Twee jaar oorlog in Oekraïne: ‘Als Trump herkozen wordt, kan het snel gaan’

© Knack
Kristof Clerix

De oorlog in Oekraïne is zijn derde jaar ingegaan. Wie is er aan het winnen en wanneer zwijgen de wapens? Knack sprak erover met drie defensiespecialisten: professoren Sven Biscop (Egmont Instituut/UGent), David Criekemans (Universiteit Antwerpen), en Alexander Mattelaer (VUB).

Op 24 februari 2022 viel Rusland Oekraïne binnen. We zijn inmiddels twee jaar verder. Wie is de oorlog aan het winnen?

Sven Biscop: Niemand. Het is een patstelling geworden. Je zou kunnen zeggen dat Rusland in zekere zin verloren heeft, want het plan was om in een paar weken tijd heel Oekraïne te controleren. En dat is mislukt. Nu zitten ze vast in een uitputtingsoorlog, wat helemaal niet de bedoeling was. Maar natuurlijk kun je ook niet zeggen dat Oekraïne gewonnen heeft, want zowat een vijfde van zijn grondgebied is bezet door Rusland.

Alexander Mattelaer: Op dit ogenblik heeft Rusland toch meer het momentum in handen, vrees ik. Aan het front heeft Rusland op steeds meer plaatsen een duidelijk vuuroverwicht. Qua militaire herbevoorrading hebben zij sneller grotere stappen gezet dan de partijen die Oekraïne steunen. Op dit ogenblik zie je heel veel artillerieduels waarbij Rusland eenvoudigweg veel meer munitie kan spenderen.

David Criekemans: Als we naar de huidige situatie kijken, dan is die niet goed voor Oekraïne. In die zin dat er wellicht geen steunpakket van de Amerikanen komt. Daardoor zal Oekraïne in de problemen komen. En de Europeanen zullen moeite hebben om hun eigen wapenindustrie op te schalen. Wat dat betreft, ben ik wat somber. Bij ongewijzigd beleid is de zaak niet zo rooskleurig. Ook omdat Poetin er toch in slaagt de eigen natie bij elkaar te houden en te mobiliseren.

Mattelaer: Feit is dat de Russische defensie-economie in een verregaande staat van mobilisatie verkeert. Op dit ogenblik wordt de situatie voor Oekraïne toch zeer precair. Je zag afgelopen weekend in de interventies op de veiligheidsconferentie in München dat er een zeer sombere stemming was. En dat er zich een gevoel van alarmisme aan het verspreiden is.

Ik denk niet dat de Russische leiding zo suïcidaal is om een grootmachtenoorlog te beginnen.

Sven Biscop

Is de val van de stad Avdiivka een belangrijk keerpunt?

Criekemans: Oekraïne kon de stad nog onvoldoende verdedigen. Langer blijven zou ertoe leiden dat ze nodeloos mensenlevens zouden verliezen. Voor mij is het een beetje symptomatisch voor wat er de komende tijd op andere plekken zou kunnen gebeuren. Oekraïne heeft onder meer te weinig artillerie. Daardoor moet het keuzes maken. En natuurlijk heeft Poetin bloed geroken. Misschien zal hij willen opschalen, om een nieuw momentum te creëren op het terrein.

Biscop: Ik zie de val van Avdiivka veeleer als een tactische kwestie, geen strategische: ik denk niet dat hij een impact heeft op het verloop van de oorlog als geheel. Beide kampen boeken wel lokale tactische successen. Maar die zijn niet groot genoeg om het verloop van de oorlog echt in een andere koers te brengen. De uitputtingsslag gaat gewoon verder.

Hoe raak je daaruit?

Biscop: Wij moeten Oekraïne blijven bewapenen tot Rusland hopelijk ooit tot de conclusie komt dat het niet verder zal raken – en dus zijn offensieve acties staakt. Ik verwacht niet dat Rusland dan zal zeggen: “Nu gaan we onderhandelen.” Mijn verwachting is veeleer dat Rusland dan zegt: “Verder in het offensief gaan heeft geen zin. Dus we graven ons in en blijven zitten waar we nu zitten.” En dan zou het kunnen dat de gevechten geleidelijk verminderen en dat je misschien tot een wapenstilstand komt. Maar dan heb je natuurlijk nog geen vredesakkoord. Een wapenstilstand heeft als voordeel dat er geen mensen meer sterven. Maar nadeel is natuurlijk dat Oekraïne dan de facto grondgebied kwijt is. Niet juridisch, maar de facto.

Verbaast het dat Oekraïne er toch al twee jaar in slaagt om stand te houden tegen die Russische overmacht?

Mattelaer: Als je dat twee jaar geleden had gezegd, zou dat door velen op ongeloof onthaald zijn. In die zin is het eigenlijk al een succesverhaal op zich dat Oekraïne er na twee jaar nog altijd staat en weer controle heeft over een dikke 80 procent van het nationale territorium. In het najaar van 2022 heeft Oekraïne belangrijke successen heeft geboekt in het bevrijden van de bezette gebieden in het noorden en het noordoosten.

Tegelijkertijd, na die initiële weerstand heeft Rusland vier deels bezette provincies officieel geannexeerd. En sindsdien is de contactlijn nog maar bitter weinig verschoven.

De Russen zijn nu al hun playbook aan het toepassen om de Baltische staten van binnenuit te destabiliseren.

David Criekemans

Wanneer en hoe zal het Oekraïne-conflict eindigen?

Mattelaer: Meestal eindigen grootschalige conflicten met militaire uitputting van een van beide zijden. Natuurlijk blijft Rusland een prijs betalen wanneer het verdere terreinwinsten boekt. Verdere mobilisatiegolven doorvoeren in Rusland is politiek niet zonder risico. Er is ook ongenoegen in Rusland zelf, onder meer over hoe de oorlog aangepakt wordt. De rebellie van Prigozjin was in die zin zeer veelzeggend. De zenuwen staan dus heel strak gespannen langs beide zijden.

Biscop: Zolang Poetin aan de macht is, vrees ik voor de mogelijkheid op een echt onderhandelde vrede. Volgens mij wil Rusland eigenlijk niet echt onderhandelen. Poetin doet altijd alsof, maar eist wel als eerste stap dat Oekraïne de annexatie erkent. Maar zo stel je Oekraïne gewoon voor voldongen feiten. Misschien eindigt de oorlog vooralsnog gewoon niet. Op de huidige manier kan het conflict helaas nog lang voortduren.

Criekemans: De oorlog in Syrië is nog altijd bezig. De oorlog op het Koreaanse schiereiland is theoretisch ook nog altijd bezig. Met andere woorden: we weten het niet. Oekraïne kan na een tijd een frozen conflict worden, maar nog geen definitieve plooi krijgen.

Ik bekijk het breder, in een langeretermijnperspectief. Oekraïne is een symptoom van een breder fenomeen, namelijk verschuivende tektonische platen in de wereldpolitiek. We zijn op weg naar een nieuw wereldsysteem. Daarover gaat de échte strijd.

We moeten zeer waakzaam zijn. De VS plooien structureel op zichzelf terug. Dat fenomeen is eigenlijk al sinds 9/11 bezig. Trump is er een nieuwe emanatie van. Dat wil zeggen dat Europa nu voor een cruciaal moment staat. Gaan we zelf verantwoordelijkheid opnemen? Of blijven we dromen in een soort tijdperk dat eigenlijk al is afgesloten?

Biscop: Wat er ook gebeurt, de Amerikaanse militaire steun zal worden afgebouwd. Dat kun je nu al voelen. En mocht Trump herkozen worden, dan zou dat wel eens heel snel kunnen gaan. Als Europa op dat moment niet klaar is om dat over te nemen, wordt het problematisch. En vandaag zijn we niet klaar. Hopelijk zal de afbouw van de Amerikaanse steun geleidelijk verlopen.

Bestaat de kans dat Rusland ook de Baltische staten gaat aanvallen?

Mattelaer: Zorgwekkend is dat het regime van Vladimir Poetin twee jaar geleden duidelijk getoond heeft dat het bereid is grote risico’s te nemen – en dat het zich kan misrekenen. Die twee elementen samen stemmen niet erg hoopvol. Als je daar vanuit het perspectief van Tallinn-Riga-Vilnius naar kijkt, ben je dan daar uiteraard over bezorgd. De verdediging van de Baltische staten staat er wel aanzienlijk beter voor dan twee jaar geleden, met name omdat Finland lid is geworden van de NAVO. Zweden staat al een hele tijd op het punt om lid te worden. Dus de geografie is veel meer in het voordeel van de NAVO gekanteld.

Criekemans: De race om de Baltische staten is al begonnen. In eerste instantie gaat het dan over cyber én over het instrumentaliseren van de Russische diaspora in Estland en Letland – ongeveer een kwart van de bevolking. Poetin en Lavrov hebben er al naar verwezen. Je kunt die diaspora natuurlijk gaan opzwepen. Gebeuren er incidenten, dan kan je hen op straat laten komen. De Russen zijn nu al hun playbook aan het toepassen om die landen van binnenuit te destabiliseren. Hetzelfde volgt straks in Moldavië.

Biscop: Als NAVO-lidstaten zijn de Baltische Staten gedekt door de collectieve defensiegarantie. Ik denk niet dat de Russische leiding zo suïcidaal is om een grootmachtenoorlog te beginnen. Een rechtstreekse militaire bedreiging tegen een EU- of NAVO-land, inclusief de Baltische staten, die kans is niet onbestaande, maar acht ik veel kleiner. Ik denk eerder aan voormalige Sovjet-republieken zoals Georgië en Moldavië.

Raden jullie burgers alvast aan noodgeneratoren en water in te slaan?

Biscop: Neen, dat heeft geen enkele zin. We moeten eerder de kiezer bewust maken dat een voldoende groot deel van het overheidsbudget aan defensie zal moeten worden besteed. Burgers hoeven dus geen conserven in te slaan, maar ze moeten wel beseffen dat er meer geld naar het leger moet gaan.

Wat valt jullie in termen van krijgskunst op als jullie terugblikken op twee jaar Oekraïne-oorlog?

Mattelaer: Poetin heeft een veroveringsoorlog gevoerd onder een nucleaire schaduw. Hij heeft eerst tanks naar Kiev gestuurd, en drie dagen later zijn kernwapenarsenaal in een speciaal regime van grote paraatheid gebracht. Op die manier zijn nucleaire afschrikking en de instrumentele waarde van kernwapens weer heel sterk centraal komen te staan in de Europese veiligheidsarchitectuur. Ook de NAVO heeft zijn nucleaire planning geactualiseerd.

Biscop: Opmerkelijk vond ik dat beide kampen van het meest moderne wapentuig maar kleine aantallen in huis hadden. En daardoor hebben die moderne wapens – zoals de Russische hypersonische raketten – uiteindelijk niet zoveel impact gehad op het slagveld. Natuurlijk worden in elke oorlog ook nieuwe wapensystemen ingezet. In het Oekraïne-conflict zijn dat drones -én afweersystemen tegen drones. Maar eigenlijk zie je toch vooral oudere generaties van wapens opduiken. In feite vechten de Russen en Oekraïners met wapens van de Tweede Wereldoorlog en de Koude Oorlog… maar dan eerst in een loopgravenoorlog in de stijl van de Eerste Wereldoorlog.

Criekemans: Je ziet inderdaad zeer oude elementen van oorlogsvoering, al die loopgraven en mijnen bijvoorbeeld. Maar dat wordt dan gecombineerd met innovatie op het vlak van dronetechnologie. Als Oekraïne ooit zijn soevereniteit kan herwinnen, dan gaat het een powerhouse worden op technologisch vlak. Oekraïense drones en raketten zijn zodanig performant, dat ze voor een deel de Russische marine lamleggen. Zeker in de regio van Odessa tot aan het noorden van de Krim. Dat hadden we niet verwacht. En je zal nog meer innovaties zien rond “swarm technology“. Het gaat daarbij om drones die op elkaar afgestemd worden, waardoor je een soort vermenigvuldigingseffect krijgt.

Partner Content