hem nu nog amper. Hij blijft altijd cool, kalm, zen, hij zal zelden zijn stem verheffen. Ik veronderstel dat dat ook een stuk ervaring is. Die sereniteit plant hij over op de spelers. Hij verbaast me ook door de manier waarop hij de sterke en de zwakke punten van de tegenstander blootlegt. Wanneer we het veld opstappen, weten we alles over de voetballers die we tegenover ons krijgen. De collectieve en individuele scan van de tegenstanders is perfect. Op het trainingsveld straalt Preud’homme veel présence uit. Je voelt : daar staat iemand. En hij heeft een zeer direct contact met iedereen. Met die enkele woorden Frans die hij kende en zijn brokjes Engels kon Boskamp dat rechtstreekse contact niet leggen. Daar heeft hij zwaar voor moeten betalen. Naar Preud’homme daarentegen luistert iedereen en iedereen begrijpt wat hij zegt.”

Geen grote gevoelens

Ali Lukunku : “Er zaten valse noten in zijn eerste verblijf als trainer van Standard en ik denk dat Preud’homme daar lessen uit heeft getrokken. Hij had de ploeg eerst voor de Europabeker gekwalificeerd, nadat hij hem in januari had overgenomen. Nadien gingen we op ons elan verder, we werden herfstkampioen. Dan stortte alles in. Er waren spanningen en er liepen veel ontevreden spelers rond : jongens die wilden blijven maar van wie men het contract niet verlengde. Maar in een dergelijke ambiance verwerf je vlug veel ervaring. Nu leidt Preud’homme de groep op een perfecte manier. Dat is nochtans niet evident, want de concurrentie is moordend en elke week moet hij spelers op de bank zetten die echt wel het niveau van Standard halen. Tijdens de winterstop zocht ik de trainer op. Ik wilde weten waarom hij me alleen maar het veld op stuurde wanneer de ploeg in moeilijkheden verkeerde. Hij legde me kalm en constructief zijn visie uit en zijn boodschap kwam goed over. Geen grote gevoelens, hij wil winnen, punt uit, en jammer voor de jongens die niet op het veld staan. In vergelijking met vroeger is hij veel zelfverzekerder. Tijdens zijn eerste periode waren er veel dingen die hij zelf niet wist en dat voelde je tijdens de voorbereiding. Tegenwoordig weet hij perfect wat er moet gebeuren om te winnen. Het is een goede zaak dat hij niet elders is gaan trainen nadat hij het in de zomer van 2002 voor bekeken had gehouden. Door als technisch directeur bij de club te blijven, kon hij het voetbal vanuit een ander perspectief observeren. Hij maakt nu optimaal gebruik van die periode als technisch directeur. Preud’homme is ook kalmer geworden en hij heeft de inhoud van zijn trainingen aangepast. Met heel veel spelelementen, misschien omdat er zoveel balvaardigheid in de groep schuilt. Ik heb me dit seizoen nog geen seconde verveeld op training. Dat was in 2001 en 2002 niet het geval.”

Lessen in optimisme en ambitie

Igor De Camargo : “Toen hij de groep overnam, zei Preud’homme ons : ‘We hebben een groep om het heel ver te brengen .’ Na die slechte start waren er twijfels in ons hoofd geslopen, maar die kreeg hij er in een minimum van tijd weer uit. Hij maakte van deze spelerskern weer een groep winnaars, kerels die niet op hun tenen laten staan. Preud’homme gelooft nog in de titel en wij ook. Hij gaf deze groep lessen in optimisme en ambitie. Na de nederlaag tegen Zulte Waregem vonden velen dat we de titel nu wel mochten vergeten. Preud’homme niet. Hij zei : ‘Dit is een accident de parcours, dit kan iedereen overkomen en het verandert niets aan onze ambities. De eerste plaats blijft onze doelstelling. Bijna alle spelers spreekt de trainer in hun moedertaal aan. Dat is een enorme troef. Als we iets tegen hem zeggen, kunnen we ook onze moedertaal spreken. Die individuele dialoog met iedereen is een van de belangrijkste kenmerken van de methode van Preud’homme. Let wel, ik zeg niet dat onze remonte niet mogelijk was geweest met Boskamp. Vergeet niet dat Sérgio Conceição, Oguchi Onyewu en ikzelf pas bij de groep aansloten toen Boskamp al vertrokken was. De kentering ten gunste was ook een gevolg van de terugkeer van al die spelers.”

Trouw aan het systeem

Etienne Delangre : “Ik kan de huidige Preud’homme moeilijk beoordelen aangezien we geen enkel contact meer hebben. Maar als trainer geeft hij me een zeer goede indruk. Verwonderlijk is dat niet. Een doelman heeft hoe dan ook een goed zicht op het spel. Een doelman van een zeer hoog, internationaal niveau, die bovendien intelligent is, heeft alles in handen om een goede trainer te worden. Ik was een van zijn leraren aan de Heizelschool, waar hij samen met onder meer Alex Czerniatynski, Enzo Scifo en Georges Grün de versnelde trainerscursus volgde. Ik zie nu een trainer die veel punten pakt zonder zijn systeem aan te passen. Hugo Broos bijvoorbeeld past zich voortdurend aan de tegenstander aan. Standard echter speelt op dezelfde manier tegen Anderlecht als tegen Lierse. De ploeg die iedere week zijn systeem verandert, dreigt gedestabiliseerd te worden. Sinds de terugkeer van De Camargo laat Preud’homme Standard onveranderlijk voetballen in een systeem met twee spitsen, twee centrale middenvelders die recupereren en infiltreren en twee echte flankspelers. Hij blijft zeer coherent in zijn systeem. Ik vind Preud’homme in vergelijking met vroeger ook minder gespannen in interviews. Al wordt hij nog altijd zichtbaar verteerd door stress. De stress staat op zijn gezicht. Misschien komt het ook door de stress dat hij zo mager blijft. Of zou dat genetisch bepaald zijn ?”

Kennis van club en stad

Georges Leekens : “Het is geen toeval dat Preud’homme nu beter functioneert dan tijdens zijn eerste periode. Wie debuteert als trainer, maakt onvermijdelijk grote fouten. Ik ben ook niet meer de trainer die ik was op 35-jarige leeftijd. In het begin wil je al je ideeën op de groep overbrengen en denk je dat er in je groep louter honderd procent gemotiveerde spelers van goede wil rondlopen. Als technisch directeur heeft Preud’homme veel geleerd over het vak van trainer. Zo beseft hij nu dat hij niet constant honderd procent van zijn spelers kan eisen. Een speler die tachtig procent van zijn optimaal rendement bereikt, dat is al geen kwaad resultaat. Ook als trainer word je met de dag slimmer. Je leert dat je de dingen niet mag proberen te forceren. De passie is alvast aanwezig bij Preud’homme. Ik herken in hem nog de speler die ik heb meegemaakt als trainer van KV Mechelen : gedreven, geestdriftig, gedisciplineerd. Dat zijn niet toevallig ook de eigenschappen van het huidige Standard. Ik heb de indruk weer het Standard van vroeger te zien. De ploeg uit de tijd van Léon Jeck, Jean Thissen, Louis Pilot, Wilfried Van Moer. Jongens die niet bang waren om hun shirt nat te maken. Kijk naar Steven Defour : die teert niet alleen op zijn techniek, maar stroopt ook de mouwen op.”

Zeker van zichzelf

Pierre Deprez : “Michel Preud’homme heeft nog altijd dat onstuimige karakter dat zo typisch is voor de Luikenaren. Zeer gevoelig voor kritiek ook, en dan druk ik me nog zacht uit. Luikenaren voelen zich vlug geviseerd. Al maakte Preud’homme op dat vlak wel vorderingen en dat is dankzij het parcours dat hij heeft afgelegd. Bestuurslid bij Standard, hoge verantwoordelijkheden binnen de voetbalbond, een trainersdiploma behaald : dat doet iets met een mens. De Preud’homme van vandaag is veel zelfverzekerder geworden, hij heeft al zijn twijfel achter zich gelaten en stelt zich veel minder vragen. Hij voelt zich sterker dan vroeger en daarom is hij ook minder kwetsbaar geworden. Dat merk je aan zijn verbeterde relatie met de scheidsrechters en met de pers. Hij is minder achterdochtig, hij bewaart gemakkelijker zijn kalmte. Gepassioneerd is hij nog altijd, maar hij verliest zijn zelfbeheersing minder vlug. Op de nederlaag tegen Zulte Waregem, na een twijfelachtige arbitrage, had hij vroeger heel anders gereageerd. Hij zegt nog altijd wat hij denkt, maar hij zegt het met veel meer humor. In een interview vroeg ik hem waarom hij Karel Geraerts op de bank had gezet. Op zo’n vraag zou hij vroeger korzelig hebben gereageerd, terwijl hij nu de tijd nam om mij en de tv-kijkers uit te leggen waarom hij die beslissing had genomen. Natuurlijk heeft hij met Dominique D’Onofrio ook gezien hoe ver de media en het publiek het kunnen drijven als ze zich tegen iemand keren. Daar heeft Preud’homme zeker lessen uit getrokken.” S

door Pierre Danvoye

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content