De Europese Raad riep donderdag in Brussel op tot een onmiddellijk staakt-het-vuren in Gaza. Maar een opschorting van het associatieverdrag met Israël? Zover gingen de EU-lidstaten niet. VUB-professor en Midden-Oostenkenner Koert Debeuf: ‘We geven een dramatisch signaal aan de rest van de wereld.’
door Kristof Clerix
Het associatieverdrag maakt sinds 2000 vrijhandel en nauwe samenwerking mogelijk tussen de EU en Israël. Hoe makkelijk kan het worden opgeschort?
Koert Debeuf: Zulke verdragen zijn al opgeschort met andere landen, bijvoorbeeld omdat er een coup was of omdat er mensenrechtenschendingen waren vastgesteld. Maar het is duidelijk dat dit alleen gebeurt bij voornamelijk Afrikaanse landen, niet als het over Israël gaat. Zou het om een Afrikaans land gaan, dan was het verdrag al lang opgeschort.
De vorige hoge vertegenwoordiger voor het buitenlands beleid van de EU, Josep Borell, liet in november al een rapport opstellen over Israëls oorlog in Gaza, met daarin een waslijst van mogelijke schendingen van het internationaal humanitair recht.
Debeuf: Dat rapport is besproken op de Europese Raad van december, maar er is niets mee gebeurd. Pas een half jaar later, op de Europese Raad van mei, is Borells opvolger Kaja Kallas gevraagd een onderzoek in te stellen om na te gaan of het associatieverdrag tussen de EU en Israël is geschonden.
De resultaten van dat onderzoek – indicaties van mensenrechtenschendingen – zijn donderdag op de top in Brussel besproken. Er is genoeg materiaal om tot een schorsing van het associatieverdrag over te gaan.
Maar dat is dus niet gebeurd. ‘De Raad verzoekt de besprekingen over een follow-up in juli voort te zetten’, klinkt het in de slotverklaring. Er was dus géén eensgezindheid over een opschorting?
Debeuf: Het zijn altijd dezelfde landen die dwarsliggen: Duitsland, Tsjechië, Hongarije en in sommige gevallen Oostenrijk en Nederland. Dat is vanwege het ‘Anne Franksyndroom’. Het is vanuit die landen dat tijdens de Tweede Wereldoorlog de meeste Joden naar de concentratiekampen zijn gestuurd, met een enorm schuldgevoel tot gevolg. Op de een of andere manier willen zij onder geen beding een fout woord zeggen tegen of over Israël.
‘Europa heeft gigantisch veel geloofwaardigheid verloren. Ik reis genoeg rond in de wereld om dat te zien. Europa zet zichzelf buitenspel en is gewoon niet meer relevant.’
Hoe gaat het nu verder?
Debeuf: In dialoog treden met de Israëlische premier Benjamin Netanyahu is een vorm van uitstel, die uiteindelijk nergens toe zal leiden. Zo simpel is het. Een van de redenen waarom het nergens toe zal leiden, is dat Europees Commissievoorzitter Ursula Von der Leyen ook Duitse is. Zij wil niet dat er iets verandert, en blijft zeer pro-Israël. Als er gisteren op de Europese Raad, met alles wat er op tafel lag, niets is gebeurd, dan zal er in de toekomst zeker niets gebeuren.
Nils Duquet van het Vlaams Vredesinstituut vindt dat Europa met twee maten en gewichten werkt als het over Israël gaat. ‘Zo verliezen we onze geloofwaardigheid.’
Debeuf: Dat zeg ik al twee jaar. Haar zogenoemde agenda van bescherming van het internationaal recht en de mensenrechten kan de EU na deze episode niet meer gebruiken. Overal zal de EU verweten worden hypocriet te zijn. Europa heeft gigantisch veel geloofwaardigheid verloren. Ik reis genoeg rond in de wereld om dat te zien. Europa zet zichzelf buitenspel en is gewoon niet meer relevant. Ik vrees dat dat bijna niet meer omkeerbaar is.
Meerderheid twist over Israël-verdrag
Bij de start van de Europese Raad donderdag zei premier Bart De Wever (N-VA) dat een opschorting op korte termijn niet veel impact heeft op de humanitaire situatie in Gaza. Hij zei wel dat die situatie ‘onaanvaardbaar’ is en ‘moet verbeteren’.
Europarlementslid Kathleen Van Brempt (Vooruit) noemde op Ter Zake de opschorting een ‘minimum minimorum’. Coalitiepartner CD&V volgt Vooruit daarin.
‘Dat de premier zegt dat hij een koele minnaar is, is zijn persoonlijk standpunt’, zei CD&V-Kamerlid Els Van Hoof op radio één. ‘Het is niet het standpunt van het parlement en wat de Arizonapartijen hebben afgesproken. We gingen het associatieakkoord onderzoeken. Dat was een uitdrukkelijke vraag van België. Dat mandaat had minister van Buitenlandse Zaken Maxime Prévot (Les Engagés) ook. En we gingen er de gevolgen uit trekken.’
Premier Bart De Wever (N-VA) zei bij zijn aankomst op de Europese top gisteren dat een opschorting van het verdrag op korte termijn weinig impact zal hebben op de humanitaire situatie in Gaza.
Debeuf: Dat klopt natuurlijk. Het verdrag opschorten is gewoon een politiek drukmiddel. Je kunt moeilijk zeggen dat dat praktische doelstellingen heeft. Zal Israël zijn politiek veranderen? Misschien wel, misschien niet. Vraag is: geef je een politiek signaal of niet?
Wat vindt u van de houding van de Belgische regering in het Gaza-dossier?
Debeuf: Die houding is er een van mossel noch vis. Uiteindelijk is er niets beslist. Maar als je niets beslist, dan beslis je eigenlijk wél iets, namelijk dat het gewoon doorgaat.
Nochtans is de EU wel belangrijk voor de Israëlische economie. Die heeft het momenteel moeilijk, gelet op de oorlog. Als je het verdrag schorst, kun je zo mogelijk wel de interne oppositie tegen deze oorlog versterken.
‘De houding van de regering is er een van mossel noch vis. Uiteindelijk is er niets beslist. Maar als je niets beslist, dan beslis je eigenlijk wél iets, namelijk dat het gewoon doorgaat.’
75.000 tot 110.000 mensen liepen midden juni in Brussel mee in een mars tegen de Gaza-oorlog. Wordt hun stem voldoende vertolkt door de Belgische regering?
Debeuf: Ik spreek me niet uit over de Belgische politiek. Persoonlijk vind ik dat er genoeg signalen aan Israël moeten worden gegeven dat het zo niet verder kan. De humanitaire hulp aan Gaza is nu opnieuw stopgezet. Hoe ga je die situatie veranderen? Hoe ga je de druk opvoeren opdat er iets gebeurt? Veel mensen vragen dat toch.
Maar als de Europese Raad dan beslist om niets te doen, dan geven we daarmee een dramatisch signaal aan de rest van de wereld. Omdat het Israël is, doen we niets. Voor veel mensen in Europa en elders is dat bijzonder frustrerend.
De gruwel in Gaza werd de voorbije weken overschaduwd door bommen op Iran. Gaza kreeg minder aandacht in de media.
Debeuf: Dat was deels de bedoeling. Netanyahu heeft al verschillende keren geprobeerd om een regionale oorlog, zeker met Iran, uit te lokken. Met als doel het Westen opnieuw achter zich te krijgen, zeker de Verenigde Staten. En dat is deze keer gelukt.
De steun voor deze Israëlische regering groeit kortstondig, het houdt Netanyahu in het zadel. Ten koste van alles uiteindelijk. Dat de Europese Raad dat niet wil doorzien, vind ik bijzonder ontgoochelend.
Iran, de Houthi’s, Hezbollah en Hamas liggen in de touwen. Staat Israël vandaag sterker dan ooit tevoren?
Debeuf: Militair wel. Maar op de middellange termijn zal deze oorlog voor Israël geen goede zaak zijn.