“Het enige wat ik met zekerheid weet, is dat er in Zimbabwe talent rondloopt”, zegt Honour Gombami , Zimbabwaanse rechterflankspeler van Cercle Brugge. “Het grootste probleem is geld voor infrastructuur en materiaal. Voetbal is bij ons de eerste sport, maar trekt weinig sponsors aan. Het cricket staat financieel sterker, misschien is het populairder bij de mensen met kapitaal.

“Zimbabwe is een echt voetballand, maar zo staat het niet bekend in Europa. Het talent wordt er niet ontdekt, het blijft daar of vertrekt te laat. Europese scouts kijken vooral in Nigeria, Senegal en Ghana rond. Exposure is zeer welkom.

“Wat er moet gebeuren, is: academies oprichten voor de jeugd. Op straat spelen is een goede basis, maar het Europese niveau vereist vorming op jonge leeftijd. Een van mijn broers is twaalf jaar en heel getalenteerd, maar kan nergens voor een opleiding terecht. Was hij hier geboren, dan was hij al de helft van zijn leven bij een club aangesloten, trainde hij enkele keren per week en speelde hij elk weekend een wedstrijd.”

“Er is nood aan jeugdopleidingscentra zoals er in de voormalige Franse kolonies veel zijn opgericht in samenwerking met Franse clubs”, zegt ook Vusa Nyoni , Zimbabwaanse linkerflankspeler van Cercle Brugge. “Het is in het voordeel van alle partijen. Gaven kunnen er ontwikkeld worden, grote spelers gevormd worden. Maar als nu iemand naar jong talent wil gaan kijken in Zimbabwe, waar kan hij dan naartoe? Nergens. Honour en ik zijn per toeval in Europa geraakt toen we al in de twintig waren. We kwamen bij Cercle Brugge terecht via Richard Glass , een advocaat uit Londen met contacten hier en bij Blackburn Rovers.

“Er zijn in ons land zeker mensen met verstand van voetbal, maar de middelen ontbreken om iets op te bouwen. Het cricket is beter georganiseerd. Blijkbaar geloven sponsors bij ons niet in het voetbal.”

“Het probleem van ons voetbal is de slechte organisatie op bondsniveau en het gebrek aan export van spelers naar Europa”, zegt Cephas Chimedza , Zimbabwaanse spelmaker van STVV. “Voor scouts zijn we een verafgelegen gebied: naar Harare is het bijna twee keer zo lang vliegen als naar bijvoorbeeld Dakar ( hoofdstad van Senegal, nvdr ). Via Luc Verheyen en Gino Laureyssen ben ik zelf ook per toeval in België geraakt.

“Ik weet ook niet of er in Zimbabwe veel clubleiders openstaan voor een Europees samenwerkingsverband. Velen van hen zijn niet zo betrokken bij hetvoetbal. Het is een kwestie van cultuur. Ik vraag mij af of ze het nut van opleidingscentra wel inzien.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content