Mosselen spannen samen om niet opgegeten te worden

De mosselen doen daarvoor een zogenaamde Lévy-wandeling.

Mosselen zijn niet alleen een lekkernij voor mensen. Ook vogels, zeesterren en krabben houden ervan. Dat maakt het leven voor een mossel niet gemakkelijk. Ze leveren dus inspanningen voor meer veiligheid. Een mogelijkheid is dat ze samen klompjes vormen, waardoor ze minder gemakkelijk kunnen worden opgegeten.
Marien bioloog Peter Herman en zijn collega’s van het Nederlands Instituut voor Ecologie beschrijven in het topvakblad Science hoe mosselen te werk gaan om een klompje te vinden waaraan ze zich kunnen hechten. Ze doen daarvoor een zogenaamde Lévy-wandeling, die er in de praktijk op neerkomt dat ze eerst een aantal kleine stapjes zetten, en dan opeens een heel grote. De beste manier om plekjes af te zoeken, maar niet te veel tijd te verliezen op een bepaalde plaats. Als alle mosselen die strategie hanteren, verhoogt de kans dat ze elkaar vinden om een clubje te maken.

Het inzicht volgde uit vele waarnemingen van individuele jonge mosselen, die vervolgens in een computermodel gegoten werden. De Lévy-wandeling blijkt veruit de beste strategie om klompjes te vormen. Het model is trouwens ook al in het zoekgedrag van andere diersoorten, zoals pinguïns, apen en haaien, aangetroffen. (DD)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content