Waarom de Europese titel van de Belgian Cats geen one-shot wordt

Emma Meesseman schreeuwt het uit: de Belgian Cats zijn de nieuwe Europese kampioen basketbal. © Belga
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Het zag er lange tijd naar uit dat de Belgian Cats naast de Europese titel zouden grijpen. Toen keerden ze het tij. Een analyse van een historische prestatie.

Little Belgium did it’, zei de doorgaans nuchtere maar nu geëmotioneerde Emma Meesseman in haar eerste interview na de EK-finale tegen Spanje. Voor een klein land ís een Europese titel ook niet vanzelfsprekend – zelfs al was België naast Frankrijk het enige Europese land dat zich kon kwalificeren voor de laatste vier EK’s, de jongste twee WK’s én de Olympische Spelen van Tokio, wat al een prestatie op zich is.

Maar tussen twee keer brons behalen, zoals op het EK van 2017 en 2021, en goud veroveren gaapt nog een grote kloof. De Belgian Cats konden die kloof deze keer wel overbruggen, en deden zo wat geen enkele vrouwenploeg uit ons land ooit had gerealiseerd: een Europese titel behalen in een olympische teamsport. Voorheen hadden alleen de Red Panthers de finale gespeeld van een EK, in 2017, maar de Belgische hockeyvrouwen grepen toen naast het goud.

De Cats kroonden zich bovendien tot Europees kampioen in een nog grotere sport, basketbal. Een sport die van oudsher wordt gedomineerd door grootmachten als Spanje, Frankrijk en Rusland, of door kleinere, Oost-Europese landen met een decennialange basketbaltraditie zoals Servië en Litouwen. Op weg naar de titel moesten Emma Meeseman en co. niet toevallig Servië, Frankrijk en Spanje kloppen in de kwartfinale, halve finale en finale.

Die drie landen waren op de voorgaande zeven EK’s goed voor zes titels. Het moet gezegd dat Servië en Spanje in een overgangsfase zitten met een nieuwe generatie, en dat bij Frankrijk twee belangrijke speelsters ontbraken. Maar het momentum grijpen is ook een kwaliteit.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Begin van het project

De kwalificatiereeks en het EK-goud zijn het resultaat van een weldoordacht project dat al in 2008 werd uitgedokterd door Philip Mestdagh, toen de coach van de Blue Cats in Ieper. Hij had bij de jeugd ene Emma Meesseman onder zijn hoede, maar ook Julie Vanloo en zijn basketballende dochters Kim en Hanne.

Mestdagh klampte Koen Umans aan, secretaris-generaal bij de Vlaamse basketbalfederatie, en maakte hem duidelijk dat er een gouden generatie aan zat te komen. Dat bleek al in 2009 toen Emma Meesseman en co. zilver behaalden op het EK U16, toen al een primeur voor het Belgische vrouwenbasketbal.

Vanaf 2010 kreeg het project een naam (Young Cats), en financiële steun via het Be Gold-project van de Nationale Loterij en het BOIC. Met resultaat, want op het WK U17 behaalden ze een vierde plaats, en in 2011 een eerste Europese titel, bij de U18.

De Young Cats in 2010 met v.l.n.r. Anne-Sophie Strubbe, Emma Meesseman, Hanne Mestdagh, Julie Vanloo en Kim Mestdagh. Meesseman en Vanloo pakten met de Belgian Cats goud op het jongste EK. © Ronny Neirinck

Met Ann Wauters als boegbeeld groeiden de Young Cats daarna door tot de Belgian Cats. Groeide bovendien ook de overtuiging dat er op seniorenniveau medailles op internationale kampioenschappen te rapen vielen. Die plannen werden concreter vormgegeven op een trainingskamp in Slovenië in de zomer van 2015. Daar ontstond de groepsgeest die vandaag nog altijd te zien is.

Nieuwe coach een voltreffer

Het lot wil dat de Belgian Cats uitgerekend acht jaar later in Slovenië voor het eerst Europees kampioen zijn geworden. En dat na twee coacheswissels (na Mestdagh kwam Valéry Demory, daarna Rachid Méziane), een halve generatiewissel (Ann Wauters en de zusjes Mestdagh namen afscheid na de voorbije Olympische Spelen) en een bijzonder grote ontgoocheling in Tokio. Toen verloren de Belgische vrouwen in de kwartfinale nipt van Japan, een match die ze nooit hadden mogen verliezen.

Toch bleef de overtuiging dat er veel meer in zat. Zelfs al bleek de communicatief zwakke Fransman Valéry Demory niet de juiste keuze als nieuwe bondscoach en raakten de Cats op het WK van vorig jaar niet verder dan de kwartfinale. Daar werden ze kansloos uitgeschakeld door Australië.

Demory’s assistent, Rachid Méziane, schoof daarna een rijtje op. Dat bleek wel een voltreffer. Als een vaderfiguur smeedde de Fransman weer een hecht team. Met iedereen open en eerlijk communicerend, veel delegerend onder zijn assistent-coaches Pascal Angillis en Jill Lorent, en altijd op zoek gaand naar verbetering: Méziane bleek de perfecte match met de Cats. Niet alleen naast het terrein maar ook erop, met een snellere balcirculatie, vertrekkend vanuit een agressievere verdediging.

En met de uitgesproken hoop dat de Cats goud konden behalen op het EK. Daarmee omarmde Méziane ook de ambitie van het management van de Cats, dat al in maart T-shirts voor de staff had laten maken, met als opschrift ‘Going for gold’. Om de tegenstand niet te provoceren werden die T-shirts pas na de finale bovengehaald, maar de gedachte erachter was duidelijk. Ook na de gewonnen halve finale tegen Frankrijk, toen na de eerste emoties de focus bij staf én spelers meteen richting de finale werd verlegd.

Meesseman als inspirator

Omstandigheden waarin sterspeelster Emma Meesseman floreerde. Zij omarmde meer dan ooit haar leidersrol, en tilde de Cats op haar ongedwongen manier, zonder grote woorden, naar een hoger niveau. Door zelf het voorbeeld te geven op het veld, want nooit speelde de Ieperse zo’n sterk toernooi. Ze werd dan ook terecht verkozen tot Most Valuable Player van het EK.

Bij buitenlandse analisten gingen er zelfs vergelijkingen op met Nikola Jokic, de Serviër die onlangs met de Denver Nuggets de NBA-titel veroverde. Omdat hij doet wat Meesseman ook zo meesterlijk kan: altijd in dienst van het team spelen, niet met het oog op de persoonlijke statistieken. Toch was de West-Vlaamse op het EK goed voor gemiddeld 21,7 punten, 8,7 rebounds en 5,2 assists. En niet te vergeten: 4,2 steals per match, als defensieve anker. Een cijfer dat haar mentaliteit het best weerspiegelt.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Dat bleek ook in de finale tegen Spanje, toen Meesseman de Cats met een driepunter, vijf vrijworpen, een cruciale assist en een steal in de laatste vier minuten op en over de Spaanse vrouwen loodste. Nadat de Belgische vrouwen nota bene een hele match hadden moeten achtervolgen, omdat ze de balverliezen hadden opgestapeld en omdat de basisvijf geen enkele offensieve impuls van de bankspeelsters kreeg (0 punten).

Toch maakten de Cats in de tweede helft een achterstand van 10 punten goed. Deze keer niet met briljant passingspel en een rist driepunters, zoals in de kwalificatiematchen, de kwartfinale en in de eerste helft van de halve finale tegen Frankrijk. Wel door puur vechtbasketbal, gebaseerd op een ijzeren defense. Nochtans zaten er in de benzinetank van Meesseman en ook van spelverdeelster Julie Allemand nog maar een paar druppels, want voor de tweede dag op rij speelden zij meer dan 38 (van de in totaal 40) minuten.

Gelukkig voor de Belgian Cats werden ze geholpen door Kyara Linskens, die op het juiste moment de match van haar leven speelde, met 18 punten (waaronder een perfecte 9 op 9 op de vrijworplijn), 15 rebounds en 3 blockshots. Zij werd dan ook terecht verkozen tot speelster van de wedstrijd.

Maar de speelster van het toernooi was Emma Meesseman. Zij stuwde de Cats naar een Europese titel, waar ze naar eigen zeggen niet van durfde te dromen. Omdat ze al heel haar carrière in stappen denkt, in het moment blijft spelen, en zo ook zelden zenuwachtig wordt. Zelfs niet als er een gouden EK-medaille op het spel staat.

Zelfs toen die droom uitkwam, legde Meesseman de focus niet op zichzelf maar op het team, de omkadering en de fans. ‘WIJ hebben het gedaan, WIJ hebben het verdiend.’ Na de prijsuitreiking ging ze niet toevallig met de beker naar de fans en riep ze: ‘This is for you!

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Opvolging

Een uniek moment in de Belgische sportgeschiedenis, en wellicht niet het laatste hoogtepunt voor de Belgian Cats. De sterkhoudsters – Meesseman (30), Van Loo (30), Delaere (28), Allemand (26) en Linskens (26) – kunnen nog enkele jaren mee. Belangrijk is dat de jongere generatie een volgende stap kan zetten, zodat de basisvijf meer steun krijgt, vooral op offensief vlak. Dat was het enige (weliswaar niet fatale) minpunt op het voorbije EK.

Die versterking wordt noodzakelijk als de Cats een medaille willen behalen op de Olympische Spelen van 2024 in Parijs, als ze zich begin 2024 kunnen plaatsen op het kwalificatietoernooi. Met de 18-jarige Nastja Claessens zit er alvast een groot talent in de pijplijn. Zij miste het voorbije EK wegens een blessure, net als Hind Ben Abdelkader. Met die twee erbij wordt het offensieve palet van de Cats al een stukje kleurrijker.

Hoe dan ook betekent deze titel ook op langere termijn een boost voor het Belgische vrouwenbasketbal. Een inspiratie voor het nog jongere talent, en een hefboom voor nog meer financiering om de hele structuur, van de Belgian tot de Young Cats, te ondersteunen.

Het grote pluspunt is dat de mensen die het beleid uitstippelen (general manager Koen Umans, sportief manager Sven Van Camp), coach Rachid Méziane (wiens contract voor het EK al werd verlengd), zijn staf en de speelsters al meteen aangaven dat ze meer willen.

Onder het motto ‘altijd evolutie, nooit revolutie’ is de omkadering en begeleiding van de nationale vrouwenploeg zo sinds het EK van 2017 op liefst tachtig grote en kleine punten verbeterd. Allemaal onder de noemer ‘Cats 365’, waarbij de speelsters het hele jaar door op de algemene, sportieve en medische staf kunnen rekenen. Voeg daar nog de drie andere pijlers van de Cats bij – sereniteit, stabiliteit en communicatie – en je hebt zeer stevige fundamenten om op voort te bouwen.

Het is de enige manier om op langere termijn het succes te verzekeren, en ervoor te zorgen dat deze Europese titel geen one-shot wordt. Met een inspirerende leidsvrouw als Emma Meesseman is de kans klein dat het daarbij zal blijven. Dat is het mooiste aan deze Europese titel: dat het potentieel van de Belgian Cats nog niet helemaal benut is.

Afspraak volgende zomer, in Parijs. Waar ze hun tweede doel, dat al in 2020 (!) door het management werd vooropgesteld, willen realiseren: de onklopbaar gewaande Verenigde Staten verslaan.

Nog moeilijker dan het eerste volbrachte doel, het EK winnen, maar dromen is niet verboden.

En soms komen die ook uit. Daar weet Emma Meesseman alles van.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content