Wie zijn de Libische rebellen eigenlijk?

© Asmaa Waguih/Reuters

Hun vijand is duidelijk: kolonel Muammar Khaddafi. Maar wie zijn zij zelf eigenlijk, die Libische rebellen?

De Arabische Lente vatte in Libië vuur op 15 februari. Van dan af groeperen rebellen zich tegen het dictatoriaal regime van Muammar Khaddafi, die dan al 42 jaar de plak zwaait in het Noord-Afrikaanse olieland. Het is duidelijk tegen wie die rebellen vechten, maar wie zij zelf zijn, is dat veel minder.

Op 5 maart riep de Nationale Overgangsraad, of ook Libische Nationale Raad, zich uit tot de vertegenwoordiger van Libië en het Libische volk. De leider daarvan is Mustafa Abdul Jalil. Jalil, een rechter uit al-Bayida in het oosten van Libië, nam in februari ontslag als minister van Justitie nadat de opstanden uitbraken. De jongste jaren liet hij zich kritisch uit over Khaddafi.

Nog twee belangrijke pionnen in de Nationale Overgangsraad zijn Mahmoud Jebril en Ali Azis al-Eisawi. Jebril staat aan het hoofd van de Nationale Raad voor Economische Ontwikkeling. Hij ijverde er voor om de staatsindustrieën te privatiseren. Al-Eisawa was de Libische ambassadeur in India en de eerste van Khaddafi’s diplomaten die opstapte.

Middenklasse
Hoewel de Nationale Raad 31 leden telt, zijn er slechts 13 van wie de identiteit gekend is. De 18 anderen bleven onbekend uit veiligheidsoverwegingen. Het zou gaan om dissidenten uit het westen van het land. De Raad zou vooral opgetrokken zijn uit middenklasse: rechters, advocaten, artsen, professoren en enkele rijke zakenmannen. Velen onder hen komen uit families die geleden hebben onder het regime van kolonel Khaddafi.

Concurrentie in de rangen
De militaire poot van de rebellenbeweging zou vooral geleid worden door ex-officieren uit het leger van Khaddafi. Omar Hariri, bijvoorbeeld, was betrokken bij de staatsgreep die Khaddafi in 1969 aan de macht bracht. Net zoals de onder verdachte omstandigheden vermoorde generaal en voormalig minister van Binnenlandse Zaken Abdul fatah Younis, die gezien werd als een vertrouweling van Khaddafi.

Hoewel de militaire bevelhebbers in feite onder de Nationale Raad ressorteren, gaan er geruchten dat ze vooral op eigen houtje opereren en er onderlinge concurrentie speelt.

Islamistisch? De Nationale Raad zegt democratische verkiezingen te willen en een scheiding van de machten en respect voor de mensenrechten. In een notendop waar de Arabische Lente om draait. De Raad heeft altijd gezegd dat ze Khaddafi en zijn getrouwen voor de rechter wil en dat ze alles zal doen om represailles te voorkomen.

Ook al maakten de rebellen geen religieuze aanspraken, net zomin als de Tunesiërs, Egyptenaren, Jemenieten en Syriërs dat deden, toch rijzen twijfels over de toekomst die zij voor Libië voor ogen hebben.

Volgens sommige bronnen vinden de Raad en de Libiërs zelf dat voor de wetgeving de islam als ‘een bron’ moet dienen. Maar, zo meent Hubert Van Humbeeck, senior writer bij Knack, ‘het is nog de vraag hoe fundamentalistisch die moslims al dan niet zijn.’

Dat de islam een ‘inspiratiebron’ moet zijn, is trouwens een standaardformulering in de grondwet van de meeste moslimlanden. Volgens waarnemers is de kans op een grondwet die op de sharia gebaseerd is dan ook zo goed als onbestaande in het post-Khaddafitijdperk.

Tribale spanningen

Tot Khaddafi valt, wordt de heterogene rebellenbeweging samengehouden door hun woede over de dictator. Als hij eenmaal neergehaald is, is het de vraag of de tribale spanningen, die Khaddafi negeerde of met geweld of geld smoorde, zullen leiden tot een machtsvacuüm zoals dat in onder andere Somalië en Soedan het geval is. (SD)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content