Een Turkse rechtbank heeft woensdag de eerste veroordelingen uitgesproken na de mijnramp van mei 2014 in Soma, in het westen van Turkije, waarbij 301 mensen om het leven kwamen. De rechter sprak celstraffen tot meer dan 22 jaar uit, aldus het Turkse persagentschap Anadolu.
De zwaarste straf (22 jaar en 6 maanden cel) was er voor de algemeen directeur en de technisch directeur van het mijnbedrijf Soma Holding. De technische supervisor en de operationeel manager kregen elke 18 jaar en 9 maanden, terwijl de topman van het bedrijf voor 15 jaar achter de tralies vliegt.
301 mensen lieten het leven na de mijnramp.
Op 13 mei 2014 brak er een brand uit in de bruinkoolmijn in Soma. De meeste slachtoffers kwamen om door verstikking. Er raakten ook meer dan 160 mijnwerkers gewond.
Een veertigtal mensen staan terecht. Ze zouden de veiligheid van de arbeiders hebben verwaarloosd om meer winst te kunnen maken.
De eerste straffen liggen ver onder hetgeen de procureurs bij aanvang van het proces gevraagd hadden. Zij eisten voor elke veroordeelde 25 jaar opsluiting, vermenigvuldigd met het aantal slachtoffers. Na de eerste veroordelingen verlieten de procureurs de zaal, terwijl nabestaanden van de slachtoffers luidkeels hun ongenoegen lieten blijken tegen de rechter.
Van de meer dan 50 beklaagden werden er 14 tot een gevangenisstraf veroordeeld van 6 tot meer dan 22 jaar. Advocaten van de burgerlijke partijen hadden voor elf van de beklaagden een levenslange celstraf gevraagd.
De voorzitter van het bedrijf werd samen met 37 andere beklaagden vrijgesproken. Dat leidde tot protesten van de familieleden van de slachtoffers van de mijnramp in de rechtbank. ‘De rechtbank moet zich schamen, het ministerie van Justitie moet zich schamen, de president moet zich schamen’, riep de boze menigte. ‘Ze hebben ervoor gezorgd dat mensen hun klachten introkken, dat getuigen hun verklaringen aanpasten’, aldus Ozgur Ozel van de oppositiepartij CHP.
Na de mijnramp in 2014 kwam het ook al tot protesten. Het bedrijf werd beschuldigd van nalatigheid, terwijl de overheid ervan beschuldigd werd de lakse veiligheidsvoorschriften te hebben getolereerd
