VfL Bochum verteerde de degradatie naar de tweede Bundesliga goed. Want na amper een seizoen mag de ploeg van Joris Van Hout (29) en aanvoerder Tomasz Zdebel (ex-Lierse) zich opmaken voor een terugkeer. De oud-aanvaller van KV Mechelen en Anderlecht fungeerde veelal als supersub, maar lijkt toch van plan zijn nog twee jaar lopende overeenkomst uit te dienen.

De promotie is via de titel een feit. Verdiend ?

Joris Van Hout : “Ik denk het wel. De cijfers spreken boekdelen. Samen met Alemannia Aachen domineerden we het kampioenschap. Tussen ons en de rest was er een bijzonder groot verschil. Ons voordeel bestond eruit dat we de meeste topwedstrijden wonnen, ondanks het feit dat we ook een aantal steekjes lieten vallen. (grijnst) Maar we hebben ze op tijd opgeraapt.”

Wat was de grote kracht van jullie team ?

“De breedte van onze kern. We beschikten over 20 tot 25 evenwaardige spelers, waarbij er ook weinig verschil was met de selectie van vorig seizoen. We konden dus verder werken op de bestaande automatismen, ook al kregen we met de Zwitser Marcel Koller een nieuwe coach. Ons doel was gewoon bij de eerste drie te eindigen. Voor het seizoen waren we wel al gebombardeerd tot de torenhoge titelfavoriet, wat het er niet gemakkelijker op maakte.”

Jullie moesten meermaals een verdedigend muurtje slopen ?

“Inderdaad. Vooral in de thuiswedstrijden kwamen de ploegen met tien voor de goal liggen. Wij werden gedwongen zelf het initiatief te nemen. Niet eenvoudig, je moet daardoor geduldig spelen zolang het openingsdoelpunt uitblijft. Als ik me niet vergis, wonnen we drie tot vier duels in de slotminuten. Dat komt omdat we niet forceerden, maar door de ervaring gebruikmaakten van wat concentratieverlies bij de tegenstander. Die overwinningen betekenden serieuze mentale opstekers.”

De aanpak van Koller, met veel aandacht voor pass- en trapvormen, leidde in het begin tot wat irritatie ?

“( ontwijkend) We hadden gewoon een sterke groep, konden de blessures en schorsing goed opvangen. De trainer zorgde ervoor dat we meer als een blok voetballen en dat er toch meer rust in ons spel zit. Zijn methode werkt, want we behaalden goede resultaten.”

Voorzitter Werner Altegoer wil niet langer dat jullie als liftploeg worden gecatalogeerd. Is de ambitie er om een stabiele middenmoter te worden ?

“Natuurlijk. Maar in de Bundesliga heb je toch telkens een tiental ploegen die moeten vechten om de degradatie te ontlopen. Een goede competitiestart is aangewezen, anders moet je knokken tot het bittere einde. Het blijft moeilijk om op voorhand daarover voorspellingen te maken.”

Er wordt afscheid genomen van de routiniers Colding, Van Duijnhoven en Wosz. Een zware aderlating ?

“Dat is afwachten. Ik vermoed dat er nog een paar spelers bijkomen, naast Christoph Dabrowski en Oliver Schröder. De clubleiding weet ondertussen wat de vereisten zijn van de Bundesliga. In dat opzicht heb ik vertrouwen. We hebben vooral nood aan jongens met ervaring op het hoogste niveau. Aan jeugdig talent is er geen gebrek. Daarover moeten we ons geen zorgen maken.”

Ben je persoonlijk tevreden over jouw inbreng afgelopen seizoen ?

“De heenronde verliep vrij goed, ook al sukkelde ik een tijdje met een knieblessure. Maar na de winterstop, met de komst van de Braziliaan Fabio Junior die veel kansen kreeg, speelde ik naar mijn gevoel veel te weinig. Niet plezant. De tweede seizoenshelft viel daardoor toch ietwat tegen. In die rol van joker raakte ik toch aan zes doelpunten en vijf assists. In de Bundesliga gaat het er anders aan toe.”

Iedereen vertrekt straks weer vanop nul ?

“Absoluut. Ik speelde al drie jaar goed en redelijk veel bij Borussia Mönchengladbach. Ik ben opnieuw volledig fit en kijk echt uit naar die terugkeer. De beleving en de ambiance in de Bundesliga zijn super. Maar als ik volgend seizoen nog minder aan spelen toekom dan de laatste maanden, moeten we op tijd en stond een evaluatie maken. Ik kies echter niet graag voor de gemakkelijkheidsoplossing, ik wil terugvechten. Maar het kan snel veranderen. In de voorbereiding zal ik mijn waarde wel bewijzen.”

FRéDéRIC VANHEULE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content