‘Echte schoonheid zit niet vanbinnen’

De historische Egyptische koningin Nefertiti © /
Dirk Draulans
Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

Is schoonheid iets universeels? Voor een deel wel, blijkt uit studies. Maar onder druk van maatschappelijke veranderingen en de media treden er verschuivingen op in de patronen voor de selectie van mogelijke partners. Een analyse van schoonheid door de eeuwen heen: van koningin Nefertiti en de Mona Lisa tot de dikke matrones in Congo en de meisjes van Playboy.

Vorige herfst publiceerde het wetenschappelijk topvakblad Nature een reeksartikelen over een ‘frivool’ aspect van het maatschappelijke leven: schoonheid. De analyse begon met een verwijzing naar de 3300 jaar oude beschilderde buste van de Egyptische koningin Nefertiti: ‘Met haar volle rode lippen, hoge jukbeenderen en amandelvormige ogen kon ze zo uit een modern modemagazine komen.’ Het feit dat wij Nefertiti nog altijd mooi vinden, beschouwen de onderzoekers als een aanwijzing dat ‘sommige schoonheid’ tijdloos is.

Maar wetenschappers zouden geen wetenschappers zijn als ze die tijdloze schoonheid niet concreet zouden willen omschrijven. Dat is geen hedendaagse ontwikkeling. In de 4e eeuw voor Christus had de Griekse filosoof-wetenschapper Plato al vastgesteld dat lichaamsmaten bepaalde ‘ideale verhoudingen’ hadden. Zo moest de breedte van een ideaal gezicht twee derde van zijn lengte zijn. Een andere homo universalis, Leonardo da Vinci, schonk ons in het begin van de 16e eeuw met de Mona Lisa nog een tijdloze schone, hoewel ze vandaag minder uitzonderlijk knap wordt gevonden dan Nefertiti. Net als Plato bestudeerde de wetenschapper-kunstenaar het ideale gelaat met meetinstrumenten: hij stelde vast dat de afstand van de haarlijn tot de wenkbrauw, van de wenkbrauw tot de neusgaten, en van de neusgaten tot de kin drie keer min of meer dezelfde moest zijn.

'Echte schoonheid zit niet vanbinnen'
© EPA

Een van de grondleggers van de statistiek, de Britse wiskundige en denker Francis Galton, slaagde er eind 19e eeuw in ‘gemiddelden’ te maken van een reeks gezichten door middel van een speciale fotografische techniek. Galton was op zoek naar zichtbare determinanten van een crimineel karakter – in die tijd leefde nog de hoop dat misdadigers op basis van hun uiterlijk uit de maatschappij konden worden gehaald. Tot zijn verrassing stelde hij vast dat gemiddelde gezichten meestal aantrekkelijker overkwamen dan de originele waarvan hij vertrokken was.

Galtons ontdekking is nog altijd een van de drie fundamentele kenmerken die bij de evaluatie van een gezicht ‘aantrekkelijk’ worden gevonden, naast een verregaande symmetrie en een zichtbaar onderscheid tussen typisch vrouwelijke en typisch mannelijke kenmerken. Dat laatste is belangrijk om vruchtbaarheidskenmerken te evalueren. Bij vrouwen zijn volle lippen en geprononceerde jukbeenderen signalen van vruchtbaarheid, bij mannen zijn dat kenmerken die door testosteron worden gestuurd, zoals een steviger kaak. Het belang van symmetrie zou te maken hebben met gezondheid: symmetrische mensen hebben minder kans op afwijkingen dan minder symmetrische. De aantrekkingskracht van het gemiddelde zou ook in de aangeboren huiver voor afwijkingen liggen. Recent toonden wetenschappers trouwens aan dat we gemiddelde gezichten niet alleen mooier, maar ook betrouwbaarder vinden.

Hogere lonen

Zelfs baby’s lijken al een voorkeur te hebben voor dezelfde gezichten die mensen op latere leeftijd aantrekkelijk vinden.

Charles Darwin, de man die ons halverwege de 19e eeuw een sluitend mechanisme voor de evolutie van het leven schonk, stelde al dat schoonheid deels een universeel karakter heeft. De eerder beschreven kenmerken worden inderdaad aantrekkelijk gevonden in verschillende rassen en culturen. Zelfs baby’s lijken al een voorkeur te hebben voor dezelfde gezichten die mensen op latere leeftijd aantrekkelijk vinden. Talloze studies hebben aangetoond dat schoonheid voordelen oplevert. Mooiere mensen krijgen gemiddeld betere punten tijdens hun studies, meer stemmen bij verkiezingen, een hoger loon voor hun werk en kleinere straffen als het toch eens misloopt.

Die voorkeuren worden onbewust gestuurd: onze hersenen reageren automatisch op schoonheid, zelfs als we er niet bewust mee bezig zijn. Je wilt minder mooie mensen niet discrimineren, maar het is sterker dan jezelf. Dat komt vooral doordat onze hersenen schoonheid als iets plezierigs ervaren: iets moois activeert in ons brein het beloningscentrum dat op dopamine draait en ons een goed gevoel geeft. Eind 2015 toonde een studie in Molecular Psychiatry dat ook ondubbelzinnig aan: wanneer we naar een mooi gezicht kijken, worden dezelfde hersenzones geactiveerd die geprikkeld worden door lekker eten of een weddenschap die we winnen. Ook het omgekeerde geldt: als we een onaantrekkelijk iemand zien, wordt een hersenzone geactiveerd die geassocieerd is met bestraffing, en dus een onhebbelijk gevoel veroorzaakt. Het illustreert dat schoonheid sterke biologische wortels heeft, en al miljoenen jaren intrinsiek verbonden is aan een succesvolle partnerkeuze. De software voor het schoonheidsideaal zit stevig in ons hoofd verankerd.

‘Dat echte schoonheid vanbinnen zit, is helemaal fout’, zegt de Oostenrijkse antropoloog Karl Grammer, wereldwijd misschien wel de meest vermaarde expert in de studie van schoonheid, in Nature. ‘Zichtbare schoonheid geeft betrouwbare informatie over jeugdigheid, vruchtbaarheid en gezondheid. Wij hebben zelfs vastgesteld dat aantrekkelijke vrouwen meer kinderen krijgen, én ze grootbrengen, dan minder aantrekkelijke. We hebben ook aangetoond dat schoonheidskenmerken in pakketjes komen: mensen met een aantrekkelijk gelaat hebben dikwijls ook een mooier figuur en ruiken beter dan andere – lichaamsgeur geeft betrouwbare signalen over de kwaliteit van het afweersysteem. Het hele lichaam is één groot sieraad, en niet zomaar een samenraapsel van losse kenmerken. Dat betekent dat plastische chirurgie zelden het beoogde effect heeft, omdat ze meestal slechts één aspect van het pakket aanpakt.’

Wat in de ene cultuur voluptueus en aantrekkelijk is, is in een andere ongezond.
Wat in de ene cultuur voluptueus en aantrekkelijk is, is in een andere ongezond.© /

De recente, veelbesproken studie in Economics Bulletin die suggereerde dat blonde vrouwen niet dommer zijn dan gemiddeld maar net slimmer, kan worden geïnterpreteerd in de context van dat schoonheidspakket. De koppeling van ‘dom’ aan ‘blond’ houdt mogelijk verband met het feit dat de haarkleur van veel mensen – zowel mannen als vrouwen – donkerder wordt wanneer ze volwassen worden, en oudere mensen zijn doorgaans slimmer dan jongere. Maar volgens de studie zou er in gezinnen met meer blond haar ook meer worden gelezen. Dat zou betekenen dat niet alleen uiterlijke kenmerken in pakketjes komen, maar dat er ook geestelijke kenmerken aan toegevoegd kunnen worden, zoals intelligentie.

Je voelt dat er recent ‘politiek correcte’ visies sluipen in het onderzoek naar aantrekkingskracht. Zo publiceerde het vakblad Sex Roles in 2013 een studie die op basis van een analyse van de oogbewegingen van mannen aantoonde dat mannen spontaan – en dikwijls onbewust – kijken naar de sexy aspecten van een vrouwenlichaam, zoals volle borsten en een smalle taille. Een vrouw die lichamelijk beantwoordt aan de klassieke schoonheidsidealen, kan rekenen op dezelfde maatschappelijke voorkeursbehandeling als vrouwen met een mooi gezicht. Een intrigerende bevinding was trouwens dat ook vrouwen elkaar automatisch lijken te beoordelen op basis van hun fysieke eigenschappen.

Onderzoekers kwamen tot de conclusie dat mannen vandaag toch eerder kijken naar wat een vrouw intellectueel in haar mars heeft dan naar hoe ze eruitziet.

Maar vorige maand liet een studie in The European Review of Social Psychology een ander geluid horen. Onderzoekers kwamen tot de conclusie dat mannen vandaag toch eerder kijken naar wat een vrouw intellectueel in haar mars heeft dan naar hoe ze eruitziet. Volgens de wetenschappers zouden de selectieparameters ‘zich met ongeziene snelheid aanpassen aan de groeiende gelijkheid tussen de geslachten’. In culturen en landen die nog altijd op mannelijke macht steunen (zoals Turkije) worden vrouwen veel meer op hun fysiek getaxeerd en mannen op hun materiële verdiensten dan in samenlevingen waarin het aandeel van vrouwen die meer verdienen dan hun man gestaag groeit – in de VS is dat al 38 procent. De klassieke trade-off tussen ouder mannelijk gezag en jeugdige vrouwelijke schoonheid erodeert, hoewel veel maatschappelijk succesvolle vrouwen nog altijd moeite hebben om een geschikte partner te vinden.

Mannen in de fitness

'Echte schoonheid zit niet vanbinnen'
© BELGA

Sommige wetenschappers benadrukken nu zelfs, onder meer in Nature, dat het streven naar de gelijkheid tussen de geslachten mannen onzeker maakt. Ze voelen zich gedwongen om naar de fitness te gaan, om ook schoonheidsproducten te kopen en te gebruiken, om op hun voeding te letten. Ze willen er beter uitzien, omdat hun loon en andere niet-fysieke verdiensten minder belangrijk worden in de partnerkeuze. Steeds meer mannen brengen steeds meer tijd voor de spiegel door. Nog niet zoveel mannen lopen te koop met het feit dat ze goede vaders zijn of een deel van het huishouden op zich nemen, terwijl sommige vrouwen dat best aantrekkelijk vinden.

Mannen worden ook meer geconfronteerd met dezelfde ontnuchterende analyses over hun uiterlijk die vrouwen al lang te verduren hebben. In 2013 verscheen een geruchtmakende studie in Proceedings of the National Academy of Sciences waarin mannen letterlijk op hun mannelijkheid getaxeerd werden. Uit de studie bleek dat hoe groter een man was, hoe groter het belang werd van de relatieve lengte van zijn penis. Vooral grote mannen met een kleine penis, kleiner dan 7,5 centimeter in rusttoestand, werden minder aantrekkelijk gevonden. Zolang de penis niet te klein was, bleken factoren als lengte en brede schouders wel van doorslaggevend belang te zijn in de evaluatie – een te kleine penis zou kunnen wijzen op voortplantingsproblemen. In de prehistorie werd de penis trouwens courant op het oog geëvalueerd, omdat hij toen meestal niet verborgen was.

Voorkeuren kunnen uiteraard – zij het meestal licht – veranderen onder invloed van hormonale factoren en andere aspecten die met de voortplanting te maken hebben. Meisjes die nog aan het experimenteren zijn met hun seksualiteit vallen makkelijker voor de fysiek aantrekkelijke mannen die het in de prehistorie als jagers en verdedigers van de groep goed zouden hebben gedaan – vandaag vertaalt zich dat in voetballers en spectaculaire dansers. Maar zodra ze aan een gezin willen beginnen, worden modernere maatschappelijke aspecten belangrijker, zoals de kans op een lucratieve loopbaan en een goed inkomen. De oude jager is minder aantrekkelijk in een dienstenmaatschappij waarin fysieke kracht geen rol van betekenis meer speelt. Andere eigenschappen worden doorslaggevend, en die zitten meestal in het hoofd.

In Congo zijn de dikke matrones op de markt de meest begeerde huwelijkspartners; de slanke meisjes die beantwoorden aan ons westerse schoonheidsideaal worden er vaak beschouwd als hoertjes die geslachtsziektes kunnen dragen.

Sommige schoonheidsaspecten hangen af van de omgevingsomstandigheden en variëren in ruimte en tijd. De voluptueuze rubensiaanse dames die in de middeleeuwen zo prominent op schilderijen voorkwamen, zouden vandaag eerder de labels ‘ongezond’ en ‘onaantrekkelijk’ krijgen. In Congo zijn de dikke matrones op de markt de meest begeerde huwelijkspartners; de slanke meisjes die beantwoorden aan ons westerse schoonheidsideaal worden er vaak beschouwd als hoertjes die geslachtsziektes kunnen dragen. Dik zijn rendeert in samenlevingen die armoede en hongersnood kennen, omdat het daar succes etaleert, maar in onze tijden van overvloed en zogenaamde beschavingsziekten wordt het gekoppeld aan ongezondheid – en zelfs onvruchtbaarheid. Zelfs de modellen op de cover van het blootblad Playboy evolueerden: tijdens de afgelopen vijftig jaar werden ze geleidelijk minder mollig.

Een aantal studies wijst op sterke interculturele overeenkomsten in wat mensen aantrekkelijk vinden. Zo blijken Oostenrijkers en Zuid-Afrikanen dezelfde Japanse vrouwen mooi te vinden. Overal worden jonge vrouwen met gemiddeld langere armen en benen aantrekkelijk gevonden. Toch kunnen we niet om de vaststelling heen dat het mondiale schoonheidsideaal sterke wortels heeft in het blanke Kaukasische ras. Tot eind 20e eeuw was het grootste deel van de plastische chirurgie bij mensen van Aziatische of Afrikaanse oorsprong te herleiden tot de vraag om de in het oog springende kenmerken van hun eigen ras zo veel mogelijk weg te werken – de onfortuinlijke zwarte zanger Michael Jackson was daar het opvallendste voorbeeld van. Plastische chirurgie zit trouwens over de hele wereld in de lift, mensen willen er overal ‘mooier’ uitzien dan ze denken te zijn. Nature wees er fijntjes op dat de kunstenaar die Nefertiti zo mooi voorstelde haar gezicht waarschijnlijk symmetrischer maakte dan het in werkelijkheid was, om haar aantrekkelijker en betrouwbaarder te presenteren.

Er zijn aanwijzingen dat veel mannen in hun vrouw onbewust trekken van hun moeder zoeken.

Ten slotte spelen ook persoonlijke voorkeuren over schoonheid mee, los van de universele, zoals het vakblad Current Biology eind vorig jaar overtuigend aantoonde. Bepaalde facetten van schoonheid, zoals de kleur van de ogen, de lengte van de haren, de grootte van de neus en nog veel andere, zijn minder gebonden aan de grote evolutionaire verhalen. Over het algemeen zou de helft van de voorkeuren genetisch vastliggen, terwijl de andere helft door persoonlijke ervaringen gestuurd wordt. Die ervaringen kunnen uit je leefomgeving komen, zoals de looks van je ouders – er zijn aanwijzingen dat veel mannen in hun vrouw onbewust trekken van hun moeder zoeken. Of ze stammen uit culturele factoren tijdens je jeugd, zoals de soaps je bekeek of de bladen die je las. Zelfs het gezicht van je eerste lief kan mee bepalen welke partner je later zult kiezen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content