Midden-Oostenconflict verdeelt Europese Unie: ‘Von der Leyen legitimeert het Israëlische offensief’

Raketten van Hamas (rechts) en het Israëlische Iron Dome-raketafweersysteem (links) © iStock
Kamiel Vermeylen

Het Israëlisch-Palestijns conflict zorgt voor spanningen op Europese bodem.

Na ruim anderhalve week aanhoudend geschut raast het Israëlisch-Palestijns conflict onverminderd voort. Het geweld van de afgelopen dagen heeft intussen honderden mensen het leven gekost – vooral aan Palestijnse kant. Concrete oplossingen voor het conflict liggen nauwelijks in het verschiet. De vijftien leden van de VN-Veiligheidsraad geraakten het zondag niet eens over een gezamenlijke verklaring over het conflict.

‘Verkeerde keelgat’

Ook in de Europese Unie zorgt de kwestie voor zenuwachtigheid. Normaal gesproken – ook toen het geweld in 2016 oplaaide – hanteert de Europese Unie een erg gebalanceerde benadering. Aanvankelijk leek dat ook zo toen de woordvoerder van Hoge Vertegenwoordiger van het Europees Buitenlandbeleid Josep Borell beide kanten opriep om geweld te vermijden.

‘Sindsdien is er echter iets vreemds gebeurd dat niet in lijn ligt met de traditionele Europese positie’, vertelt James Moran, voormalig EU-ambassadeur in Jemen, Egypte en Libanon en momenteel verbonden aan de denktank Centre for European Policy Studies. Moran heeft het over de tweet die Commissievoorzitter Ursula von der Leyen vorige week de wereld instuurde en waarin ze enkel de raketaanvallen van Hamas veroordeelde. ‘Dat is niet langer een evenwichtige uitspraak. Wie de aanvallen van Hamas – terecht – veroordeelt, moet dat ook met die van Israël doen. Haar uitspraken zijn in de Arabische wereld in het verkeerde keelgat geschoten’, aldus Moran.

Ook volgens Martin Konecny, directeur van het European Middle East Project, ging Von der Leyen de mist in. ‘Haar reactie is een zeer eenzijdige en problematische weergave van de feiten waarmee ze het Israëlische offensief simpelweg legitimeert. Ze zou ook de Israëlische aanvallen en de bezetting moeten veroordelen’, aldus Konecny.

Of ook de Europese lidstaten die koerswijziging zullen volgen, valt nog af te wachten. Dinsdag is het de beurt aan de 27 ministers van Buitenlandse Zaken, die door Hoge Vertegenwoordiger van het Europees Buitenlandbeleid Josep Borell bij elkaar zijn geroepen. Of die spoedvergadering echter meer zal opleveren dan een gebruikelijke verklaring die oproept tot een de-escalatie van het geweld en een tweestatenoplossing, is weinig waarschijnlijk. Het valt zelfs af te wachten of de lidstaten überhaupt een gezamenlijk statement zullen overeenkomen.

Von der Leyens reactie is een zeer eenzijdige en problematische weergave van de feiten waarmee ze het Israëlische offensief simpelweg legitimeert.

Martin Konecny, directeur van het European Middle East Project

België

Wanneer het op concrete stappen aankomt, zijn de lidstaten erg verdeeld. Momenteel zijn er slechts drie landen in de Europese Unie – Zweden, Cyprus en Malta – die Palestina als staat erkennen. Alle andere lidstaten, ook België, erkennen enkel Israël. Uit onderzoek van de Duitse denktank Stiftung Wissenschaft und Politik blijkt dat er in de Europese Unie ruwweg drie kampen bestaan omtrent het conflict: landen die kritisch zijn voor Israël, zij die tussen Israël en Palestina trachten te balanceren, en lidstaten die het vrijwel steeds voor de Joodse staat opnemen.

Samen met onder meer Ierland en Zweden behoort België volgens de onderzoekers tot die eerste groep. Dat strookt alvast met de manier waarop ons land zich de afgelopen jaren heeft opgesteld – de erkenning daargelaten. De regering-Michel stemde in de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties voor een resolutie waarin het plan om de Amerikaanse ambassade van Tel-Aviv naar Jeruzalem te verhuizen werd afgekeurd. Bovendien ging België mee in het verzet tegen de Israëlische annexatie van Khan al-Ahmar – een dorpje dat Israël vandaag de dag nog steeds wil inlijven.

Wanneer Trumps schoonzoon Jared Kushner zijn omstreden vredesplan voor het Midden-Oosten presenteerde, ging België samen met alle uitgaande, inkomende en toenmalige leden van de VN-Veiligheidsraad in het verweer. ‘Elk vredesplan dat deze internationaal overeengekomen parameters niet erkent, loopt het risico te mislukken’, klonk het in een gezamenlijke verklaring. Bovendien maakt België deel uit van het zogenaamde West Bank Protection Consortium, een initiatief van acht landen en vijf ngo’s waarmee er jaarlijks ongeveer vijf miljoen euro via de Europese Commissie aan kwetsbaren en infrastructuurwerken op de West Bank gedoneerd wordt.

De Belgische steun komt niet alleen uit de uitvoerende hoek. Een klein jaar geleden zetten 64 nationale en Europese parlementsleden uit België hun handtekening onder een open brief waarin zowel het vredesplan als de imminente Israëlische annexaties van Palestijns gebied werden afgekeurd. Bij de huidige spanningen was Belgisch minister van Buitenlandse Zaken Sophie Wilmès (MR) een van de weinige Europese ministers die beide kampen van het Israëlisch-Palestijns expliciet veroordeelde en tot de orde riep. ‘België en zijn Europese partners moeten ook meer consistentie aan de dag leggen in hun aanpak wat de kolonisatie betreft’, aldus Wilmès in de Kamer.

Pro-Israël

Niet iedereen is het met die opvatting eens. Onder meer in de Baltische staten en bij de zogenaamde Visegradlanden – Hongarije, Polen, Slovakije en Tsjechië – bestaat er veel steun aan Israël. Niet zelden blokkeerden een of meerderen onder hen een gemeenschappelijke verklaring waarin Israël of de Amerikaanse plannen op de korrel werden genomen. In 2017 nodigden de Visegradlanden Israëlisch premier Benjamin Netanyahu uit op hun jaarlijkse onderlinge top – twee jaar later waren ze aanvankelijk zelfs van plan om de bijeenkomst in Jeruzalem te laten plaatsvinden.

In tegenstelling tot de meeste Europese lidstaten steunden de vier openlijk de Amerikaanse plannen om Jeruzalem als Israëlische hoofdstad te beschouwen. Ook in Roemenië en Bulgarije wordt al een tijdlang overwogen om hun diplomatieke vertegenwoordiging van Tel-Aviv naar Jeruzalem te verplaatsen.

De Unie zou er goed aan doen om in te gaan op de legitieme verzuchtingen van Palestina.

In de context van de huidige spanningen nemen heel wat van die Centraal- en Oost-Europese lidstaten het voor Israël op. In Slovenië, Tsjechië en Oostenrijk werden Israëlische vlaggen aan overheidsgebouwen gehesen. Het noopte de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken ertoe om zijn reis naar Wenen prompt te annuleren – een kwalijke zaak met het oog op de onderhandelingen over de voortzetting van het nucleaire akkoord.

Naast de geografische verschillen lopen de meningen over het conflict doorheen partijpolitieke families. Doorgaans is de linkerkant van het politieke spectrum iets kritischer voor Israël terwijl de rechterflank zich vooral tegen Palestijns geweld uitspreekt. Maar ook hier zijn er grondige verschillen. Zo zijn de Ierse christendemocraten veel kritischer voor Israël dan de Tsjechische sociaaldemocraten. Het meest opvallende contrast kwam er tussen de Belgische en de Duitse groenen. Covoorzitter van de Duitse oppositiepartij en kanselierskandidaat Annalena Baerbock nam de handschoen op voor Israël, terwijl Ecolo-covoorzitter Rajae Maouane op haar Twitteraccount nadrukkelijk de Palestijnse zaak steunt.

Dat alles maakt het voor de Europese Unie bijzonder moeilijk om als een hecht blok concrete stappen te ondernemen die het conflict structureel kunnen ontmijnen. ‘Zowel de geografische als de politieke verschillen hebben een verlammend effect op de Europese Unie’, zegt Konecny. ‘Nochtans zou de Unie er goed aan doen om in te gaan op de legitieme verzuchtingen van Palestina. Denk maar aan de erkenning van Palestina als staat of het idee om handel vanuit de Israëlische illegale nederzettingen onmogelijk te maken.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content