Met Ariël Jacobs sloop Excelsior Moeskroen stilletjes uit de degradatiezone. Het leverde de Diegemnaar na het wrange verblijf bij Lokeren positieve publiciteit op. In die mate dat gefluisterd wordt dat Anderlecht, dat het contract van assistent-trainer Glen De Boeck nog niet verlengde, aan hem denkt.

Vrijdag schrok Jacobs van de omvang van de inval van de gerechtelijke politie bij Moeskroen. Vriendschappelijk voetbal stond afgelopen weekend niet op het programma. “Die vriendenmatch hebben we al gespeeld op Westerlo”, sneerde Jacobs na de nederlaag bij de Kempense ploeg.

Dat hebt u toch gezegd, hé ?

Ariël Jacobs : “Inderdaad, omdat ik vond dat we na acht op vijftien hadden moeten vechten voor wat we waard waren. Ik ging op Westerlo uit van een punt, maar blijkbaar waren mijn spelers die zaterdag nog aan het nagenieten van de thuizege tegen Germinal Beerschot. Zo zet je nooit een stap vooruit.”

Jullie hebben een uitcomplex ?

“Zoals de meeste Belgische eersteklassers : Beveren, Bergen, Germinal Beerschot, Lierse, noem maar op.”

Toch bent u, algemeen gesproken, tevreden ?

“Acht op achttien is voor een staartploeg niet slecht, maar frustreert me omdat deze groep tot veel meer in staat is. Dit zijn Franse spelers die een aardig stukje kunnen voetballen, maar als het om drie punten gaat, haalt de stress de bovenhand.”

Hoe schat u deze ploeg in in vergelijking met de andere teams waar u coach was ?

“Wat met trof, was de gemoedelijke sfeer : weinig negatief ingestelde mensen, ondanks de benarde situatie. Geen defaitisme, wel het gevoel : het komt allemaal wel goed. Inhoudelijk is dit een sterk team, maar met alleen techniek koop je niets. Techniek moet functioneel zijn en is dat bij ons niet altijd. Ik stel vast dat in veel wedstrijden in ons spel de zin voor realisme ontbreekt. Het stoort me hoe naïef we thuis tegen Beveren de eerste helft de deur openzetten en hoe we op Anderlecht twee goals cadeau gaven. Positief is de lof van veel tegenstanders, die vaststellen dat we op het middenveld de tegenstander niet laten voetballen.”

Vrijdag viel de financiële inspectie binnen. Hoe is de extrasportieve sfeer bij Moeskroen ?

“Ik was verbaasd over de omvang van die actie, de impact kan ik niet inschatten. Vorige week maakte ik kennis met mijnheer Dufermont. Ik had niet de indruk dat die maar wat zei. Zijn boodschap was duidelijk : besparen.”

Hoe ziet uw toekomst bij Moeskroen eruit ?

“Eind december werd me door meneer Francis D’Haese een samenwerking voor drie of vier jaar in het verschiet gesteld. Dat zouden we in februari bespreken. Eind januari zei Jean-Pierre Detremmerie me na de nederlaag tegen Gent dat alles herzien moest worden, dat we enkel op korte termijn konden praten. Ineens was er geen sprake meer van drie jaar maar van zes maanden. Mijn streefdoel nu is het behoud. We hebben 35 punten nodig, dus moeten we er nog zeven halen. In de pers wordt nu wat druk uitgeoefend, maar ik zie niet in waarom ik nu plots wel zou bijtekenen als niemand weet wat er hier straks gebeurt.”

Herman van Holsbeeck mag u dus bellen ?

“Dat mag hij doen, ja. Maar om uw volgende vraag voor te zijn : ik heb nog niemand van Anderlecht gehoord. Misschien is mijn naam er gevallen, maar er is nog niemand die mij zelfs maar informeel heeft gepolst. Al wat in de pers verscheen, zijn gissingen.”

Wat zou uw reactie zijn als ze bellen ?

“Een verzoek van Anderlecht zou me flatteren.”

Ook als het om een plaats als assistent-trainer gaat, terwijl u nu hoofdtrainer bent ?

“Ook dan. Ik heb bij het toenmalige RWDM in moeilijke omstandigheden goed samengewerkt met Herman, die daar toen manager was. De club was bij wijze van spreken failliet, maar ik heb goeie herinneringen aan die samenwerking.”

GEERT FOUTRé