Bommen troffen woensdag de Syrische hoofdstad Damascus. Israël drijft al dagenlang zijn aanvallen in het land op. Gaat het daarbij werkelijk alleen om het welzijn van de druzengemeenschap in Syrië, zoals Israël beweert, of ook om het politieke overleven van premier Benjamin Netanyahu?
Woensdagmiddag hing er rook boven Damascus. Zware explosies troffen het ministerie van Defensie in het centrum van de stad en het presidentieel paleis toen Israël de Syrische hoofdstad bombardeerde.
Der Spiegel-medewerker Hani Alaghbar vertelt uren na de Israëlische bombardementen op het ministerie van Defensie dat hij er ternauwernood aan ontsnapte. Hij en zijn cameraman stonden op het punt te vertrekken, hadden net de schade van een eerste luchtaanval in de ochtend gefilmd, toen achter hen een zware explosie alle verdiepingen van een vleugel deed instorten: ‘Een paar tientallen meters verder, een paar minuten eerder, en we waren geraakt.’
Alle aanwezigen op het doorgaans drukke plein waren in shock. Het gevoel volledig overgeleverd te zijn aan de Israëlische aanvallen zorgde ervoor dat het personeel van het ministerie al na de eerste kleinere aanvallen dekking zocht. Anders waren er tientallen doden gevallen. Volgens het ministerie van Volksgezondheid raakten nu slechts negen mensen gewond.
Op maandag en dinsdag had Israël al Syrische troepen in het zuiden van het land aangevallen. Daarbij kwamen volgens berichten meer dan twintig mensen om.
De aanleiding: geweld in Suweida
Aan de Israëlische aanvallen gingen gevechten vooraf in het zuid-Syrische gouvernement Suweida. Een aanval op een druze had daar een spiraal van ontvoeringen en onlusten tussen druzen en bedoeïenen in gang gezet.
Daarom stuurde de Syrische regering maandag veiligheidstroepen naar de overwegend door druzen bewoonde regio. Het kwam tot gevechten met druzenmilities, waarbij meer dan honderd mensen omkwamen. In de stad wordt nog altijd gevochten. Bewoners melden mishandelingen door staatsveiligheidstroepen, artilleriebeschietingen en moorden. De regering beloofde opheldering.
Druzen tussen Damascus en Israël
De druzen vormen een religieuze gemeenschap die vooral in Syrië, Libanon en Israël voorkomt. In Syrië ligt hun centrum in Suweida. Sinds de val van het Assad-regime zijn er conflicten tussen druzen en soennitische groepen.
‘Netanyahu riskeert alles te verliezen als hij nogmaals het gaspedaal indrukt’
Binnen de druzengemeenschap heerst er verdeeldheid over hoe ze zich moeten verhouden tot de overwegend soennitische regering in Damascus. Een deel wil samenwerken met de machthebbers.
Een andere factie verzet zich daartegen, eist een autonome regio en zoekt toenadering tot Israël. In de afgelopen vijf maanden heeft deze factie drie veiligheidsakkoorden tussen de druzenleiders en Damascus getorpedeerd. Druzenmilities zijn daardoor nog altijd niet geïntegreerd in het leger en behouden de controle over de provincie.
‘De druzenmilities die zich tegen een akkoord met Damascus keren, hebben leden van het oude Assad-regime opgenomen, en hebben banden met de drugshandel én met Israël.’
Syrië-expert Charles Lister, directeur van het Syria Initiative aan het Middle East Institute (MEI): ‘De druzenmilities die zich tegen een akkoord met Damascus keren, hebben leden van het oude Assad-regime opgenomen, en hebben banden met de drugshandel én met Israël. Dat is een drie-eenheid die de Syrische regering niet kan tolereren.’
Israël presenteert zich al maanden als beschermheer van de Syrische druzen en gebruikt dat als voorwendsel om zijn buurland aan te vallen en er troepen te stationeren. Na de val van Bashar al-Assad riep Israël in december een gedemilitariseerde zone ten zuiden van Damascus uit, zogezegd ter bescherming van de druzen.
Israël zou in zeven maanden tijd 987 keer op doelen in Syrië hebben gevuurd, 421 keer het Syrische grondgebied zijn binnengedrongen en ongeveer 180 vierkante kilometer bezet houden, terwijl Syrië nog geen enkele keer terugschoot.
Sindsdien bombardeert het Israëlische leger herhaaldelijk doelen in Syrië. MEI-directeur Lister somde woensdag op het socialemediumplatform X op dat Israël in zeven maanden tijd 987 keer op doelen in Syrië vuurde, 421 keer het Syrische grondgebied binnendrong en ongeveer 180 vierkante kilometer bezet houdt, terwijl Syrië nog geen enkele keer terugschoot.
Israël dreigt met meer aanvallen
De Israëlische minister van Defensie Yisrael Katz verklaarde woensdagochtend dat ‘het Syrische regime de druzen in Suweida met rust moet laten en zijn troepen moet terugtrekken’. Israël zou de leden van deze minderheid ‘niet in de steek laten’. Als de regeringstroepen zich niet zouden terugtrekken, zou het Israëlische leger ‘de reactie tegenover het regime spoedig verhevigen’.
In Israël maken de druzen één à twee procent van de bevolking uit, maar hun politieke invloed is buitenproportioneel groot.
Premier Benjamin Netanyahu en Katz verwezen dinsdag al naar de diepe band tussen de ‘druzenburgers in Israël en hun historische en familiale banden met de druzen in Syrië’. In Israël maken de druzen één à twee procent van de bevolking uit en gelden ze als bijzonder loyaal aan de staat. Meer dan 80 procent van de druzenmannen vervult militaire dienst, sommigen bekleden hoge posities in het leger. Hun politieke invloed is buitenproportioneel groot.
Tijdens een persbriefing op woensdagmiddag verklaarde een Israëlisch militair functionaris dat het leger maandag de eerste troepenbewegingen van ‘het Syrische regime’ richting Suweida had waargenomen en daarop de konvooien had gebombardeerd. Inmiddels zouden de Syrische regeringstroepen desondanks ‘70 à 80 procent’ van het gebied controleren.
Ömer Özkizilcik van de denktank Atlantic Council: ‘Israël lijkt er niet in te slagen het Syrische leger ervan te weerhouden de militaire controle in Suweida over te nemen en grijpt daarom naar luchtaanvallen met politieke symboliek om de Syrische regering tot terugtrekking te dwingen. We zien een escalatie die de gesprekken tussen Israël en Syrië zal doen mislukken.’ Al maanden voeren beide regeringen gesprekken over een normalisering van de betrekkingen.
Netanyahu onder druk
Voor premier Netanyahu komt deze nieuwe escalatie niet ongelegen. De rechtszaak die tegen hem loopt wegens corruptie werd woensdag onderbroken door de gebeurtenissen in Syrië. Ook politiek staat de premier onder zware druk: zijn ultraorthodoxe coalitiepartners kondigden woensdag hun vertrek uit de regering aan omdat er geen wet was aangenomen die jonge religieuze mannen vrijstelt van dienstplicht. Netanyahu staat nu dus aan het hoofd van een minderheidsregering.
Voor premier Netanyahu komt deze nieuwe escalatie niet ongelegen.
Bovendien wil een meerderheid van de Israëlische bevolking een einde aan de oorlog in Gaza om de gijzelaars terug te halen. Tegelijk riep ook de Amerikaanse president Donald Trump de afgelopen tijd meermaals op tot een spoedig einde van de oorlog, en dreigden de extreemrechtse ministers Bezalel Smotrich en Itamar Ben-Gvir er herhaaldelijk mee de coalitie te laten vallen als het in Gaza tot een wapenstilstand komt. Vervroegde verkiezingen begin volgend jaar worden steeds waarschijnlijker.
Waarnemers vermoeden dat Netanyahu zich nu eerst wil ‘redden’ tot aan de parlementaire zomerpauze die volgende week begint, om daarna mogelijk akkoord te gaan met een wapenstilstand in Gaza. De escalatie in Syrië kan hem intussen goed van pas komen, als afleiding.
Midden-Oostenkenner Paul Aarts: ‘Israël komt hier niet veiliger uit’