Jong Talent: Floris Liekens (29) onderzoekt hoe mensen zonder verblijfsvergunning (on)veiligheid ervaren

Elisa Hulstaert
Elisa Hulstaert Redacteur

‘Vaak worden mensen zonder papieren gezien als een groep waar we bang voor moeten zijn’, zegt criminoloog Floris Liekens. ‘Vrijwel nooit wordt de vraag gesteld hoe het zit met hun gevoelens van veiligheid en onveiligheid.’

Om dat in kaart te brengen, werkt Liekens – die verbonden is aan de Crime & Society-onderzoeksgroep van de VUB – samen met de gemeenschapsorganisatie La Voix des Sans Papiers Bruxelles. ‘Zij zijn er vanaf het begin bij betrokken en hebben, als ervaringsdeskundigen, mee de onderzoeksvraag bepaald.’

De publieke ruimte speelt in uw onderzoek een belangrijke rol.

Floris Liekens: Klopt. Iemand zonder verblijfsvergunning begaat namelijk alleen al door aanwezig te zijn op het Belgisch territorium een overtreding. Daardoor is de publieke ruimte voor zulke mensen een gevaarlijke plek. Ieder contact met een politieagent kan leiden tot detentie en deportatie. Daardoor leven ze onder constante stress en angst.

Heeft uw onderzoek u al nieuwe inzichten gebracht?

Liekens: Dat niet alle plaatsen in de stad door mensen zonder papieren als even gevaarlijk worden gepercipieerd. Gevaarlijke plaatsen worden vooral bepaald door de kans om in aanraking te komen met de politie. Veilige plaatsen worden vooral zo ervaren omdat mensen zonder papieren erin geslaagd zijn om daar een sociaal netwerk uit te bouwen, bijvoorbeeld omdat ze er vrijwilligerswerk doen.

Wat hoopt u met uw onderzoek te veranderen?

Liekens: Uit het onderzoek zouden idealiter een paar beleidsaanbevelingen komen die gericht zijn op het verminderen van de onveiligheidsgevoelens van mensen zonder papieren. Dat kan bijvoorbeeld via arbeidsmarktintegratie en daaraan gekoppeld eventueel regularisatie – wat de grootste bron van hun angsten wegneemt, namelijk een mogelijke deportatie. Mensen die hier al lang zijn, spreken de taal, zijn op een manier ingebed in de maatschappij en zijn snel inzetbaar. Helaas wordt het debat rond migratie tegenwoordig niet gevoerd in economische, maar in identitaire termen, en valt zo’n aanbeveling op een koude steen.

Daarom wil ik me richten tot middenveld organisaties en collectieven. Zij kunnen bijdragen aan het uitbouwen van het sociaal netwerk, waarvan we weten dat het voor mensen zonder papieren een voorwaarde is om zich veiliger te voelen in de stad.

Partner Content